Jan Peter Balkenende
Jan Peter Balkenende | |
---|---|
Jan Peter Balkenende (2007) | |
Naam voluit | Jan Pieter Balkenende |
Geboren | 7 mei 1965 |
Geboren te | Biezelinge |
Gehuwd met | Bianca Hoogendijk (1996-) |
Partij | CDA |
Religie | Protestants |
Functie | Voormalig minister-president |
Aantreden | 22 juli 2002 |
Aftreden | 14 oktober 2010 |
Voorganger | Wim Kok (PvdA) |
Opvolger | Mark Rutte (VVD) |
Functie(s) | |
Gemeenteraadslid in Amstelveen (1982-1998) Beleidsmedewerker juridische zaken bij de Academische Raad (1982-1984) Stafmedewerker van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA (1984-1998) Bijzonder hoogleraar Christelijk sociaal denken over maatschappij en economie aan de Vrije Universiteit Amsterdam (1993) Tweede Kamerlid (1998-2002, 2003, 2006-2007) Partijleider CDA (2001-2010) Fractievoorzitter in de Tweede Kamer (2001-2002, 2003, 2006-2007) Minister-president Minister van AZ (2002-2010) Hoogleraar Governance, Institutions & Internationalisation aan de Erasmus Universiteit (2010-nu) Lid van de Raad van Commissarissen bij de ING-bank (2017-nu) | |
Portaal Politiek |
Jan Peter Balkenende was minister-president van Nederland. Zijn partij is het CDA: Christen Democratisch Appèl. Hij is getrouwd en heeft drie kinderen. Balkenende zat meer dan tien jaar in de politiek en was meer dan acht jaar minister-president van Nederland.
Jeugd en vroeg leven
Jan Peter Balkenende werd geboren in een christelijk gezin en zou deze religie behouden. Zijn vader, Jan Pieter, was graanhandelaar. Balkenende volgde de basisschool in Kapelle en het atheneum in het Christelijk Lyceum voor Zeeland. Later studeerde hij met succes Rechten aan de universiteit.
In 1982 ging Balkenende de politiek in. Hij werd lid van de Amstelveense gemeenteraad voor het CDA. Daar werd hij bekend om zijn "krokettenmotie". Dat hield in dat Balkenende ervoor zorgde dat ieder raadslid in Amstelveen een kroket mocht eten als de vergadering uitliep. De "krokettenmotie", die hij in 1993 deed, geldt nu nog steeds.
Vanaf 1982 tot 1984 werkte Balkenende als medewerker bij het bureau van de Academische Raad. In 1984 ging hij bij het wetenschappelijk instituut van het CDA. In 1992 behaalde hij de doctorsgraad. In 1993 werd hij hoogleraar aan de Vrije Universiteit. Intussen werkte hij nog steeds bij het CDA.
In de politiek
In 1998 werd Jan Peter Balkenende verkozen tot lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal namens het CDA. Het CDA was toen nog een oppositiepartij. Er was een "paars" kabinet aan de macht. Dat betekent dat in het kabinet geen enkele christelijke partij zit. Balkenende werd woordvoerder bij het CDA. Maar hij hield zich ook bezig met Veiligheid en Binnenlandse Zaken.
Nadat de fractievoorzitter van het CDA, Jaap de Hoop Scheffer, na een strijd om de macht binnen het CDA was vertrokken, werd Balkenende op 1 oktober 2001 zelf fractievoorzitter van het CDA. Hoewel Balkenende bij het Nederlandse volk nog niet bekend was, werd hij wel als lijsttrekker verkozen door het CDA.
Balkenende I
Tijdens de Tweede Kamerverkiezingen 2002 was Jan Peter Balkenende lijsttrekker en voorman van het CDA. Intussen was er ook een nieuwe partij, Lijst Pim Fortuyn (LPF), in opkomst. De lijsttrekker van de LPF, Pim Fortuyn, stond bekend om zijn uitspraken over immigratie en werd hard aangevallen door zijn tegenstanders..
Maar het maakte Balkende populair dat hij Fortuyn niet al te hard aanviel. De LPF en het CDA stegen in de peilingen.
Hoewel Fortuyn was vermoord, had zijn partij bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2002 vanuit het niets een groot aantal zetels behaald. Het CDA koos ervoor om een samenwerkingsverband aan te gaan met de LPF én de VVD. Daarmee had het kabinet een meerderheid in de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Op 22 juli 2002 trad het eerste kabinet-Balkenende aan.
Al sinds het begin stond de regering van Balkenende voor grote problemen. De economische crisis had Nederland hard geraakt. Er dienden moeilijke beslissingen genomen te worden wat betreft de toekomst van Nederland. Tijdens zijn regering gaf Balkenende zijn ministers veel vrijheid. Dit zorgde er helaas voor dat er veel ruzies optraden tussen de ministers van de LPF. Soms waagden LPF-ministers zelfs in het openbaar te bekvechten.
De LPF raakte steeds meer verstrikt in ruzie. Dit zorgde ervoor dat de regering van Balkende op 16 oktober 2002 ten einde kwam.
Het tweede kabinet van Balkenende
Het tweede kabinet van Balkenende werd geïnstalleerd, nadat het CDA opnieuw de grootste partij werd bij de Tweede Kamerverkiezingen 2003. Het CDA probeerde een meerderheid te vormen met een andere grote partij, de PvdA. Maar de partijen bereikten geen akkoord. Het CDA besloot daarom in zee te gaan met de VVD en D66. Hiermee hadden zij toch een krappe meerderheid in de Tweede Kamer. Op 27 mei 2003 maakte de tweede regering van minister-president Balkenende zijn aanvang.
Het kabinet slaagde erin ingewikkelde zaken af te ronden. Het ging om de verlaging van belasting voor bedrijven. Een plan van het kabinet werd vrij snel goedgekeurd door de Eerste- en Tweede Kamer der Staten-Generaal. Veel mensen waren echter ontevreden met de bezuinigingen die het kabinet invoerde. Balkenende II gaf aan dat dit nodig was om sneller uit de economische crisis te komen.
Premier Balkenende kreeg kritiek vanuit de Tweede Kamer vanwege zijn steun voor de Irakoorlog. De Irakoorlog was een invasie door de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk om Saddam Hussein, een Iraakse dictator, te verjagen. De regering van Balkende sprak zijn steun uit voor de oorlog. Men vond dat Balkenende de Amerikaanse president veel te veel achterna liep.
In oktober 2005 kreeg Nederland te maken met een meevaller. De economie trok aan en burgers hadden meer geld te besteden. De aanhangers van Balkenende meenden dat dit te danken was van de jarenlange bezuinigingen die de regering Balkenende had ingevoerd. Zijn tegenstanders beweerden dat Nederland enkel meedeinde op de aantrekkende wereldeconomie.
Begin 2006 dreigde de regering van Balkenende voor de tweede keer ten val te komen. Het kabinet was gevraagd om steun voor een vredesmissie in Afghanistan. Hiervoor zou de regering militairen moeten leveren. D66, de coalitiepartij in het kabinet, was hierop tegen. Desondanks besloot de regering over te gaan tot het zenden van troepen.
Op 29 juni 2006 viel het kabinet-Balkenende II, nadat D66 zich terugtrok uit de coalitie.
Ministers en staatssecretarissen in het kabinet-Balkenende IV (CDA, PvdA en CU) | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Christen-Democratisch Appèl · (CDA) | |||
---|---|---|---|
Partijleiders: Van Agt · Lubbers · Brinkman · Heerma · De Hoop Scheffer · Balkenende · Verhagen · Van Haersma Buma · De Jonge · Hoekstra · Bontenbal Fractievoorzitters Tweede Kamer: Van Agt · Aantjes · Lubbers · Van Agt · Lubbers · De Vries · Brinkman · Enneüs Heerma · De Hoop Scheffer · Balkenende · Verhagen · Van Geel · Van Haersma Buma · Pieter Heerma · Hoekstra · Pieter Heerma · Henri Bontenbal |