Tweede Kamer

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De Tweede Kamer, of officieel Tweede Kamer der Staten-Generaal is één van de twee kamers van de Staten-Generaal van het Koninkrijk der Nederlanden (het Nederlands parlement). Naast een Tweede Kamer is er ook een Eerste Kamer.

De Tweede Kamer is belangrijker dan de Eerste Kamer, hier worden veel beslissingen over Nederland genomen. De Tweede Kamer maakt en ontwerpt de wetten die de Eerste Kamer dan moet goedkeuren. Er zitten 150 leden in de Tweede Kamer. Zij heten Tweede Kamerleden of volksvertegenwoordigers. De Kamerleden zijn verspreid over verschillende politieke partijen. Politieke partijen zijn groepjes mensen die hetzelfde over veel dingen denken: Je hebt christelijke partijen, liberale partijen, sociaaldemocratische partijen, enzovoorts.

De Tweede Kamer zit in Den Haag, aan het Binnenhof. De voorzitter van de Tweede Kamer heet Vera Bergkamp. De Tweede Kamer is te vergelijken met de Kamer van Volksvertegenwoordigers in België.

Geschiedenis

Ontstaan

Oorspronkelijk had Nederland een parlement van maar één kamer. Dit was de Staten-Generaal en bestond uit vertegenwoordigers van de gewesten. De Staten-Generaal bestond al sinds de 16e eeuw, maar het gewone volk had hier geen invloed op. In 1796 werd de Staten-Generaal vervangen door de Nationale Vergadering, waarin het volk voor het eerst invloed had. Zowel de Staten-Generaal en de Nationale Vergadering worden gezien als de oorsprong van de Tweede Kamer.

In 1815 werd Nederland omgevormd in een absolute monarchie onder koning Willem I. De Staten-Generaal werd toen hersteld, maar moest democratischer worden. Uiteindelijk werd besloten de Staten-Generaal in twee kamers te verdelen; de Tweede Kamer (waar het gewone volk invloed had) en de Eerste Kamer (waar de adel invloed had). De Eerste Kamer kwam er op verzoek van de Belgen (België was toentertijd onderdeel van Nederland).

Overigens betekende dat niet dat iedereen voor de Tweede Kamer kon stemmen. Enkel rijke mannen konden stemmen tijdens de Tweede Kamerverkiezingen. Ook alleen zij konden verkozen worden tot de Tweede Kamer. Toch was de Tweede Kamer een stuk democratischer dan de Eerste Kamer, aangezien de Eerste Kamerleden door de koning gekozen werden. De Tweede Kamer had vrij weinig te zeggen, aangezien de koning vrijwel alle macht in handen had.

Democratisering

Suze Groeneweg, het eerste vrouwelijke Tweede Kamerlid

Hier kwam verandering tijdens de grondwetsherziening van 1848. De macht van de koning werd toen beperkt en de Tweede Kamer kreeg toen een stuk meer macht. Hierdoor kregen de Tweede Kamerleden ook meer invloed op de regering. Zij kozen bijvoorbeeld de premier en ministers en konden hen dwingen af te treden. Toch konden enkel rijke mannen stemmen voor de Tweede Kamerverkiezingen. Ook zaten zij als enige in de Tweede Kamer. De Tweede Kamer werd hierdoor gekozen door zo'n 3 tot 5% van de Nederlandse bevolking.

Oorspronkelijk waren alle Tweede Kamerleden onafhankelijk. Er waren namelijk nog geen politieke partijen. Dit veranderde pas aan het einde van de 19e eeuw. De eerste landelijke politieke partij was de Anti-Revolutionaire Partij (ARP) uit 1879. In 1887 werd het kiesrecht verder uitgebreid met het Caoutchouc-artikel. Hierdoor konden alle mannen van 25 jaar en ouder die konden lezen en schrijven en niet afhankelijk waren van armenzorg stemmen voor de Tweede Kamer. Om gekozen te worden moest je minstens 30 jaar oud zijn. Pas in 1917 werd het algemeen kiesrecht voor alle mannen ingevoerd. Vrouwen hebben sinds 1917 passief kiesrecht en sinds 1922 actief kiesrecht. Het eerste vrouwelijke Tweede Kamerlid is Suze Groeneweg die in 1918 werd gekozen.

Ook had de Tweede Kamer oorspronkelijk een districtenstelsel. Dit betekende dat alle Tweede Kamerleden een bepaald gebied in Nederland (een kiesdistrict) vertegenwoordigden. Zij konden enkel gekozen worden door de inwoners van dat kiesdistrict. In 1918 werd het districtenstelsel afgeschaft. Sindsdien is er evenredige vertegenwoordiging en stemmen alle Nederlandse kiezers op dezelfde kieslijst.

Sinds de Tweede Wereldoorlog

De Tweede Kamer in 1980 op de oude locatie (de Oude Zaal).

Op 10 mei 1940 werd Nederland bezet door Duitsland. Op die dag vond ook de laatste vergadering van de Tweede Kamer plaats. De Tweede Kamer bleef officieel tijdens de Tweede Wereldoorlog bestaan, maar de leden besloten niet te vergaderen. De Nederlandse regering was inmiddels naar Londen gevlucht. In 1941 werden alle Nederlandse politieke partijen verboden met uitzondering van de Nationaal-Socialistische Beweging (NSB). Tijdens de oorlog werden ook veel Tweede Kamerleden gevangengezet of vermoord. Nederland werd bevrijd op 5 mei 1945, maar de Tweede Kamer kwam pas in 25 september 1945 weer samen. Overigens waren veel Tweede Kamerleden tijdens de oorlog overleden, waardoor er veel lege banken waren.

In 1946 werd er weer nieuwe Tweede Kamerverkiezingen gehouden. Na de oorlog werkten de meeste partijen samen om Nederland weer op te bouwen. Kabinetten na de oorlog hadden hierdoor soms wel meer dan drie vierde van de zetels in handen. In 1956 werd het aantal zetels van de Tweede Kamer uitgebreid van 100 naar 150 zetels. In 1955 was er voor het eerst een televisiecamera in de Tweede Kamer. De debatten worden sinds 2002 rechtstreeks uitgezonden.

De tijdelijke huidige vergaderzaal van de Tweede Kamer.

Daarnaast werd de kiesleeftijd verlaagd. Sinds 1963 moesten Kamerleden minstens 25 jaar oud zijn; kiezers moesten minstens 21 jaar oud. Sinds 1983 moet je minstens 18 jaar oud zijn om zowel te stemmen als om verkozen te worden. Vanaf de jaren 1970 doken er ook steeds meer nieuwe partijen op door de ontzuiling. Ook nam de invloed van de koning(in) af. Tot 1983 koos de koning(in) de voorzitter van de Tweede Kamer, maar sindsdien doet de Tweede Kamer dit zelf.

De Tweede Kamer vergaderde oorspronkelijk in de Oude Zaal. Deze zaal leek een beetje op die van de Eerste Kamer. Toch was de Oude Zaal erg krap voor 150 Tweede Kamerleden. In 1992 verhuisde de Tweede Kamer daarom naar de nieuwe, halfronde zaal. Hier hebben de Tweede Kamerleden elk een aparte stoel en is er ook meer ruimte voor publiek en de pers. Desondanks moest de Tweede Kamer in 2021 verhuizen naar een ander gebouw vanwege de verbouwing van het Binnenhof. Waarschijnlijk moet de Tweede Kamer hier tot 2028 blijven.

Taken

Wetten maken en aannemen

Eén van de ingangen van de Tweede Kamer.

Eén van de belangrijkste taken van de Tweede Kamer is het aannemen of afwijzen van wetten. Die kunnen ze zelf hebben bedacht óf ze zijn door de regering bedacht. Ook kunnen burgers zelf een voorstel geven aan de Tweede Kamer (het zogeheten burgerinitiatief).

Als de Tweede Kamer een wet heeft aangenomen, wordt deze wet ook nog gecontroleerd door de Eerste Kamer. Zij kijken of de wet wel goed in elkaar zit en er geen foutjes zijn gemaakt. Als de Eerste Kamer ook de wet heeft aangenomen komt de wet in een wetboek te staan. Dat betekent dat iedereen die zich in Nederland bevindt zich eraan moet houden. De regering moet ervoor zorgen dat deze wet wordt uitgevoerd door de overheid (bijv. voor snelheidscontroles bij een verkeerswet).

Leden van de Tweede Kamer kunnen ook vragen stellen aan de regering. Dan moeten ze ook antwoord krijgen.

Controleren van de regering

Een andere belangrijke taak is het controleren van de regering. De regering bestaat uit ministers en een minister-president. De Tweede Kamer kijkt of zij hun werk wel goed doen. Mochten er (grote) fouten zijn, dan mogen kamerleden vragen stellen aan de minister. Dit mag via een brief of mail, waarop de minister schriftelijk antwoord moet geven, of de minister moet naar de Tweede Kamer toe komen. Er vindt dan een debat plaats. De minister moet alle vragen eerlijk beantwoorden. Doet hij dit niet, dan kan de minister een motie van wantrouwen krijgen van de Tweede Kamer. Als die wordt aangenomen vertrouwt een meerderheid van de kamerleden de minister niet meer en daarom moet deze dan aftreden.

Bij heel grote problemen kan het weleens onduidelijk zijn wie precies de fout maakte en hoe alles is gebeurd. Dan kan de Tweede Kamer een parlementaire enquêtecommissie maken. In deze commissie zitten een aantal Tweede Kamerleden, die zich gaan bezighouden met het probleem. Ze ondervragen betrokken personen en doen onderzoek. Uiteindelijk komt er een rapport. Hierover gaat de Tweede Kamer dan stemmen. Op deze manier kunnen de andere taken ook goed worden uitgevoerd.

Verkiezingen & het vormen van de regering

Elke vier jaar kiezen alle volwassenen in Nederland de leden van de Tweede Kamer. Ze stemmen op een kandidaat. Kandidaten horen vaak bij een politieke partij, maar dat hoeft niet per se. Hoe meer mensen op een bepaalde partij stemmen, hoe meer zetels deze partij krijgt. Als een partij veel zetels heeft, heeft die meer macht.

Na de verkiezingen gaan de partijen met elkaar in overleg.

  • Vaak wordt er eerst een informateur aangesteld. Hij of zij gaat onderzoeken welke partijen eventueel met elkaar kunnen en willen gaan samenwerken in de nieuwe regering. Daarvoor gaat hij informeren bij de fracties van de partijen waarvan leden in de Tweede Kamer gekozen zijn. De informateur kijkt ook of er eventueel problemen zijn.
  • Daarna komt er een formateur die gaat bespreken hoe een nieuw kabinet zou kunnen worden samengesteld: 'geformeerd'. Meestal is dat de man of vrouw die waarschijnlijk minister-president zal gaan worden en komt bijna altijd uit de grootste partij. De partij met de meeste zetels begint dan het overleg. De partijen proberen samen het eens te worden over verschillende onderwerpen. Als dat lukt, kunnen ze samen een regering (coalitie) vormen.
  • Daarna worden onder de coalitiepartijen de verschillende ministersposten verdeeld. Het aantal ministeries kan verschillen van het aantal ministers. Elke minister heeft ook een of meer 'hulpjes': die worden staatssecretarissen genoemd.
  • Als de regering gevormd is, gaan de nieuwe ministers en de minister-president naar de koning. Dan worden die beëdigd en wordt er een foto gemaakt op het het bordes van paleis Huis ten Bosch, het werkpaleis van de koning. Als dat achter de rug is worden alle staatssecretarissen beëdigd en kan het nieuwe kabinet beginnen.

De partijen die niet in de coalitie zitten, zitten in de oppositie. Omdat er 150 zetels zijn in de Kamer, probeert de regering altijd in totaal minimaal 76 zetels te hebben, dan hebben ze namelijk de meerderheid. Als de regering de meerderheid heeft, kunnen ze hun plannen makkelijker laten goedkeuren door de Tweede Kamer.

De algemene beschouwingen

Elk jaar vindt op de derde dinsdag in september Prinsjesdag plaats. De regering maakt dan alle plannen voor het volgende jaar bekend. Deze plannen staan in de troonrede die wordt voorgelezen door onze koning, Willem-Alexander. Later in de middag gaat de minister van Financiën naar de Tweede Kamer met het bekende koffertje. Hierin zit de Miljoenennota. Dat is een korte uitleg van de Rijksbegroting voor het volgende jaar. Dus hoe de regering denkt dat de plannen die ze hebben gemaakt betaald kunnen worden. De dagen na Prinsjesdag wordt er in de Tweede kamer over de Rijksbegroting gedebatteerd en gestemd: dat zijn de algemene beschouwingen. De Tweede Kamer moet namelijk de plannen goedkeuren, voordat ze kunnen worden uitgevoerd. Vaak lukt dit niet in één keer en moeten er dingen worden aangepast.

Zetelverdeling

Het logo van de Tweede Kamer

Op dit moment zitten er 18 partijen in de Tweede Kamer en 1 onafhankelijk lid. Voor de laatste verkiezingen, in 2021, waren dit er nog 13. Daarnaast waren er nog 2 onafhankelijke kamerleden. Dat kwam omdat er soms ook in partijen ruzie ontstaat. Dan kunnen Kamerleden ervoor kiezen om voor zichzelf verder te gaan, zonder hun partij. Ze splitsen zich dan af.

Politieke partij zetels Fractievoorzitters
Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) 34 Sophie Hermans
Democraten 66 (D66) 24 Jan Paternotte
Partij voor de Vrijheid (PVV) 17 Geert Wilders
Christen-Democratisch Appèl (CDA) 14 Pieter Heerma
Socialistische Partij (SP) 9 Lilian Marijnissen
Partij van de Arbeid (PvdA) 9 Attje Kuiken
GroenLinks (GL) 8 Jesse Klaver
Partij voor de Dieren (PvdD) 6 Esther Ouwehand
ChristenUnie (CU) 5 Mirjam Bikker
Forum voor Democratie (FvD) 5 Thierry Baudet
JA21 3 Joost Eerdmans
Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) 3 Kees van der Staaij
DENK 3 Farid Azarkan
Groep-Van Haga 3 Wybren van Haga
Volt Nederland 2 Laurens Dassen
BoerBurgerBeweging (BBB) 1 Caroline van der Plas
BIJ1 1 Sylvana Simons
Fractie-Den Haan 1 Liane den Haan
Lid-Gündoğan 1 Nilüfer Gündoğan
Lid-Omtzigt 1 Pieter Omtzigt
Totaal 150

Externe Links

Test je kennis

Opdracht

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Tweede_Kamer&oldid=801984"