Colombia
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. |
Dit artikel is nog niet af. |
Republiek Colombia República de Colombia | |
---|---|
Hoofdstad | Bogotá |
Aantal inwoners | 51.049.498 (2021) |
Oppervlakte | 1.138.914 km² |
Regeringsvorm | Presidentiële republiek |
President | Iván Duque (sinds 2018) |
Vicepresident | Marta Lucía Ramírez (sinds 2018) |
Godsdienst | Christendom (88,6%) Geen religie (10,3%) Overig (1,1%) |
Taal | Spaans (Español) |
Munteenheid | Colombiaanse peso |
Volkslied | Oh Gloria Inmarcesible |
Nationale feestdag | 20 juli |
Landcode | COL |
Colombia ligt in het noordwesten van Zuid-Amerika. Het land grenst aan Panama, Peru, Ecuador, Brazilië en Venezuela. Het land heeft zowel kusten aan de Caraïbische Zee en Grote Oceaan. Men spreekt er voornamelijk Spaans en de hoofdstad is Bogota. Het totale landoppervlakte is ongeveer 1 miljoen vierkante kilometer groot, dat is ongeveer 31x Nederland.
Net als veel andere Latijns-Amerikaanse landen was Colombia een kolonie van Spanje. In 1819 werd Colombia samen met Venezuela, Ecuador en Panama onafhankelijk als de republiek Groot-Colombia. In 1830 verlieten Venezuela en Ecuador deze republiek en 1886 werd Panama onafhankelijk. Het land heeft daarna vele burgeroorlogen meegemaakt. Zoals de Colombiaanse Burgeroorlog, die al sinds 1964 bezig is. Hierin speelde de FARC een belangrijke rol, die tegen de Colombiaanse overheid vocht. In 2017 werd echter vrede gesloten en sindsdien is het rustiger in het land. De drugsbaron Pablo Escobar laat daarnaast de drugshandel in het land zien.
Naast burgeroorlogen en drugs staat Colombia ook bekend om haar muziek. Vele Spaanstalige artiesten, zoals Juanes en Shakira, komen uit Colombia. Ook Nobelprijswinnaar en schrijver Gabriel García Márquez komt uit het land.
Geschiedenis
Precolumbiaanse periode
Voor de komst van de Europese kolonisten woonden er verschillende volkeren in Colombia. Het gebied is al zo'n 16.400 jaar bewoond. De eerste bewoners woonden in het Andesgebergte. Historici gaan ervanuit dat de kusten pas later bewoond werden, aangezien er resten zijn gevonden van 9.000 jaar geleden. De eerste bewoners van Colombia waren jagers en later ook nomaden die aan landbouw deden. In de 2e eeuw v.Chr. ontstonden de eerste plekken die altijd bewoond werden. Maïs speelde hierbij een belangrijke rol, aangezien dit een veel gebruikt gewas was. In Colombia woonden verschillende volkeren, zoals de Arawakken, de Sinú, de Narino en de Tumaco. Uiteindelijk werden veel gebieden veroverd door de Chibcha. Zij hadden een ver ontwikkelde vorm van politiek en economie. Toen de Spanjaarden rond 1500 in het gebied, waren de Chibcha de belangrijkste groep. De Chibcha was overigens niet één volk, maar een verzameling van allerlei stammen.
Kolonie van Spanje
In 1500 kwam de Spanjaard Rodrigo de Bastidas aan in Colombia. Het Spaanse Rijk had grote interesse in Amerika; een continent dat vrij recent door de Europeanen ontdekt werd. Na de ontdekking ontstonden de eerste koloniën in het gebied; eerst langs de Caribische kust en later langs de Pacifische kust. De Spanjaarden hadden interesse in het gebied vanwege de kostbare grondstoffen. Daarnaast kwamen er ook veel kolonisten naar de kolonie voor de zoektocht naar de mythische stad, El Dorado. El Dorado zou een stad zijn die volledig uit goud gemaakt was en ergens in Venezuela of Colombia moest liggen. Dit was echter een mythe. In de jaren erna werden de binnenlanden hierdoor ontdekt. Uiteindelijk werd in 1557 een bestuur voor de hele kolonie gesticht. Dit leidde tot een periode waarin veel van de inheemse inwoners gestolen werd. Ook werden het christendom en de Spaanse cultuur verspreid en was er sprake van slavernij.
De Spanjaarden probeerden eerst de inheemse inwoners slaaf te maken. De Spanjaarden namen echter ziektes uit Europa mee. Doordat deze al eeuwenlang in Europa te vinden waren, werden de kolonisten er zelf niet tot nauwelijks ziek van. De inheemse inwoners overleden echter, aangezien zij er geen afweersysteem voor hadden. Hierdoor nam het aantal inheemse inwoners fors af en werden slaven uit Afrika gehaald. Colombia was tot aan 1717 onderdeel van het onderkoninkrijk Peru, waarna het onderkoninkrijk Nieuw-Granada gesticht werd. Dit onderkoninkrijk bestond uit de landen Colombia, Panama, Ecuador en Venezuela. Venezuela scheidde zich enkele jaren later af en werd een zelfstandige kolonie.
Onafhankelijkheid
Voor Spanje was Colombia een belangrijke kolonie, aangezien de kolonie voor veel goud zorgde. Tijdens de 18e eeuw ontstond er in veel Spaanse kolonie de roep om meer inspraak en later voor onafhankelijkheid. Aan het begin van de 19e eeuw verklaarden bijna alle Spaanse koloniën in Amerika zich onafhankelijk. Colombia deed dit in 1810. Het Spaanse leger greep niet in, aangezien het land te druk van met de oorlogen van Napoleon Bonaparte. Pas in 1819 kwam er echte onafhankelijkheid onder leiding van Simón Bolívar en Francisco de Paula Santander. Bolívar werd uiteindelijk de eerste president van Groot-Colombia. Het land omvatte naast Colombia ook nog Ecuador, Panama en Venezuela. Bolívar bleef tot 1830 president, waarna hij werd afgezet. Zijn afzetting zorgde ervoor dat Groot-Colombia uiteenviel in Colombia (inclusief Panama), Ecuador en Venezuela. Gedurende de 19e eeuw was er een strijd tussen de conservatieven en de liberalen in het land. De liberalen waren meestal afstammelingen van de voormalige slaven en woonden aan de kusten, terwijl de conservatieven afstamden van de Spaanse kolonisten en in de hooglanden woonden. De liberalen richtten zich vooral op de handel, terwijl de conservatieven zich richtten op de landbouw. Deze situatie zorgde voor veel spanningen, een slechte economie, staatsgrepen en conflicten. In 1899 leidde dit tot de 1000-daagse Oorlog, die tot 1902 zou duren. De liberalen gaven zich uiteindelijk over.
Ondertussen wilden de Verenigde Staten een kanaal dwars door Panama aanleggen om de Grote Oceaan met de Atlantische Oceaan te verbinden. Hierdoor werd reistijd aanzienlijk verkort. De Amerikanen vroegen de Colombianen toestemming voor het kanaal, aangezien Panama in die tijd tot Colombia behoorden. De liberalen wezen dit echter af. De Amerikanen gaven vervolgens steun voor een onafhankelijkheidsbeweging in Panama, die ertoe leidde dat Panama in 1903 onafhankelijk werd. Vervolgens konden de Amerikanen het kanaal bouwen, dat tegenwoordig het Panamakanaal is. De levensomstandigheden in Colombia bleven ook na de oorlog slecht. De arbeid was zwaar en de lonen laag. In 1928 brak een staking uit bij een bananenplantage. Deze staking werd met harde hand neergedrukt en leidde tot een groot bloedbad. Dit zorgde opnieuw voor spanningen. In 1948 werd presidentskandidaat Jorge Eliécer Gaitán vermoord en leidde tot massale protesten. Deze protesten leidden tot een volksopstand, die bekend staat als La Violencia. De opstand leidde tot het platbranden van honderden steden en dorpen en miljoenen vluchtten naar Venezuela. Uiteindelijk greep het leger de macht en tussen 1953 en 1957 werd het land bestuurd door Gustavo Rojas Pinilla.
De liberalen en conservatieven spraken uiteindelijk af om afwisselend de macht over te nemen. Dit leidde tot een vermindering van het geweld, maar ook van democratie. Deze situatie duurde tot 1974, waarna de democratie hersteld werd. Tussen 1965 en 1968 greep het leger opnieuw de macht na een studentenprotest.
Burgeroorlog en de FARC
In de jaren 60 ontstonden allerlei bewapende organisaties, die tegen de Colombiaanse regering waren. De bekendste van deze groepen is de FARQ. In die tijd hadden mensen met grote stukken grond veel invloed. De bewapende organisaties wilden deze invloed opheffen. Dit leidde tot de Colombiaanse Burgeroorlog. Tijdens de burgeroorlog besloot de Colombiaanse maffia de twee groepen tegenover elkaar uit te spelen. De maffia maakte gebruik van de situatie en begon met het massaal produceren van cocaïne. Dit leidde tot de komst van drugsbaronnen, als Pablo Escobar. Tijdens de oorlog was er sprake van geweld, corruptie, instabiliteit en veel doden. Presidentskandidaat Íngrid Betancourt, die de oorlog wilde oplossen, werd door de FARQ ontvoerd. Onder president Álvaro Uribe werd hard ingegrepen om het geweld, corruptie en drugsactiviteiten op te lossen. Zijn opvolger, Juan Manuel Santos, besloot in gesprek te gaan met de FARQ en wist tot een akkoord te komen. De FARQ moest zijn wapens inleveren en mocht als politieke partij meedoen. Het akkoord werd eerst afgewezen door de Colombiaanse bevolking, maar uiteindelijk alsnog goedgekeurd. Santos ontving hiervoor de Nobelprijs voor de Vrede.
Sindsdien gaat het beter met Colombia. Hoewel de FARQ de wapens heeft neergelegd, zijn er nog steeds groepen tegen de regering van Colombia. Daardoor is de burgeroorlog nog niet helemaal voorbij.
Geografie
Landschap
Het landschap van Colombia kan verdeeld worden in vijf regio's. In het noorden ligt de Caribische regio; tussen de Golf van Urabá tot aan de Venezolaanse grens. Het gebied wordt in het zuiden afgescheiden door de Sierra Nevada de Santa Marta. Het landschap is hier vrij vlak tot heuvelachtig. In dit deel van het land liggen de meeste grote steden en wonen veel mensen. Ook vind hier veel landbouw plaats. Voor de kust van Colombia liggen verschillende eilanden. Ook liggen er verschillende eilanden in de Caribische Zee, die tot Colombia behoren. Voorbeelden zijn het San Bernardoarchipel, de Islas del Rosario en Isla Fuerte. In het westen van het land ligt de Pacifische Regio; die aan de Grote Oceaan ligt. Deze loopt van de Panamese grens tot de grens met Ecuador. Het Andesgebergte in het oosten vormt de grens. De Pacifische regio staat bekend om zijn steile landschappen. De regio omvat de kustgebieden, maar is een stuk minder vlak dan de Caribische kust. De regio aan de Panamese grens wordt Darién genoemd, waar enkel moeras ligt.
Het Andesgebergte loopt door het midden van het land. Het Andesgebergte is het grootste gebergte van Zuid-Amerika en heeft ook toppen die altijd besneeuwd zijn. Het gebergte heeft verschillende plateaus, rivieren en meren. Hierdoor is landbouw mogelijk op verschillende plaatsen in het gebergte. Ook liggen hier verschillende nationale parken en uitgestrekte bossen. De Cauca en de Magdalena zijn de belangrijkste rivieren in de regio. In het oosten liggen de Orinoquía-regio, die ook soms Llanos Orientales genoemd wordt. Door deze regio stroomt de rivier Orinoco. Het landschap van de regio bestaat uit open velden en is erg dunbevolkt. De laatste regio is het Amazoneregenwoud, dat deels ook in andere landen ligt. Het landschap bestaat uit dicht regenwoud. De Guaviare is de belangrijkste rivier van deze regio.
Natuur
Colombia een van de grootste biodiversiteiten ter wereld. Dit betekent dat er in Colombia enorm veel verschillende soorten planten en dieren leven. Colombia staat op de eerste plek met de meeste soorten vogels en orchideeën, op de tweede plek met de meeste soorten planten, amfibieën, vissen, zoogdieren en vlinders en op de derde plek met de meeste soorten palmen en reptielen. Na Brazilië heeft het land de meeste soorten dieren die enkel één land voorkomen. In totaal staat Colombia op de vierde plaats qua biodiversiteit. Het land heeft 59 nationale parken en het land telt ruim 62.800 soorten planten en dieren. Qua dieren telt Colombia verschillende soorten apen, slangen, krokodillen, zwijnen, poema's, jaguars, miereneters, zeekoeien, waterschildpadden, dolfijnen en nog veel meer. Bekende zoogdieren in het land zijn de brilbeer, de tijgerkat, de manenwolf, het reuzengordeldier, de bergtapir, de cavia (komt in het wild voor) en de grijze dolfijn. De nationale vogel van Colombia is de Andescondor. Daarnaast komen nog de treurduif en verschillende soorten ara's veel voor. Qua reptielen komen de Cuviers gladvoorhoofdkaaiman, de Zuid-Amerikaanse ratelslang en de helmleguaan veel voor. Qua amfibieën komen er verschillende soorten gifkikkers in Colombia voor.
In de Cocoravallei kan men de hoogste palmbomen ter wereld vinden. Colombia heeft nog meer extremen. Zo is Chocó de natste plek ter wereld en is Phyllobates terribilis een van de giftigste dieren ter wereld.
Klimaat
Colombia heeft over het algemeen een tropisch klimaat. De evenaar loopt door het zuiden van het land. Het grootste gedeelte van het land heeft te maken met hoge temperaturen, veel zon en veel neerslag gedurende het gehele jaar. Tijdens het jaar blijft het weer ongeveer hetzelfde. Toch zijn er grote verschillen tussen de verschillende regio's. Aan de kusten ligt de temperatuur meestal boven de 30°C, terwijl deze in de bergen onder de 0°C ligt. De bergachtige regio's, vooral het Andesgebergte, heeft namelijk te maken met een hooggebergteklimaat. In de regio's tussen de tropische gebieden en de gebergten is er een steppeklimaat of een savanneklimaat.
Colombia heeft niet zoals Nederland en België met vier seizoenen te maken, maar met twee seizoenen. Er is het regenseizoen en het droge seizoen. Het regenseizoen valt samen met de lente en de herfst, terwijl het droge seizoen samen valt met de winter en de zomer. Een uitzondering hierop is het noorden. Hier duurt het droge seizoen van november tot april en het regenseizoen van mei tot oktober.
Grote steden
10 grootste steden van Colombia | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Nummer | Stad | Inwoners | ||||||||
1 | Bogotá | 8.181.047 | ||||||||
2 | Medellín | 2.529.403 | ||||||||
3 | Cali | 2.445.405 | ||||||||
4 | Barranquilla | 1.232.462 | ||||||||
5 | Cartagena | 1.036.134 | ||||||||
6 | Cúcuta | 668.838 | ||||||||
7 | Soledad | 666.247 | ||||||||
8 | Ibagué | 569.336 | ||||||||
9 | Soacha | 544.997 | ||||||||
10 | Bucaramanga | 528.610 |
Bevolking
Algemeen
Colombia heeft zo'n 50 miljoen inwoners en is na Mexico en Brazilië het meest bevolkte land van Latijns-Amerika. De bevolking groeit nog steeds, zowel door geboorte als immigratie. In 2050 zal het land naar verwachting 55 miljoen inwoners hebben. Een kwart van de inwoners is 15 jaar of jonger, 65% is tussen de 15 en 65 jaar en 7,4% van de inwoners is 65 jaar of ouder. De meeste inwoners wonen in het noordwesten van het land, voornamelijk langs de kusten en in de grote steden. In het zuidoosten wonen amper mensen.
87% van de inwoners heeft een Europese migratieachtergrond of is Latino. Latino's zijn de afstammelingen van de oorspronkelijke inwoners en de Europese kolonisten. 9% van de bevolking heeft een Afrikaanse migratieachtergrond. Zij zijn in veel gevallen de afstammelingen van voormalige slaven. Soms hebben zij ook Europese voorouders. 4% van de bevolking behoort tot de inheemse inwoners. Deze laatste groep bestaat uit allerlei verschillende volkeren, die vooral in het zuidwesten wonen.
Taal
De officiële taal van Colombia is Spaans. De Colombiaanse variant van het Spaans wordt door de meeste inwoners gesproken. Deze is beïnvloed door het Caribisch-Spaans, het Andes-Spaans en de verschillende inheemse talen. In het departement San Andrés en Providencia is Engels daarnaast nog officieel. Meer dan 99% van de bevolking spreekt Spaans, waarvan het overgrote deel als moedertaal.
In Colombia worden daarnaast nog 71 inheemse talen gesproken. Veel van deze talen worden door slechts enkele mensen nog gesproken en worden met uitsterven bedreigd. De meeste sprekers van deze inheemse talen spreken daarnaast nog Spaans. Hierdoor zijn creooltalen ontstaan. Dit zijn een soort van mengtalen tussen (in dit geval) het Spaans en inheemse talen.
Religie
Het grootste gedeelte van de bevolking (70%) is aanhanger van de Rooms-Katholieke Kerk. Tot aan 1991 was de Katholieke Kerk de officiële religie van het land. Tegenwoordig is dit niet meer het geval en is er scheiding tussen kerk en staat. In Colombia is vrijheid van godsdienst, wat betekent dat iedereen mag geloven wat hij/zij wil. 16% van de bevolking is aanhanger van het protestantisme. De meeste protestanten zijn evangelisch. 5% van de bevolking is ongelovig of hangt geen geloof aan. De rest hangt een ander geloof aan, zoals de islam of inheemse geloven.
Kunst en cultuur
Kunst en literatuur
Werelderfgoed
De volgende zaken staan op de werelderfgoedlijst van UNESCO:
- Haven, forten en groep monumenten in Cartagena
- Nationaal Park Los Katíos
- Historisch centrum van Santa Cruz de Mompox
- Nationaal archeologisch park Tierradentro
- Archeologisch park San Agustín
- Reservaat Malpelo
- Cultuurlandschap van de koffie van Colombia
- Qhapac Ñan, wegennetwerk van de Andes (deels in andere landen)
- Nationaal park Chiribiquete – "De maloca van de jaguar"
Muziek
Keuken
Politiek
Staatsinrichting
Colombia is een presidentiële republiek en één van de oudste democratieën van Zuid-Amerika. De huidige grondwet komt uit 1991. Het staatshoofd van Colombia is een president. Een president wordt via verkiezingen om vier jaar gekozen. De president mag zich hierna nog één verkiesbaar stellen. Hij of zij mag dus maximaal twee termijnen zitten (net als in de Verenigde Staten). De huidige president is Iván Duque, die sinds 2018 het land leidt.
De president is ook de leider van de regering. De ministers moeten verantwoording afleggen aan de president en niet aan het parlement. Het parlement bestaat uit twee kamers; namelijk het Parlement bestaande uit 165 leden en het Congres bestaande uit 102 leden. De president is ook de opperbevelhebber van het leger, maar het leger mag in conflicten ook zelf dingen beslissen.
Bestuurlijke indeling
Het land is verdeeld in 32 departementen en 1 hoofdstedelijke gebied, namelijk de hoofdstad Bogota. De departementen zijn ingedeeld in regio's of provincies, die weer in gemeenten zijn onderverdeeld. De grootte van een gemeente wordt bepaald door het aantal inwoners. In dichtbevolkte gebieden kunnen er wel meer dan 100 zijn, terwijl in dunbevolkte gebieden de gemeenten vaak groter zijn dan heel Vlaanderen. Sommige dunbevolkte gebieden worden rechtstreeks vanuit een departement bestuurd.
Economie van Colombia
Als de bevolking meer besteedt is dat een duidelijke indicatie dat de welvaart toeneemt, ook al blijkt uit niets Het Internationale Monetaire Fonds heeft de groeiverwachting voor Colombia voor 2019 op 3,5% gesteld. Een kleine groeiversnelling zit er zelfs in: voor 2020 verwacht het IMF een 3,6% toename van de bestedingen. (Het betreft hier volumegroei: als je de prijsstijging ook meeneemt komt de groei hoger uit.) Het fonds komt tot deze conclusies na een officieel bezoek aan het land, waarover de zakenkrant Portafolio uitvoerig bericht (portafolio.co/economia). Ter vergelijking: dit is gelijk aan de projecties voor de wereldeconomie. De volumegroei over 2019 was voor Nederland echter slechts 2,9%, in 2018 was hij 2,5% en voor dit jaar staat een verdere groeivertraging voor de deur: 1,5%.
Als de bevolking meer besteedt is dat een duidelijke indicatie dat de welvaart toeneemt, ook al blijkt uit niets of deze welvaart ook beter verdeeld is. De binnenlandse consumptieve vraag is voor de groei de hoofdverantwoordelijke. Het Bruto Binnenlands Product – dat gewoonlijk als belangrijkste indicator wordt gebruikt voor groeivoorspellingen – is opgebouwd uit de bestedingen aan goederen en diensten voor consumenten, aan kapitaalgoederen voor bedrijven, verder aan producten voor de export en ten slotte de overheidsbestedingen. De consumenten nemen hier dus kennelijk het voortouw, al doen de bedrijfsinvesteringen het ook heel goed.
Foto's
Landen en afhankelijke gebieden in Zuid-Amerika | |||
---|---|---|---|
Argentinië · Bolivia · Brazilië · Chili · Colombia · Ecuador · Guyana · Paraguay · Peru · Suriname · Uruguay · Venezuela Afhankelijke gebieden: Falklandeilanden · Frans-Guyana · Zuid-Georgia en de Zuidelijke Sandwicheilanden |