Conversietherapie
Homogenezing of conversietherapie is een behandeling bedoeld om de seksuele geaardheid of genderidentiteit van een persoon te veranderen. Hierbij draait het om die geaardheid of genderidentiteit te veranderen naar de heersende vorm. Zo wil men een homoseksueel persoon heteroseksueel maken. Bij trans personen wil men het gender waarmee de persoon zichzelf identificeert veranderen in het gender waarmee die persoon geboren werd. Conversietherapie heeft geen wetenschappelijke basis. In veel landen is homogenezing verboden en wordt als vorm van homofobie of transfobie gezien.
Achter homogenezing schuilen vaak conservatief-religieuze redenen. Volgens die groep mensen zijn andere geaardheden en identiteiten immoreel en fout. Zijn beschouwen die geaardheden en identiteiten als "ziekte" of "aandoening" die door middel van conversietherapie genezen kan worden. Die therapie kan verschillende vormen aannemen. Zo kan conversietherapie bestaan uit gesprekken en trainingen, maar ook behandelingen met medicijnen of hormonen, operaties of duivelsuitdrijvingen. Wetenschappelijk gezien is conversietherapie ineffectief en veroorzaakt psychologische schade bij de behandelde.
Vaak wordt de term homogenezing gebruikt. Toch is de term conversatietherapie beter. De therapie richt zich niet alleen op homoseksuelen maar ook op transgenders, biseksuelen en andere geaardheden en genderidentiteiten.
Geschiedenis
In de 19e eeuw ontstond de term homoseksueel. Veel conservatieve groepen zagen homoseksualiteit toen als een ziekte of aandoening die te genezen was. Richard von Krafft-Ebing geloofde dat homoseksualiteit verwijderd kon worden door hypnose. Eugen Steinach geloofde echter dat homoseksualiteit veroorzaakt werd door een gebrek aan testosteron (het mannelijke geslachtshormoon). Daardoor zouden homoseksuele mannen zich "vrouwelijk" gedragen. In die tijd richtte conversietherapie zich voornamelijk op homoseksuele mannen. Zo had Steinach niet dezelfde theorie over lesbische vrouwen. Ook Sigmund Freud zag homoseksualiteit als een aandoening. Door middel van hypnose zou volgens hem een persoon heteroseksuele gevoelens kunnen krijgen. Toch zouden de homoseksuele gevoelens niet verwijderd kunnen worden.
Vanaf het begin van de 20e eeuw ontstonden groepen die conversietherapie aanboden. Deze groepen hadden niet altijd religieuze beweegredenen. In die tijd was homoseksualiteit in veel landen strafbaar. In landen waar homoseksualiteit op papier legaal was, waren zij alsnog verplicht hun seksuele geaardheid te verbergen. Homoseksualiteit werd toen ook in de wetenschap als (mentale) ziekte gezien. Dat kwam grotendeels door het feit dat de psychologie zich nog niet ver ontwikkeld had. Pas in de tweede helft van de 20e eeuw begon men homoseksualiteit niet meer als ziekte te zien, maar als seksuele geaardheid. Onderzoek naar conversietherapie toonde ook aan dat het geen wetenschappelijke basis had. Desondanks bleven sociaal- en religieus-conservatieve groepen homoseksualiteit (en andere geaardheden en genderidentiteiten) als ziekte beschouwen. Conversietherapie bleef hierdoor ook bestaan.
In de 21e eeuw veranderde de publieke mening over conversietherapie. Verschillende slachtoffers van conversietherapie kwamen ook naar buiten. Zo sprak Sam Brinton in 2010 over zijn ervaringen met conversietherapie. Brinton kwam uit de kast als biseksueel tegenover zijn ouders. Zijn ouders zagen dat als immoreel en stuurden hem naar een school voor conversietherapie. Brinton noemde de therapie "pijnlijk", "barbaars", "ineffectief" en "een vorm van marteling".
Motivering en vormen
Conversietherapie is ontstaan uit het idee dat niet-heteroseksuele relaties en andere genderidentiteiten dan cisgender fout zijn. Veel aanbieders van conversietherapie zijn tegenwoordig beïnvloed door religieuze beweegredenen. Dat zijn vaan conservatieve of reactionaire interpretaties van onder meer met christendom, jodendom en islam.
Conversietherapie kan verschillende vormen aannemen zoals:
- (Herhalende) gesprekken met een (zelfbenoemd) psycholoog of religieuze functionaris.
- Aversietherapie, waarbij men door middel van pijn of lichamelijk trauma niet-heteroseksuele gevoelens probeert te genezen.
- Hersenoperaties
- Castratie en transplantaties
- Missies van voormalige homoseksuelen of transgenders bedoeld om iemand op andere gedachten te brengen.
- Hypnose
- Psychoanalyse
- Therapie gericht op het "repareren" van niet-heteroseksuele gevoelens.
- Huwelijkstherapie
Voor deze behandelingen is geen wetenschappelijke basis. Conversietherapie leidt daarentegen tot psychologische schade en bij sommige behandelingen ook lichamelijke schade.
Effecten
Conversietherapie is ineffectief. Er is geen wetenschappelijk bewijs dat de therapie leidt tot een verandering van de seksuele geaardheid of genderidentiteit.
Daarentegen zijn er een groot aantal negatieve effecten verbonden aan (langdurige) conversietherapie:
- Een hogere kans op mentale problemen zoals:
- Depressie
- Vertrouwensangst en andere angst(stoornissen)
- Schaamte en zelfhaat
- Posttraumatische stress (na gewelddadige vormen van conversietherapie)
- Lichamelijke schade (na gewelddadige vormen van conversietherapie)
- Isolement van de omgeving
- Moeite met intimiteit en relaties
- Interne conflicten rondom identiteit
Die problemen kunnen in het ergste geval leiden tot (pogingen tot) zelfdoding. Zo is het zelfdodingscijfer onder slachtoffers van conversietherapie hoger dan het gemiddelde.
Slachtoffers hebben te maken met hogere kans op mentale problemen (zoals depressie). Ook zijn zij vatbaarder voor verslavingen. De therapie kan er zelfs tot leiden dat slachtoffers zelfmoord plegen in het ergste geval.
Wettelijke status
Wereldwijd
Sinds 2023 is conversietherapie verboden in 28 landen. Dat zijn België, Canada, Cyprus, Duitsland, Ecuador, Frankrijk, Griekenland, IJsland, Malta, Mexico, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Portugal en Spanje. In Nederland werd in 2025 een wet in behandeling om conversietherapie strafbaar te stellen. Ook is conversietherapie verboden in sommige deelstaten van de Verenigde Staten en Australië, maar niet in het gehele land.
In Albanië, Brazilië, Chili, India, Israël, Taiwan en Vietnam mogen medische professionals geen conversietherapie uitvoeren. In Argentinië, Fiji, Nauru, Paraguay, Samoa, Uruguay en Zwitserland mogen medische professionals geen diagnose geven, waardoor conversietherapie indirect verboden is. Je kunt namelijk geen therapie krijgen zonder de diagnose. In deze twee groepen zijn er geen specifieke wetten voor conversietherapie door niet-medici.
In veel andere landen staat het verbieden van conversietherapie ter discussie, waaronder in Colombia, Finland, Ierland, Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk.
België
Op 20 juli 2023 nam de Kamer van Volksvertegenwoordigers een wet aan, waardoor conversietherapie strafbaar werd. De wet werd geïntroduceerd door minister Marie-Colline Leroy (Ecolo) en minister Vincent Van Quickenborne (Open VLD). Alle partijen in de Kamer stemden voor het voorstel met uitzondering van Vlaams Belang, dat zich onthielt van de stemming.
De wet zorgde ervoor dat zowel de conversiepraktijken als het uitlokken, aanbieden en reclame maken voor conversietherapie strafbaar werd. Overtreders kunnen een gevangenisstraf krijgen van 8 dagen tot 2 jaar en/of een boete krijgen van 208 tot 2400 euro. Daarnaast kan de rechtbank een beroepsverbod voor vijf jaar opleggen.
Nederland
In Nederland kwamen coalitiepartijen D66 en VVD samen met oppositiepartijen GroenLinks-PvdA, Partij voor de Dieren en SP met een voorstel om conversietherapie strafbaar te stellen. In september 2025 behandelde de Tweede Kamer het voorstel na een aanpassing van de wet. Naast D66, VVD, GL-PvdA, Partij voor de Dieren en SP stemden ook Volt, CDA, NSC, BBB en JA21 voor het wetsvoorstel. PVV, FvD, SGP, ChristenUnie en DENK stemden tegen.
Momenteel moet het voorstel nog door de Eerste Kamer worden goedgekeurd.