Karel de Grote: verschil tussen versies
k (Wijzigingen door WesselDeJong (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Wiki7) |
k (Twee maal "voor Christus" vervangen door "na Christus) |
||
(70 tussenliggende versies door 27 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
+ | {{Infobox politiek persoon |
||
− | [[Bestand:Charlemagne2.jpg|right|thumb|Karel de Grote]] |
||
+ | |naam = Karel de Grote |
||
− | '''Karel de Grote''' (2 april 742 of 743 - [[Aken]], 28 januari 814) was een belangrijke Europese vorst. Hij was van 771 tot aan zijn dood koning der [[Franken]]; daarbovenop werd hij in 800 tot keizer van het Westen gekroond. Karel de Grote was de zoon van [[Pepijn de Korte]] en [[Bertrada van Laon]]. |
||
+ | |afbeelding = [[Bestand:Aachen Domschatz Bueste1.jpg|250px]] |
||
+ | |onderschrift = Buste van Karel de Grote |
||
+ | |volledige naam = Karel de Grote, [[Latijn]]: Carolus Magnus; [[Duits]]: Karl der Große |
||
+ | |geboren = 2 april 747 |
||
+ | |plaatsgeboren = [[Luik (stad)]] (Herstal) of [[Aken]] |
||
+ | |overleden = 28 januari 814 (66 jaar) |
||
+ | |plaatsoverleden = [[Aken]], Francia (Frankische Rijk) |
||
+ | |huwelijk = Desiderata (geh. 770; ontbonden 771)<br> |
||
+ | Hildegard van Vinzgouw (geh. 771; overl. 783)<br> |
||
+ | Fastrada (geh. 783; overl. 794)<br> |
||
+ | Luitgard (geh. 794; overl. 800) |
||
+ | |relatie = |
||
+ | |partij = Karolingische dynastie |
||
+ | |religie = [[Katholiek]] |
||
+ | |stroming = |
||
+ | |uitgelichte functie = Keizer van het [[Karolingische rijk]] |
||
+ | |aangetreden = 800 |
||
+ | |afgetreden = 814 |
||
+ | |voorganger = --- |
||
+ | |opvolger = [[Lodewijk de Vrome]] |
||
+ | |functie = Keizer van het Karolingische rijk (25 december 800 – 28 januari 814)<br> |
||
+ | Koning van de [[Lombarden]] (10 juli 774 – 28 januari 814)<br> |
||
+ | Koning van de [[Franken]] (9 oktober 768 – 28 januari 814) |
||
+ | }} |
||
+ | '''Karel de Grote''' (2 april 742 of 743 - [[Aken]], 28 januari 814) was een belangrijk Europees vorst en volgens velen zelfs de belangrijkste vorst die ooit in Europa heeft geregeerd. Hij was van 768 tot aan zijn dood koning der [[Franken]] en vanaf 774 ook de [[Longobarden]]; daarbovenop werd hij in 800 na [[Christus]] door de [[paus]] tot keizer van het Westen gekroond. Karel de Grote was de zoon van [[Pepijn de Korte]] en [[Bertrada van Laon]]. Hij heeft het [[onderwijs]] een grote impuls gegeven, wat een onderdeel van de [[Karoliningische Renaissance|Karolingische Renaissance]] was. |
||
+ | == Grootse naam == |
||
− | Karel de Grote was de belangrijkste vorst van de vroege [[middeleeuwen]]. |
||
+ | In het Latijn heette hij Carolum Magnus en zo werd hij ook wel eens genoemd. In het Frans en het Engels luidt zijn naam Charlemagne. Karel de Grote heette om verschillende redenen de Grote; omdat zijn rijk steeds groter werd en hij het heel goed bestuurde. Deskundigen denken ook dat hij 1.72 m lang was. Dat was met name in die tijd heel erg lang, omdat de mensen vroeger gemiddeld veel kleiner waren dan nu. Dus hij kwam niet alleen figuurlijk maar ook letterlijk boven iedereen uit. Hij heeft veel gedaan om de eenheid in zijn rijk te bewaren. Zo heeft hij één munt ingevoerd en één [[alfabet]]. Dat alfabet met 26 letters gebruiken we nu steeds (Karolingische alfabet of schrift). |
||
+ | Vanwege zijn grote verdiensten voor Europa is er een Karelsprijs ingesteld voor de beste leider die het meest heeft gedaan voor de eenwording van Europa. Ook noemen velen hem daarom de "vader van Europa". |
||
− | In het Latijn heette hij Carolus Magnus en zo werd hij ook wel eens genoemd. |
||
− | In het Frans en het Engels luidt zijn naam Charlemagne. Karel de Grote heette om verschillende redenen de Grote; omdat hij veel land in bezit had en heel goed zijn land bestuurde. Deskundigen denken ook dat hij 1.92 m was. Dat was met name in die tijd heel erg lang, omdat de mensen vroeger gemiddeld veel kleiner waren dan nu. Dus hij kwam niet alleen figuurlijk maar ook letterlijk boven iedereen uit. |
||
+ | == Karel de Grote zelf == |
||
− | Hij vond dat iedereen in de [[God]] van de [[christen]]en moest geloven. Karel voerde [[oorlog]] met koningen die nog in de oude goden geloofden, zoals [[Radboud]] van de [[Friezen]]. Hij veranderde veel dingen en werd een beroemde persoon in de geschiedenis. |
||
+ | [[Bestand:Frankenrijk.jpg|miniatuur|Het groter wordende Rijk van Karel]] |
||
+ | Karel de Grote is mogelijk op 2 april van het jaar 742 (dit kan ook 747 of 748 zijn) ergens in de buurt van [[Aken]] (waar precies is onbekend) geboren. In de buurt van die stad is hij ook begraven. In de [[Dom van Aken]] staat zijn stoel. |
||
+ | Hij was heerser van een steeds groter wordend rijk. Hij had kleine maar ook grote landen veroverd. Hij had veel volksgroepen bij zijn rijk gevoegd, zoals [[Saksen]], [[Lombardije]], [[Beieren]] en de [[Spaanse Mark]]. Hij was koning van de Franken vanaf 768 en vanaf 800 was hij een heilige Romeinse keizer. |
||
− | ==Karel de Grote zelf== |
||
− | Karel de Grote is mogelijk op 2 april van het jaar 742 (dit kan ook 747 of 748 zijn) ergens in de buurt van [[Aken]] (waar precies is onbekend) geboren. In de buurt van die stad is hij ook begraven. In de [[Dom van Aken]] staat een beeld van hem. |
||
− | Hij |
+ | Hij volgde zijn vader [[Pepijn de Korte]] op. Bij de Franken was het normaal dat de erfenissen gelijk verdeeld werden onder alle zonen. Karel de Grote had ook een broer, [[Karloman]]. Omdat Karloman in 771 op jonge leeftijd stierf, had Karel daarna het hele Frankische Rijk. |
+ | Karel was als jongeman soms mee geweest op [[Veldtocht|veldtochten]] met zijn vader. Hij is grootgebracht in een [[klooster]]. Hij trok van de ene plaats naar de andere plaats. In de tijd van Karel waren er voortdurend kleine veldslagen en oorlogen tussen allerlei stammen. Veel stammen dachten rijk te worden door schatten van andere stammen te veroveren. Om die reden vonden ze vechten belangrijker dan leren lezen of schrijven. In die tijd trokken er [[Monnik|monniken]] rond die vertelden dat ze juist niet moeten vechten, maar dat het belangrijker was om de [[Bijbel]] te lezen. Toch heeft Karel vaak tegen veel stammen gevochten. De bekendste zijn de [[Saksen]]. Ze vielen monniken aan en staken [[Kerk|kerken]] in brand. Op zijn beurt stak Karel hun heilige boom (de Irminsul) in brand. Toen in 785 de leider van de Saksen, [[Widukind]] zich bekeerde tot het [[christendom]], werden de ruzies met de Saksen minder. Pas in 804 echter was er vrede tussen de Saksen en de Franken. Ook tegen de [[Beieren]] werd gevochten, maar hier had de [[diplomatie]] de overhand. Tegen de Alemannen, de Avaren in Hongarije werd ook vaak gevochten. In 795 veroverde hij hun schatten. Die hadden zij op hun beurt weer veroverd op andere volkeren. Karel maakte zich uiterst populair door de schatten niet voor zichzelf te houden, maar door ze uit te delen aan alle belangrijke mensen binnen zijn Rijk. |
||
− | Karel werd in 768 koning van de Franken en erfde een rijk dat zijn voorgangers langzaamaan hadden uitgebouwd. Op kerstdag van het jaar 800 werd hij door paus [[Leo III]] in [[Rome]] tot keizer gekroond. Het keizerrijk van Karel de Grote strekte zich uit over grote delen van het huidige [[West-Europa]]. Zijn hele leven lang zou Karel de Grote oorlog voeren om zijn rijk uit te breiden en te beschermen. Zo'n vijfenvijftig militaire expedities ondernam hij. Zijn legers vochten in [[Italië]] om te bezittingen van de paus te beschermen. Aan de grens met [[Spanje]] waar de [[moslims]] een constante bedreiging vormden en in de [[Duitsland|Duitse gebieden]], tegen de opstandige [[Saksen]]. |
||
+ | Karel de Grote vocht ook tegen de [[Moren]] in het zuiden. Dat waren Arabische mensen die zich in [[Spanje]] hadden gevestigd. Zij hadden heel Spanje in bezit tot aan de [[Pyreneeën]]. Hun bekendste steden waren [[Córdoba]] en [[Granada]]. De verloren [[Slag bij Poitiers (732/733)|slag bij Poitiers]] in 732 was het voorlopige einde van de islamitische opmars in Europa. Echter, de Moren voeren na deze slag nog meerdere keren plundertochten uit in het zuiden van het [[Frankische Rijk]], in de tijd van Karel Martel en Pepijn de Korte. De aanleiding voor het gevecht tegen de Moren in Spanje was ruzie tussen de Spaanse leiders en de Arabische leiders in [[Bagdad]]. In Spanje verloor Karel de slag echter. Tijdens de aftocht werd Roland (Roelandt), een van zijn officieren, na een legendarisch gevecht gedood. Hij werd het onderwerp van vele liederen en verhalen uit de Middeleeuwen. Dat was het Roelantslied. Karel sluit daarna vrede met beide islamitische leiders. Met de Arabische leider in Bagdad zullen ze elkaar daarna bijzondere cadeaus sturen. Het meest bijzondere cadeau dat Karel kreeg, was een [[olifant]]. |
||
− | ==Wat heeft hij allemaal gedaan?== |
||
+ | [[Bestand:Karlsschrein front side left.jpg|miniatuur|Kist met de botten van Karel de Grote]] |
||
− | Karel heeft niet alleen oorlog gevoerd. Hij ook veel voor het onderwijs gedaan en de landbouw. Want daar leefde in die tijd het grootste deel van de bevolking van. Karel de Grote was altijd al geïnteresseerd in [[grammatica]] en [[filosofie]]. Hoewel hij zelf niet kon schrijven, liet hij wel scholen bouwen door zijn hele rijk. Hij stuurde monniken door het hele land en die moesten dan scholen oprichten. In die tijd werden er ook veel nieuwe dingen voor de landbouw uitgevonden. Zo heeft Karel de Grote het drieslagstelsel ingevoerd. Dat houdt in dat er een akker braak ligt en de twee andere gebruikt worden. Vroeger was het namelijk zo dat de helft braak lag. Dat is dat er geen dingen op verbouwd worden maar dat er dieren op lopen zodat die het met hun poep kunnen bemesten. En dat dan de andere helft gebruikt kan worden om dingen op te verbouwen. Maar als je twee derde van de akkers gebruikt, kan je meer oogsten. |
||
+ | Karel erfde in 768 een rijk dat zijn voorgangers langzaamaan hadden uitgebouwd. Op kerstdag van het jaar 800 werd hij door [[paus Leo III]] in [[Rome]] tot keizer gekroond. Het keizerrijk van Karel de Grote strekte zich uit over grote delen van het huidige [[West-Europa]]. Zijn hele leven lang zou Karel de Grote veldslagen voeren om zijn rijk uit te breiden en te beschermen. Zo'n vijfenvijftig militaire expedities ondernam hij. Zijn legers vochten in [[Italië]] tegen de [[Longobarden]] om de bezittingen van de paus te beschermen. Hij wist het rijk van de Longobarden in te nemen zonder dat er een slag hoefde te worden geleverd. Aan de zuidelijke grens met [[Spanje]] vocht hij waar de [[moslims]] een constante bedreiging vormden en in de [[Duitsland|Duitse gebieden]], tegen de opstandige [[Saksen]]. |
||
− | Karel wilde ook dat iedereen christelijk was. Hij liet daarom veel kerken bouwen. |
||
+ | == Dood van Karel == |
||
− | Natuurlijk heeft Karel de Grote ook veel oorlogen gevoerd, daardoor is z'n rijk ook zo groot geworden. Hij moest z'n land ook goed verdedigen, hij had namelijk veel vijanden, zoals de Saksen in het noorden de Slaven in het oosten, de Moren in het zuiden en ook nog de Vikingen in het westen. |
||
+ | Karel de Grote overleed op 28 januari 814 na Christus . Hij heeft bijna 50 jaar over zijn rijk geheerst. Het is een unieke prestatie, dat niemand in Europa op die manier heeft kunnen nadoen. Hij ligt nu in de Dom van Aken, maar als je op het plaatje kijkt zie je dat de kist waar hij in ligt niet zo groot is terwijl hij toch best groot was. Dat komt doordat het in die tijd gebruikelijk was om bijvoorbeeld de botten van zo’n belangrijk iemand weg te geven. Het was een hele eer om een botje van Karel de Grote te krijgen. Op het plaatje links zie je een arm bot van Karel in een gouden arm. Na Karels dood kreeg Karels oudste zoon Lodewijk de troon. Hij had nog twee oudere zoons, maar die waren al overleden. |
||
+ | [[Bestand:Charlemagne arm at Cathedral Treasury Aachen Germany.jpg|miniatuur|De gouden arm met het botje van Karel]] |
||
+ | [[Lodewijk de Vrome]] bestuurde het land minder goed, omdat hij niet zo'n sterke persoonlijkheid had als zijn vader Karel. Karel heeft hem nog in 813 een jaar voor zijn dood tot keizer gekroond. In 817 na Christus liet Lodewijk zich nog door de paus kronen. Hij had drie zoons. En na een ongeluk met een houten loopbrug die instortte en waar hij zelf ook op stond, stelde hij een erf document op: hij benoemde zijn oudste zoon tot eerste erfgenaam en medekeizer en zijn twee andere zoons en Bernard hun neef tot onderkoning. Uiteindelijk werd het land in 843 verdeeld in drie delen door middel van het [[verdrag van Verdun]]. De oudste zoon kreeg het midden, de andere kreeg het westen en de laatste kreeg het oosten. Het oosten en het middelste werden uiteindelijk het [[Heilige Roomse Rijk]], dat nog tot in de 19e eeuw heeft bestaan. |
||
+ | == Familie == |
||
− | Karel de Grote was een krachtige persoonlijkheid, een begaafd staatsman. Hij kon goed organiseren en hij was een ervaren militair en een fanatiek christen. Waar het om besturen ging koos Karel de Grote voor ''[[decentralisatie]]''. Hij deelde zijn rijk op in afzonderlijke gouwen en graafschappen. Aan het hoofd van elke gouw stond een graaf. Bij aanvaarden van hun taak moesten deze graven hem trouw zweren en erkennen als hun opperste heer. Karel de Grote vaardige wetten uit die van kracht waren voor het hele grondgebied. Bovendien werd zijn reusachtig rijk onophoudelijk doorkruist door een soort reizende [[ambtenaren]] die gezonden waren door de heer ook wel zendgraven genoemd. Zij waren de ogen en oren van de [[keizer]] die bleef op deze manier uitstekend op de hoogte van wat er tot in de verste uithoeken van zijn rijk gebeurde. Deze [[staatsvorm]] was goed doordacht. Elk volk kon in een aparte gouw zijn eigenheid bewaren, terwijl alle [[gouwen]] samen onderworpen waren aan de wetten van de keizer. |
||
+ | Karel de Grote was de zoon van Pepijn de Korte die voor Karel koning van het Frankische rijk was. Pepijn werd geboren in 714 en is gestorven in 768. De vader van Pepijn de Korte en de opa van Karel is [[Karel Martel]], geboren in 689 en overleden in 741. Hij was hofmeier; dat is het hoofd van de koninklijke huishouding. Pepijn de Korte was ook hofmeier totdat hij in 751 de macht overnam. In 754 gaf de paus hem tot koning. |
||
+ | Karel had gedurende zijn lange leven ook veel vrouwen, wel 5! Sommigen van deze vrouwen scheidden van hem en anderen overleden. Hij had ook veel kinderen, minstens 18, maar misschien wel 34! Z’n vrouwen heetten Himiltrude, Desiderata, Hildegarde, Fastrada en Luitgarde. Karel had dus een hele grote familie. |
||
− | De basis waarop het rijk van Karel de Grote rustte was het christelijke geloof. De paus van [[Rome]] bezat de geestelijke macht: hij was bevoegd voor [[geloofszaken]] en de organisatie van de kerk. De keizer, die door de paus was gekroond had de wereldlijke macht. Hij stond in voor de inrichting en verdediging van zijn rijk. Binnen dit uitgekiende systeem speelden [[klooster]]s en [[Abdij]]en een sleutelrol. Zij waren de bewaarders van alle menselijke kennis en wetenschap. Ze stonden ook in ziekenzorg en onderricht. Karel de Grote kon zelf lezen noch schrijven, maar hij vond onderwijs erg belangrijk. |
||
+ | == Het christendom als basis == |
||
− | Karel maakte ook [[mark (graafschap)|marken]]. Dit waren stukken land aan de grens die een extra groot leger hadden. Een baas van een mark heette een markgraaf. Een paar van zulke marken waren de [[Spaanse mark]], de [[Bretonse mark]]m de [[Denemarken|Deense mark]] en de [[Markgraafschap Oostenrijk|Ostmark]]. |
||
+ | De basis waarop het rijk van Karel de Grote rustte, was het [[Christendom|christelijke geloof]]. De paus van [[Rome]] bezat de geestelijke macht: hij was bevoegd voor [[geloofszaken]] en de organisatie van de kerk. |
||
+ | De keizer, die door de paus in 800 voor het eerst werd gekroond, had de wereldlijke macht. Hij stond in voor de inrichting en verdediging van zijn rijk. Binnen dit uitgekiende systeem speelden [[Klooster|kloosters]] en [[Abdij|Abdijen]] een sleutelrol. Zij waren de bewaarders en ontwikkelaars van alle menselijke kennis en wetenschap. Ze stonden ook in ziekenzorg en onderricht (onderwijs). |
||
− | Karel had ook gouwen, dit waren een soort provincies. Een gouw had ook een eigen baas. zo'n baas heette een hertog, graaf of leenman. Een de baas van een gouw had ook een eigen leger maar dat leger moest wel meevechten als er oorlog was. |
||
+ | Er waren in die tijd veel mensen die in Germaanse goden geloofden, zoals in [[Donar]] (de hamers mijter van donder, hiernaar is [[donderdag]] genoemd), [[Wodan]] (de baas van alle goden, hiernaar is [[woensdag]] genoemd), [[Freya]] (godin van de liefde, hiernaar is [[vrijdag]] genoemd) en zo zijn er nog vele andere goden waar ze in geloofden. Karel de Grote geloofde in één [[God]], die van het [[christendom]]. Hij wilde bovendien dat iedereen in zijn rijk het christendom ging aanhangen. In die tijd gingen de mensen steeds meer in het christendom geloven, het werd gebracht door zendelingen uit [[Ierland]], onder anderen [[Willibrord]] en [[Bonifatius]]. In 690 trok [[Willibrord]] rond en in 754 werd Bonifatius door de Friezen vermoord in [[Dokkum]]. Deze zendelingen zeiden tegen de mensen dat ze niet in oude goden moesten geloven, maar in [[Jezus]]. |
||
− | Karel reisde vaak rond door zijn rijk zodat hij de gouwen kon controleren. Hij verbleef dan in een [[palts]], dat is een soort paleis. In Aken had hij ook een palts daar woonde hij echt maar omdat hij zo rondreisde had hij door z'n hele land paltsen. En dan had hij ook nog de rijksdag. Dat is een dag in de zoveel jaar dat alle leenmannen, graven, hertogen en markgraven naar Aken moesten komen om daar een vergadering moesten houden en elkaar op de hoogte stellen van wat er gebeurt was. En op die manier kon Karel de Grote toch dat enorme rijk besturen. |
||
+ | == Bevordering van het onderwijs == |
||
− | ==Dood== |
||
+ | Karel heeft niet alleen oorlog gevoerd. Hij bracht eenheid in Europa Hij heeft ook veel voor het onderwijs gedaan. Karel de Grote was altijd al geïnteresseerd in [[grammatica]] en [[filosofie]]. Hoewel hij zelf niet kon schrijven, liet hij wel scholen bouwen door zijn hele rijk, want hij vond het belangrijk dat alle jongens naar school konden. Hij stuurde monniken door het hele land en die moesten dan scholen oprichten. Veel scholen waren in kloosters en werden kloosterscholen genoemd. Later ging het hogere onderwijs over naar de [[Kathedralen]] en werden kathedraalscholen genoemd. [[Alcuinus]] was de meest geleerde man uit de tijd van Karel en die mocht het hele onderwijssysteem opzetten. Alcuinus was een christelijke monnik die vond dat de mensen moesten stoppen met vechten en moesten leren lezen, schrijven, rekenen, muziek maken, mooie gebouwen maken, en ga zo maar door. Het [[Latijn]] was nogal ingewikkeld, dus Alcuinus ontwikkelde een overzichtelijk alfabet met 26 letters. Dat gebruiken we nog steeds. Ook vond hij dat alle bekende boeken van vroeger niet verloren mochten gaan, dus die werden allemaal overgeschreven. Dat was [[monnikenwerk]]. Een monnik kon soms een jaar bezig zijn met het overschrijven van oude boeken, vaak met hele mooie tekeningen erbij. We hebben het aan de monniken te danken dat we nu nog zo veel weten over de [[Oudheid|oudheid.]] |
||
− | Karel de Grote overleed op 28 januari 814. Hij ligt nu in de Dom van Aken, maar als je op het plaatje kijkt zie je dat de kist waar hij in ligt niet zo groot is terwijl hij toch best groot was. Dat komt doordat het in die tijd gebruikelijk was om bijvoorbeeld de botten van zo’n belangrijk iemand weg te geven. Het was een hele eer om een botje van Karel de Grote te krijgen. Op het plaatje links zie je een armbotje van Karel in een gouden arm. Na Karels dood kreeg Karels oudste zoon Lodewijk de troon. Hij had nog twee oudere zoons, maar die waren al overleden. |
||
+ | == Bevordering van de landbouw == |
||
− | Lodewijk bestuurde het land goed. Hij bestuurde het helemaal zelf, behalve Italië, dat deed zijn neefje Bernard, die later nog in opstand kwam. In 816 werd hij tot keizer gekroond. Hij had drie zoons. En na een ongeluk met een houten loopbrug die instortte en waar hij zelf ook op stond stelde hij een erfdocument op: hij benoemde zijn oudste zoon tot eerste erfgenaam en medekeizer en zijn twee andere zoons en Bernard hun neef tot onderkoning. Uiteindelijk werd het land verdeeld in drie delen door middel van het [[verdrag van Verdun]]. De oudste zoon kreeg het midden, de andere kreeg het westen en de laatste kreeg het oosten. Het oosten en het middelste werden uiteindelijk het [[Heilige Roomse Rijk]], dat nog tot in de 19 eeuw heeft bestaan. |
||
+ | In die tijd werden er ook veel nieuwe dingen voor de landbouw uitgevonden. Zo heeft Karel de Grote het [[drieslagstelsel]] ingevoerd. Dat houdt in dat er een akker braak ligt en de twee andere gebruikt worden. Vroeger was het namelijk zo dat de helft braak lag. Dat is dat er geen dingen op verbouwd worden maar dat er dieren op lopen zodat die het met hun poep kunnen bemesten. En dat dan de andere helft gebruikt kan worden om dingen op te verbouwen. Maar als je twee derde van de akkers gebruikt, kan je meer oogsten. |
||
+ | == Indeling van het Rijk in Gouwen == |
||
− | ==Geloof== |
||
+ | Karel de Grote was een krachtige persoonlijkheid, een begaafd staatsman. Het land van Karel de Grote werd al gauw te groot. Hij kon het niet meer alleen besturen. Daarom verdeelde Karel zijn rijk in kleinere delen. Hij koos voor [[decentralisatie]]. Hij deelde zijn rijk op in afzonderlijke gouwen en graafschappen. Nu noemen we zo'n deel een [[provincie]]. Aan het hoofd van elke gouw stond een graaf (gouwgraaf). Bij aanvaarden van hun taak moesten deze graven hem trouw zweren en erkennen als hun opperste heer. Karel de Grote vaardigde wetten uit die van kracht waren voor het hele grondgebied. Bovendien werd zijn reusachtige rijk onophoudelijk doorkruist door een soort reizende [[ambtenaren]] (zendgraven) die gezonden waren door de heer ook wel zendgraven genoemd. Zij waren de ogen en oren van de [[keizer]] die op deze manier uitstekend op de hoogte bleef van wat er tot in de verste uithoeken van zijn rijk gebeurde. Deze [[staatsvorm]] was goed doordacht. Elk volk kon in een aparte gouw zijn eigenheid bewaren, terwijl alle [[gouwen]] samen onderworpen waren aan de wetten van de keizer. Een gouw kon ook als baas een hertog, graaf of leenman hebben. Hieruit zijn adellijke [[Adel|families]] ontstaan. De baas van een gouw had ook een eigen leger maar dat leger moest meevechten als er oorlog was. In elke gouw stond een palts, dat is een soort paleis. Karel maakte ook [[Mark (graafschap)|marken]]. Dit waren stukken land aan de grens die een extra groot leger hadden. Een baas van een mark heette een markgraaf. Een paar van zulke marken waren de [[Spaanse mark]], de [[Bretonse mark|Bretonse mark, de Deense]] [[Denemarken|mark]] en de [[Markgraafschap Oostenrijk|Ostmark]]. Karel reisde ook vaak zelf rond door zijn rijk zodat hij de gouwen kon controleren. Hij verbleef dan in een [[Palts|plaats.]] In Aken had hij ook een plaats daar woonde hij echt maar omdat hij zo rondreisde had hij door z'n hele land een plaats gevonden |
||
− | Er waren in die tijd veel mensen die in goden geloofden, zoals in [[Donar]] (de hamersmijter van donder), [[Zeus]] (de baas van alle goden), [[Freya]] ( godin van de liefde) en zo zijn er nog vele andere goden waar ze in geloofden. Karel de Grote geloofde maar in één god, die van het christendom. Hij wilde bovendien dat iedereen in zijn rijk het christendom ging aanhangen. In die tijd gingen de mensen steeds meer in het christendom geloven, het werd gebracht door zendelingen uit Ierland, onder anderen Willibrord en Bonifatius. In 690 trok Willibrord rond en in 754 werd Bonifatius door de Friezen vermoord in [[Dokkum]]. Deze zendelingen zeiden tegen de mensen dat ze niet in oude goden moesten geloven, maar in Jezus. Zij zeiden dat ze wisten dat Jezus 800 jaar voordat Karel de Grote keizer werd was geboren. Sinds die tijd tellen wij de jaartelling vanaf Jezus. Mohammed stichtte omstreeks het jaar 600 een nieuwe godsdienst: de [[islam]]. |
||
− | Daar geloven nu alle moslims in. Volgelingen van Mohammed veroverden [[Noord-Afrika]] en [[Spanje]]. Zij werden in 732 in de [[slag bij Poiters]] door een Frankisch leger overwonnen. |
||
+ | En dan had hij ook nog de rijksdag. Dat is een dag in de zoveel jaar dat alle leenmannen, graven, hertogen en markgraven naar Aken moesten komen om daar een vergadering te houden en elkaar op de hoogte te stellen van wat er gebeurd was. Op die manier kon Karel de Grote toch dat enorme rijk besturen. |
||
− | ==Familie== |
||
− | Karel de Grote was de zoon van Pepijn de Korte die voor Karel koning van het Frankische rijk was. Pepijn was geboren in 714 en is gestorven in 768. De vader van Pepijn de Korte en de opa van Karel is Karel Martel geboren in 689 en overleden in 741. Hij was hofmeier; dat is het hoofd van de koninklijke huishouding. Pepijn de Korte was ook hofmeier totdat hij in 751 de macht overnam. Karels moeder was Bertrada van Laon, geboren in 725 en gestorven in 783. Haar vader en daarvoor haar opa was graaf van Laon. Karel had ook nog een broertje Carloman en nadat Pepijn de Korte overleed werd het rijk verdeeld, maar in 771 overleed Carloman, dus drie jaar na zijn kroning.bKarel nam zijn koninkrijk over. |
||
+ | == Leven op een palts == |
||
− | Karel had ook veel vrouwen, wel 5! Sommigen van deze vrouwen scheidden van hem en anderen overleden. Hij had ook veel kinderen, minstens 18 maar misschien wel 34! Z’n vrouwen heetten Himiltrude, Desiderata, Hildegarde, Fastrada en Luitgarde. Karel had dus een hele grote familie. |
||
+ | Karel de Grote woonde natuurlijk in een paleis. Een paleis heette in die tijd een [[palts]]. De palts van Karel de Grote stond in Aken.Om de palts heen lagen landerijen. Daar werkten boeren. Zij zorgden voor het eten van de palts inwoners. Bij de palts stond een kerk en een [[klooster]]. Karel de Grote had veel grote stukken land. In iedere gebied stond een palts. Met zijn hofhouding trok hij van palts naar palts. Hij controleerde of zijn land goed bestuurd werd. Tijdens een lange tocht was het moeilijk om eten goed te houden. Daarom stonden bij de paltsen het eten voor de hofhouding en de keizer klaar. Het gebied dat bij de palts hoorde zorgde voor zichzelf, het was dus niet afhankelijk van andere gebieden. |
||
+ | De wegen in de tijd van Karel de Grote waren erg slecht. Een reis van [[Nijmegen]] naar [[Aken]] duurde zo ongeveer drie dagen. De mensen die werkten waren de hofhouding, boeren, bakker, smid, klerenmaker, timmerman, loodgieter, bewaking en de veehouder. Er staat zelfs nog een oude palts van Karel de Grote in Nijmegen en die is nu te bezichtigen. En als je ook in een ander museum wilt komen van Karel de Grote, moet je naar het Valkhof. |
||
− | ==Het bestuur van Gouwen== |
||
− | Karels rijk was in gouwen verdeeld (provincies). |
||
− | Graven waren de bestuurders van de gouwen. Graven waren heel belangrijk voor Karel want |
||
− | anders moest hij zelf alle gouwen besturen maar dat kon hij niet. Om de zoveel dagen kwam hij langs bij graven. Hij maakte dan even een praatje of alles nog goed ging. Graven werden ook ambtenaren genoemd. In elke gouw stond een palts. Nu vertellen we over de palts.Het is ingewikkeld dus kijk goed. |
||
+ | == Het stelsel van de leenheer == |
||
− | ==Leven op een palts== |
||
+ | De leenheer gaf zijn land in leen en de leenman nam het land in leen. Leenmannen of vazallen stelden zich vrijwillig hun hele leven lang in dienst van de landheer. De leenheer nam de bescherming van de leenman op zich. De leenmannen die de koning als leenheer hadden gekozen deden dienst in het leger van de koning. De leenman kreeg zijn hele leven het recht op een bepaald stuk land. Het leenstelsel was ook gebaseerd op de noodzaak om zoveel mogelijk troepen op de been te brengen voor de vele oorlogen. In de loop van de ontwikkeling werden de leengoederen erfelijk. Al onder Karel Martel vond landleen in grote mate plaats. Karel Martel was een groot landbezitter. En het was zijn opa. |
||
− | Karel de Grote woonde natuurlijk in een paleis. Een paleis heette in die tijd een [[palts]]. De palts van Karel de Grote stond in Aken.Om de palts heen lagen landerijen.Daar werkten boeren. Zij zorgden voor het eten van de paltsbewoners. Bij de palts stond een kerk en een [[klooster]]. Karel de Grote had veel grote stukken land. In iedere gebied stond een palts. Met zijn hofhouding trok hij van palts naar palts. Hij controleerde of zijn land goed bestuurd werd . Tijdens een lange tocht was het moeilijk om eten goed te houden. Daarom stonden bij de paltsen het eten voor de hofhouding en de keizer klaar. Het gebied dat bij de palts hoorde zorgde voor zichzelf, het was dus niet afhankelijk van andere gebieden. |
||
+ | == Pelgrims == |
||
− | De wegen in de tijd van Karel de Grote waren erg slecht. Een reis van [[Nijmegen]] naar [[Aken]] duurde zo ongeveer drie dagen. De mensen die werkten waren de hofhouding, boeren, bakker, smid , klerenmaker, timmerman, loodgieter, bewaking en de veehouder. Er staat zelfs nog een oude palts van Karel de Grote in Nijmegen en die is nu te bezichtigen. En als je ook in een ander museum wilt komen van Karel de Grote, moet je naar het Valkenhof. |
||
+ | Veel christenen uit het rijk van Karel de Grote wilden weleens naar [[Jeruzalem]]. Ze wilden zien hoe Jezus Christus had geleefd. Mensen die zo'n reis gingen maken heten pelgrims. Jeruzalem lag in Palestina. Dat was het rijk van de islamitische koning Sjeik Haroen al-Rasjid. Hij woonde in [[Bagdad]]. Karel sloot vriendschap met deze sjeik. Ze gaven elkaar geschenken. De pelgrims konden nu veilig naar Palestina. De christenen noemen dit land het [[Heilige Land]]. |
||
+ | [[Categorie:Middeleeuwen]] |
||
− | ==Het stelsel van de leenheer== |
||
+ | [[Categorie:Geschiedenis van Nederland]] |
||
− | De leenheer gaf zijn land in leen en de leenman nam het land in leen. Leenmannen of Vazallen stelden zich vrijwillig hun hele leven lang in dienst van de landheer. De leenheer nam de bescherming van de leenman op zich. De leenmannen die de koning als leenheer hadden gekozen deden dienst in het leger van de koning. De leenman kreeg zijn hele leven het recht op een bepaald stuk land. Het leenstelsel was ook gebaseerd op de noodzaak om zoveel mogelijk troepen op de been te brengen voor de vele oorlogen. |
||
+ | [[Categorie:Geschiedeniscanon]] |
||
− | In de loop van de ontwikkeling werden de leengoederen erfelijk. Al onder Karel Martel vond landleen in grote mate plaats. Karel Martel was een groot landbezitter. En het was zijn opa. |
||
+ | [[Categorie:Keizer]] |
||
− | |||
+ | [[Categorie:Koning]] |
||
− | ==Het gevecht tegen de Moren== |
||
+ | [[Categorie:Canon van Vlaanderen]] |
||
− | Karel de Grote vocht tegen de [[Moren]]. Dat waren Arabische mensen die zich in [[Spanje]] hadden gevestigd. Zij hadden heel Spanje in bezit tot aan de Pyreneeën. Hun bekendste steden waren Córdoba en Granada. In Córdoba kun je nu nog een moskee zien en in Granada het alhambra, een paleis met prachtige tuinen. De [[slag bij Poitiers]] was een van de eerste keren dat Karel de Grote met zijn leger tegen de Moren vocht. Deze slag vormt volgens sommige historici het einde van de verspreiding van de islam door Europa. Echter, de Moren voeren na deze slag nog meerdere keren plundertochten uit in het zuiden van het [[Frankische Rijk]]. |
||
− | |||
− | Tijdens de aftocht werd Roland (Roeland), een van zijn officieren, na een legendarisch gevecht gedood. Hij werd het onderwerp van vele liederen en verhalen uit de Middeleeuwen. |
||
− | Dat was het Roelands lied. In de Pyreneeën is een inkeping in de rotsen. Die staat bekend als de Breche de Roland. Volgens de legende heeft Roeland met een slag van zijn zwaard een bres in de rotsen geslagen. |
||
− | |||
− | ==Gouw== |
||
− | Het land van Karel de Grote werd al gauw te groot. Hij kon het niet meer alleen besturen. Daarom verdeelde Karel zijn rijk in kleinere delen. Nu noemen we zo'n deel een [[provincie]]. Toen heette het een gouw.<BR> |
||
− | Elke gouw werd bestuurd door een gouwgraaf. Karel stuurde zendgraven op reis door zijn rijk. Dat zijn mensen die keken of alles goed ging in de gouwen. Zij brachten verslag uit aan de keizer. |
||
− | |||
− | ==Pelgrims== |
||
− | Veel christenen uit het rijk van Karel de Grote wilden wel eens naar Jeruzalem. Ze wilden zien hoe Jezus Christus had geleefd. Mensen die zo'n reis gingen maken heten pelgrims. Jeruzalem lag in Palestina. Dat was het rijk van de islamitische koning Sjeik Haroen al-Rasjid. Karel sloot vriendschap met deze sjeik. Ze gaven elkaar geschenken. De pelgrims konden nu veilig naar Palestina. De christenen noemen dit land het Heilige Land. |
||
− | |||
− | == Link == |
||
− | * [http://historiek.net/karel-de-grote-vader-van-europa/60853/ Het leven van Karel de Grote] |
||
− | |||
− | [[Categorie:Geschiedenis]] |
Huidige versie van 21 jun 2024 om 13:03
Karel de Grote | |
---|---|
Buste van Karel de Grote | |
Naam voluit | Karel de Grote, Latijn: Carolus Magnus; Duits: Karl der Große |
Geboren | 2 april 747 |
Geboren te | Luik (stad) (Herstal) of Aken |
Overleden | 28 januari 814 (66 jaar) |
Overleden te | Aken, Francia (Frankische Rijk) |
Gehuwd met | Desiderata (geh. 770; ontbonden 771) Hildegard van Vinzgouw (geh. 771; overl. 783) |
Partij | Karolingische dynastie |
Religie | Katholiek |
Functie | Keizer van het Karolingische rijk |
Aantreden | 800 |
Aftreden | 814 |
Voorganger | |
Opvolger | Lodewijk de Vrome |
Functie(s) | |
Keizer van het Karolingische rijk (25 december 800 – 28 januari 814) Koning van de Lombarden (10 juli 774 – 28 januari 814) | |
Portaal Politiek |
Karel de Grote (2 april 742 of 743 - Aken, 28 januari 814) was een belangrijk Europees vorst en volgens velen zelfs de belangrijkste vorst die ooit in Europa heeft geregeerd. Hij was van 768 tot aan zijn dood koning der Franken en vanaf 774 ook de Longobarden; daarbovenop werd hij in 800 na Christus door de paus tot keizer van het Westen gekroond. Karel de Grote was de zoon van Pepijn de Korte en Bertrada van Laon. Hij heeft het onderwijs een grote impuls gegeven, wat een onderdeel van de Karolingische Renaissance was.
Grootse naam
In het Latijn heette hij Carolum Magnus en zo werd hij ook wel eens genoemd. In het Frans en het Engels luidt zijn naam Charlemagne. Karel de Grote heette om verschillende redenen de Grote; omdat zijn rijk steeds groter werd en hij het heel goed bestuurde. Deskundigen denken ook dat hij 1.72 m lang was. Dat was met name in die tijd heel erg lang, omdat de mensen vroeger gemiddeld veel kleiner waren dan nu. Dus hij kwam niet alleen figuurlijk maar ook letterlijk boven iedereen uit. Hij heeft veel gedaan om de eenheid in zijn rijk te bewaren. Zo heeft hij één munt ingevoerd en één alfabet. Dat alfabet met 26 letters gebruiken we nu steeds (Karolingische alfabet of schrift).
Vanwege zijn grote verdiensten voor Europa is er een Karelsprijs ingesteld voor de beste leider die het meest heeft gedaan voor de eenwording van Europa. Ook noemen velen hem daarom de "vader van Europa".
Karel de Grote zelf
Karel de Grote is mogelijk op 2 april van het jaar 742 (dit kan ook 747 of 748 zijn) ergens in de buurt van Aken (waar precies is onbekend) geboren. In de buurt van die stad is hij ook begraven. In de Dom van Aken staat zijn stoel.
Hij was heerser van een steeds groter wordend rijk. Hij had kleine maar ook grote landen veroverd. Hij had veel volksgroepen bij zijn rijk gevoegd, zoals Saksen, Lombardije, Beieren en de Spaanse Mark. Hij was koning van de Franken vanaf 768 en vanaf 800 was hij een heilige Romeinse keizer.
Hij volgde zijn vader Pepijn de Korte op. Bij de Franken was het normaal dat de erfenissen gelijk verdeeld werden onder alle zonen. Karel de Grote had ook een broer, Karloman. Omdat Karloman in 771 op jonge leeftijd stierf, had Karel daarna het hele Frankische Rijk.
Karel was als jongeman soms mee geweest op veldtochten met zijn vader. Hij is grootgebracht in een klooster. Hij trok van de ene plaats naar de andere plaats. In de tijd van Karel waren er voortdurend kleine veldslagen en oorlogen tussen allerlei stammen. Veel stammen dachten rijk te worden door schatten van andere stammen te veroveren. Om die reden vonden ze vechten belangrijker dan leren lezen of schrijven. In die tijd trokken er monniken rond die vertelden dat ze juist niet moeten vechten, maar dat het belangrijker was om de Bijbel te lezen. Toch heeft Karel vaak tegen veel stammen gevochten. De bekendste zijn de Saksen. Ze vielen monniken aan en staken kerken in brand. Op zijn beurt stak Karel hun heilige boom (de Irminsul) in brand. Toen in 785 de leider van de Saksen, Widukind zich bekeerde tot het christendom, werden de ruzies met de Saksen minder. Pas in 804 echter was er vrede tussen de Saksen en de Franken. Ook tegen de Beieren werd gevochten, maar hier had de diplomatie de overhand. Tegen de Alemannen, de Avaren in Hongarije werd ook vaak gevochten. In 795 veroverde hij hun schatten. Die hadden zij op hun beurt weer veroverd op andere volkeren. Karel maakte zich uiterst populair door de schatten niet voor zichzelf te houden, maar door ze uit te delen aan alle belangrijke mensen binnen zijn Rijk.
Karel de Grote vocht ook tegen de Moren in het zuiden. Dat waren Arabische mensen die zich in Spanje hadden gevestigd. Zij hadden heel Spanje in bezit tot aan de Pyreneeën. Hun bekendste steden waren Córdoba en Granada. De verloren slag bij Poitiers in 732 was het voorlopige einde van de islamitische opmars in Europa. Echter, de Moren voeren na deze slag nog meerdere keren plundertochten uit in het zuiden van het Frankische Rijk, in de tijd van Karel Martel en Pepijn de Korte. De aanleiding voor het gevecht tegen de Moren in Spanje was ruzie tussen de Spaanse leiders en de Arabische leiders in Bagdad. In Spanje verloor Karel de slag echter. Tijdens de aftocht werd Roland (Roelandt), een van zijn officieren, na een legendarisch gevecht gedood. Hij werd het onderwerp van vele liederen en verhalen uit de Middeleeuwen. Dat was het Roelantslied. Karel sluit daarna vrede met beide islamitische leiders. Met de Arabische leider in Bagdad zullen ze elkaar daarna bijzondere cadeaus sturen. Het meest bijzondere cadeau dat Karel kreeg, was een olifant.
Karel erfde in 768 een rijk dat zijn voorgangers langzaamaan hadden uitgebouwd. Op kerstdag van het jaar 800 werd hij door paus Leo III in Rome tot keizer gekroond. Het keizerrijk van Karel de Grote strekte zich uit over grote delen van het huidige West-Europa. Zijn hele leven lang zou Karel de Grote veldslagen voeren om zijn rijk uit te breiden en te beschermen. Zo'n vijfenvijftig militaire expedities ondernam hij. Zijn legers vochten in Italië tegen de Longobarden om de bezittingen van de paus te beschermen. Hij wist het rijk van de Longobarden in te nemen zonder dat er een slag hoefde te worden geleverd. Aan de zuidelijke grens met Spanje vocht hij waar de moslims een constante bedreiging vormden en in de Duitse gebieden, tegen de opstandige Saksen.
Dood van Karel
Karel de Grote overleed op 28 januari 814 na Christus . Hij heeft bijna 50 jaar over zijn rijk geheerst. Het is een unieke prestatie, dat niemand in Europa op die manier heeft kunnen nadoen. Hij ligt nu in de Dom van Aken, maar als je op het plaatje kijkt zie je dat de kist waar hij in ligt niet zo groot is terwijl hij toch best groot was. Dat komt doordat het in die tijd gebruikelijk was om bijvoorbeeld de botten van zo’n belangrijk iemand weg te geven. Het was een hele eer om een botje van Karel de Grote te krijgen. Op het plaatje links zie je een arm bot van Karel in een gouden arm. Na Karels dood kreeg Karels oudste zoon Lodewijk de troon. Hij had nog twee oudere zoons, maar die waren al overleden.
Lodewijk de Vrome bestuurde het land minder goed, omdat hij niet zo'n sterke persoonlijkheid had als zijn vader Karel. Karel heeft hem nog in 813 een jaar voor zijn dood tot keizer gekroond. In 817 na Christus liet Lodewijk zich nog door de paus kronen. Hij had drie zoons. En na een ongeluk met een houten loopbrug die instortte en waar hij zelf ook op stond, stelde hij een erf document op: hij benoemde zijn oudste zoon tot eerste erfgenaam en medekeizer en zijn twee andere zoons en Bernard hun neef tot onderkoning. Uiteindelijk werd het land in 843 verdeeld in drie delen door middel van het verdrag van Verdun. De oudste zoon kreeg het midden, de andere kreeg het westen en de laatste kreeg het oosten. Het oosten en het middelste werden uiteindelijk het Heilige Roomse Rijk, dat nog tot in de 19e eeuw heeft bestaan.
Familie
Karel de Grote was de zoon van Pepijn de Korte die voor Karel koning van het Frankische rijk was. Pepijn werd geboren in 714 en is gestorven in 768. De vader van Pepijn de Korte en de opa van Karel is Karel Martel, geboren in 689 en overleden in 741. Hij was hofmeier; dat is het hoofd van de koninklijke huishouding. Pepijn de Korte was ook hofmeier totdat hij in 751 de macht overnam. In 754 gaf de paus hem tot koning.
Karel had gedurende zijn lange leven ook veel vrouwen, wel 5! Sommigen van deze vrouwen scheidden van hem en anderen overleden. Hij had ook veel kinderen, minstens 18, maar misschien wel 34! Z’n vrouwen heetten Himiltrude, Desiderata, Hildegarde, Fastrada en Luitgarde. Karel had dus een hele grote familie.
Het christendom als basis
De basis waarop het rijk van Karel de Grote rustte, was het christelijke geloof. De paus van Rome bezat de geestelijke macht: hij was bevoegd voor geloofszaken en de organisatie van de kerk.
De keizer, die door de paus in 800 voor het eerst werd gekroond, had de wereldlijke macht. Hij stond in voor de inrichting en verdediging van zijn rijk. Binnen dit uitgekiende systeem speelden kloosters en Abdijen een sleutelrol. Zij waren de bewaarders en ontwikkelaars van alle menselijke kennis en wetenschap. Ze stonden ook in ziekenzorg en onderricht (onderwijs).
Er waren in die tijd veel mensen die in Germaanse goden geloofden, zoals in Donar (de hamers mijter van donder, hiernaar is donderdag genoemd), Wodan (de baas van alle goden, hiernaar is woensdag genoemd), Freya (godin van de liefde, hiernaar is vrijdag genoemd) en zo zijn er nog vele andere goden waar ze in geloofden. Karel de Grote geloofde in één God, die van het christendom. Hij wilde bovendien dat iedereen in zijn rijk het christendom ging aanhangen. In die tijd gingen de mensen steeds meer in het christendom geloven, het werd gebracht door zendelingen uit Ierland, onder anderen Willibrord en Bonifatius. In 690 trok Willibrord rond en in 754 werd Bonifatius door de Friezen vermoord in Dokkum. Deze zendelingen zeiden tegen de mensen dat ze niet in oude goden moesten geloven, maar in Jezus.
Bevordering van het onderwijs
Karel heeft niet alleen oorlog gevoerd. Hij bracht eenheid in Europa Hij heeft ook veel voor het onderwijs gedaan. Karel de Grote was altijd al geïnteresseerd in grammatica en filosofie. Hoewel hij zelf niet kon schrijven, liet hij wel scholen bouwen door zijn hele rijk, want hij vond het belangrijk dat alle jongens naar school konden. Hij stuurde monniken door het hele land en die moesten dan scholen oprichten. Veel scholen waren in kloosters en werden kloosterscholen genoemd. Later ging het hogere onderwijs over naar de Kathedralen en werden kathedraalscholen genoemd. Alcuinus was de meest geleerde man uit de tijd van Karel en die mocht het hele onderwijssysteem opzetten. Alcuinus was een christelijke monnik die vond dat de mensen moesten stoppen met vechten en moesten leren lezen, schrijven, rekenen, muziek maken, mooie gebouwen maken, en ga zo maar door. Het Latijn was nogal ingewikkeld, dus Alcuinus ontwikkelde een overzichtelijk alfabet met 26 letters. Dat gebruiken we nog steeds. Ook vond hij dat alle bekende boeken van vroeger niet verloren mochten gaan, dus die werden allemaal overgeschreven. Dat was monnikenwerk. Een monnik kon soms een jaar bezig zijn met het overschrijven van oude boeken, vaak met hele mooie tekeningen erbij. We hebben het aan de monniken te danken dat we nu nog zo veel weten over de oudheid.
Bevordering van de landbouw
In die tijd werden er ook veel nieuwe dingen voor de landbouw uitgevonden. Zo heeft Karel de Grote het drieslagstelsel ingevoerd. Dat houdt in dat er een akker braak ligt en de twee andere gebruikt worden. Vroeger was het namelijk zo dat de helft braak lag. Dat is dat er geen dingen op verbouwd worden maar dat er dieren op lopen zodat die het met hun poep kunnen bemesten. En dat dan de andere helft gebruikt kan worden om dingen op te verbouwen. Maar als je twee derde van de akkers gebruikt, kan je meer oogsten.
Indeling van het Rijk in Gouwen
Karel de Grote was een krachtige persoonlijkheid, een begaafd staatsman. Het land van Karel de Grote werd al gauw te groot. Hij kon het niet meer alleen besturen. Daarom verdeelde Karel zijn rijk in kleinere delen. Hij koos voor decentralisatie. Hij deelde zijn rijk op in afzonderlijke gouwen en graafschappen. Nu noemen we zo'n deel een provincie. Aan het hoofd van elke gouw stond een graaf (gouwgraaf). Bij aanvaarden van hun taak moesten deze graven hem trouw zweren en erkennen als hun opperste heer. Karel de Grote vaardigde wetten uit die van kracht waren voor het hele grondgebied. Bovendien werd zijn reusachtige rijk onophoudelijk doorkruist door een soort reizende ambtenaren (zendgraven) die gezonden waren door de heer ook wel zendgraven genoemd. Zij waren de ogen en oren van de keizer die op deze manier uitstekend op de hoogte bleef van wat er tot in de verste uithoeken van zijn rijk gebeurde. Deze staatsvorm was goed doordacht. Elk volk kon in een aparte gouw zijn eigenheid bewaren, terwijl alle gouwen samen onderworpen waren aan de wetten van de keizer. Een gouw kon ook als baas een hertog, graaf of leenman hebben. Hieruit zijn adellijke families ontstaan. De baas van een gouw had ook een eigen leger maar dat leger moest meevechten als er oorlog was. In elke gouw stond een palts, dat is een soort paleis. Karel maakte ook marken. Dit waren stukken land aan de grens die een extra groot leger hadden. Een baas van een mark heette een markgraaf. Een paar van zulke marken waren de Spaanse mark, de Bretonse mark, de Deense mark en de Ostmark. Karel reisde ook vaak zelf rond door zijn rijk zodat hij de gouwen kon controleren. Hij verbleef dan in een plaats. In Aken had hij ook een plaats daar woonde hij echt maar omdat hij zo rondreisde had hij door z'n hele land een plaats gevonden
En dan had hij ook nog de rijksdag. Dat is een dag in de zoveel jaar dat alle leenmannen, graven, hertogen en markgraven naar Aken moesten komen om daar een vergadering te houden en elkaar op de hoogte te stellen van wat er gebeurd was. Op die manier kon Karel de Grote toch dat enorme rijk besturen.
Leven op een palts
Karel de Grote woonde natuurlijk in een paleis. Een paleis heette in die tijd een palts. De palts van Karel de Grote stond in Aken.Om de palts heen lagen landerijen. Daar werkten boeren. Zij zorgden voor het eten van de palts inwoners. Bij de palts stond een kerk en een klooster. Karel de Grote had veel grote stukken land. In iedere gebied stond een palts. Met zijn hofhouding trok hij van palts naar palts. Hij controleerde of zijn land goed bestuurd werd. Tijdens een lange tocht was het moeilijk om eten goed te houden. Daarom stonden bij de paltsen het eten voor de hofhouding en de keizer klaar. Het gebied dat bij de palts hoorde zorgde voor zichzelf, het was dus niet afhankelijk van andere gebieden.
De wegen in de tijd van Karel de Grote waren erg slecht. Een reis van Nijmegen naar Aken duurde zo ongeveer drie dagen. De mensen die werkten waren de hofhouding, boeren, bakker, smid, klerenmaker, timmerman, loodgieter, bewaking en de veehouder. Er staat zelfs nog een oude palts van Karel de Grote in Nijmegen en die is nu te bezichtigen. En als je ook in een ander museum wilt komen van Karel de Grote, moet je naar het Valkhof.
Het stelsel van de leenheer
De leenheer gaf zijn land in leen en de leenman nam het land in leen. Leenmannen of vazallen stelden zich vrijwillig hun hele leven lang in dienst van de landheer. De leenheer nam de bescherming van de leenman op zich. De leenmannen die de koning als leenheer hadden gekozen deden dienst in het leger van de koning. De leenman kreeg zijn hele leven het recht op een bepaald stuk land. Het leenstelsel was ook gebaseerd op de noodzaak om zoveel mogelijk troepen op de been te brengen voor de vele oorlogen. In de loop van de ontwikkeling werden de leengoederen erfelijk. Al onder Karel Martel vond landleen in grote mate plaats. Karel Martel was een groot landbezitter. En het was zijn opa.
Pelgrims
Veel christenen uit het rijk van Karel de Grote wilden weleens naar Jeruzalem. Ze wilden zien hoe Jezus Christus had geleefd. Mensen die zo'n reis gingen maken heten pelgrims. Jeruzalem lag in Palestina. Dat was het rijk van de islamitische koning Sjeik Haroen al-Rasjid. Hij woonde in Bagdad. Karel sloot vriendschap met deze sjeik. Ze gaven elkaar geschenken. De pelgrims konden nu veilig naar Palestina. De christenen noemen dit land het Heilige Land.