Late bronstijd

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Drieperiodensysteem
Holo-
ceen
Historische Tijd
La Tène-periode   Proto-
historie
Hallstattperiode
IJzertijd
  Laat  
Midden
Vroeg
Bronstijd
Neolithicum Kopertijd  
Laat Pre-
historie
Keramisch
Prekeramisch
Mesoli-
thicum
of
Epipaleo-
lithicum
Laat
Midden
Vroeg
Pleisto-
ceen
Paleo-
lithicum
Laat
Midden
Vroeg
Steentijd

De late bronstijd begint op verschillende momenten en plaatsen.

Palestina en Syrië (Levant)

Tussen 1.650 v. Chr. en 1.550 v. Chr. vond er een verwoesting plaats in de meeste steden in Palestina. In de Late Bronstijd was deze streek voortdurend een strijd gaande tussen de grootmachten van de Hettieten in het Noorden en Mesopotamië in het zuiden. Het koninkrijk der Hettieten had zich tot een sterke militaire macht ontwikkeld.

In Mesopotamië lag het rijk der Mitanni, een Hurritisch vorstendom met een aristocratie die goed waren in de oorlogvoering met de strijdwagen. De sterkste macht was op dat moment Egypte, dat onder de achttiende en negentiende dynastie het hoogtepunt van zijn macht bereikte. De Hettieten en het Nieuwe Rijk van de farao's in Egypte werden elkaars belangrijkste rivalen (tegenstanders).

De belangrijlste culturen in de late bronstijd

Er waren een aantal redenen waarom de grootmachten probeerden Syrië en Palestina (de Levant) te veroveren. Er waren natuurlijke hulpbronnen: het cederhout uit Syrië, de olie en wijn van Palestina en de kopermijnen in de Negevwoestijn. Ook speelden strategische overwegingen een rol: het gebied lag tussen de grootmachten in. Voor Palestina pakten de effecten van de buitenlandse overheersing slecht uit. Belasting en overheersing deden de welvaart afnemen. Daarnaast werd een deel van de bewoners tot slaaf gemaakt of weggevoerd.

Palestina was gedurende vrijwel de gehele Late Bronstijd een Egyptische provincie. De Egyptische overheersing duurde tot ca. 1.135 v.Chr.

Feniciërs in Kanaän

Aardewerkvormen van de Finiciërs

In het noorden van Kanaän leefden de Feniciërs. Zij werden in deze periode de belangrijkste handelaars en meest succesvolle zeevaarders van de Middellandse Zee. Steden als Beiroet en Gaza ontstonden. In deze streek werd Hebreeuws gesproken. Kanaän was aanvankelijk onafhankelijk en werd rond 1.500 v.Chr. door de Egyptische Thoetmosis III veroverd. Thoetmosis’ veroveringen werden mogelijk gemaakt door de verbetering van de wapens en het handig en goed inzetten daarvan. Voorbeelden hiervan zijn strijdwagens bemand met een menner en boogschutter. Daarnaast was er een apart boogschutterskorps, bewapend met composietbogen met een groot bereik. Zijn leger maakte ook gebruik van boten, zowel voor het oversteken van grote rivieren zoals de Eufraat en voor de aanvoer van voorraden naar het huidige Libanon.

De Feniciërs verhandelden cederhout voor het maken van schepen. Ze stonden ook bekend om het "Tyrisch purper" een kleurstof. Mooi textiel behoorde ook tot de Fenicische pracht en praal, en Fenicisch glas. Zij waren waarschijnlijk de eersten die het glas doorschijnend konden maken. Byblos was de leidende stad; het was een centrum voor het maken van brons en het belangrijkste eindpunt van kostbare goederen zoals tin en lapis lazuli uit het verre oosten als Afghanistan.

De Feniciërs voerden artikelen van elders in zoals zilver en tin uit Spanje, dat samen met Cyprisch koper tot brons werd verwerkt. Mogelijk was er ook al een interessante tinhandel met Bretagne.

De Myceners in Griekenland

Bronzen doodsmasker

De Myceense beschaving was een belangrijke cultuur in Griekenland, en was de opvolger van de Minoïsche beschaving. Het bestond in de late bronstijd, van ca. 1.600 tot ca. 1.100 v. Chr., en wordt ook wel de Helladische periode genoemd. De cultuur is genoemd naar de Griekse plaats Mycene. De "Myceners" hadden uitgebreide handelsbetrekkingen zowel met het Midden-Oosten als met Zuid-Italië en Sicilië. Ook veroverden ze Kreta.

Ze bouwden paleizen en stenen huizen. De stenen huizen van de Myceners waren vaak versierd met fresco’s, evenals de paleizen.

Omdat de Myceners veel respect hadden voor hun doden gaven ze hen een eerbiedige begrafenis. Ze begroeven hun doden eerst in meterdiepe schachtgraven in de grond. Later ontstonden er kamergraven, uitgehouwen in rotsen. De rijke Myceners werden begraven in koepelgraven, de zogenaamde tholosgraven. De beroemdste koepelgraven zijn de Schatkamer van Atreus en het Graf van Clytemnestra.

Tussen 1.200 en 1.100 v.Chr. kwam er vrij plotseling een einde aan de Myceense cultuur, waarschijnlijk door de inval van de Doriërs, die over ijzeren zwaarden beschikten.

Nieuwe Rijk in Egypte

Bronzen beeldje uit de 19e dynasty

Dit is de periode waarin het oude Egypte op het hoogtepunt van de macht was. Deze periode van voorspoed begon rond 1.550 v.Chr. na de verdrijving van de Hyksos door Ahmose I. De (handels) betrekkingen met andere landen en volken, zoals met Kreta en met de Hettieten waren in deze tijd goed. Veel belangrijke monumenten van het oude Egypte, zoals de Luxortempel, het Ramesseum en de tombe van Seti I zijn in deze tijd gebouwd.

De zogeheten 18e dynastie kent vele bekende farao's, waaronder Amenhotep I, II en III, Thoetmosis I, II, III en IV, Hatsjepsoet, Achnaton, Toetanchamon, Eje en Horemheb.

Aan de voorspoed van het Nieuwe Rijk kwam onder Ramses III (20e dynasty), ongeveer 1.194 - 1.163 v.Chr., een einde, nadat deze rond 1.177 v.Chr. nog wel de zogeheten Zeevolken had verslagen.

Late bronstijd in Europa en Nederland

Urnen

In de late bronstijd kwam er een geleidelijke invoering van nieuwe metaalbewerkings-technieken, zoals het (uit)drijven van plaatmetaal en de zogeheten verlorenwasmethode die nog altijd wordt gebruikt bij het bronsgieten. Nieuwe landbouwgewassen werden belangrijk zoals gierst, rogge en tuinbonen.

Opvallend nieuw was de opkomst van crematie, vaak met het gebruik van aardewerk urnen. Deze gaven de naam aan de zogenaamde urnenveldencultuur (1.300 tot 950-920 v.Chr.). In Nederland is dat Elpcultuur. Verder zijn er in de Nederlanden tientallen urnenvelden gevonden, vooral in het gebied van de Kempen.

Bronsdepot van Heppeneert met bronzen bijlen

In de eindfase van de late bronstijd, rond de overgang naar de ijzertijd omstreeks 800 v.Chr., werden heel wat zogenaamde bronsdepots begraven. Misschien een soort van voorraadplekken.

Rond 800 v.Chr. begon met de Hallstattcultuur de IJzertijd in Midden-Europa. Met de daaropvolgende uitbreiding van de Keltische cultuur tijdens de Hallstattcultuur en La Tène-periode kwam ook Zuid-Nederland vanaf omstreeks 700 v.Chr. onder Keltische invloed. Noord-Nederland kwam echter onder Germaanse invloed, en viel daarmee onder de Noordse IJzertijd.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Late_bronstijd&oldid=823762"