Zonnestelsel
Het zonnestelsel is het planetenstelsel waar wij in leven. Het is alles wat de zon bijeen houdt.
Ons zonnestelsel bestaat uit heel veel niks, met in het midden ons grootste hemellichaam: de zon. Dit is eigenlijk gewoon een ster, maar dan een die heel dichtbij staat.
Ons zonnestelsel maakt deel uit van een sterrenstelsel en dat sterrenstelsel heet de Melkweg.
Planeten
Het zonnestelsel heeft acht planeten:
Dwergplaneten
Ons zonnestelsel heeft 5 kleine planeten die ze dwergplaneten noemen. Het zijn (in volgorde van dichtst bij de aarde tot het verste weg):
Het sterretje (*) betekent: Sommige mensen denken dat Pluto nog steeds een planeet is, andere weer niet. In de astronomie wordt Pluto als dwergplaneet gezien, waardoor het officieel een dwergplaneet is. Dit is op 24 augustus 2006 door de IAU in Praag besloten.
Planetoïde
In het zonnestelsel zwerven miljarden stukjes steen en ijs rond. De grootste zijn bijna 1000 kilometer groot, maar de meeste zijn zo klein als stof. Als die deeltjes op aarde terechtkomen, zijn het net vallende sterren. Volgens wetenschappers zou de planetoïde Apophis 13 april 2036 de aarde moeten bereiken. De kans dat we door dat object worden geraakt is 1 op 45.000. Dat lijkt niet groot maar als je nagaat dat de kans om de Staatsloterij te winnen 1 op 2,6 miljoen is, is er toch best een kans!
Zo heb je ook de planetoïde QWERTY. Het gaat om planetoïde met nummer 6600, die in 1988 werd ontdekt door Antonin Mrkos van het Klet' Observatory in Tsjechië. De voordracht voor de vernoeming vond plaats door de Nederlandse sterrenkundejournalist Govert Schilling. Hij heeft er al jaren bij de naamgevingscommissie van de Internationale Astronomische Unie voor gepleit een planetoïde 'Qwerty' te noemen en dan het liefst met een met QW in de voorlopige aanduiding. In 2007 maakte de Internationale Astronomische Unie in haar publicatie 'Minor Planet Circular 61266' bekend dat de vernoeming heeft plaatsgevonden.
Manen
Een maan is een natuurlijk hemellichaam dat in een baan om een planeet draait. Manen worden ook wel natuurlijke satellieten genoemd. Ze worden door de aantrekkingskracht (zwaartekracht) van de planeet waar ze omheen draaien, als het ware vastgehouden. De aarde heeft één maan, die we gewoon "de Maan" noemen. Sommige andere planeten in ons zonnestelsel hebben ook manen, bijvoorbeeld Jupiter. Die heeft wel meer dan 70 bekende manen, terwijl Mars er slechts twee heeft.
Manen variëren sterk in grootte, vorm en samenstelling. Sommige zijn klein en rotsachtig, terwijl andere groter zijn en mogelijk zelfs een dunne atmosfeer kunnen hebben.
Planeten en hun manen:
- De Aarde en de maan.
- Mars heeft twee manen: Phobos en Deimos.
- Jupiter heeft als vier grootste manen Io, Europa, Ganymedes en Callisto.
- Saturnus heeft 52 manen, met als grootste maan Titan.
- Neptunus heeft als grootste maan Triton.
Dwergplaneten en hun manen:
- Pluto heeft vijf manen: Charon, Hydra, Nix, Kerberos en Styx.
- Haumea heeft twee manen: Hi’iaka en Namaka.
- Eris heeft als maan Dysnomia.
Uitleg
In de volgende kopjes volgt meer uitleg over bepaalde planeten, wat hun kernmerken zijn en wat hun functie is in ons zonnestelsel.
Rillingen en zwellingen
De witte wolkenringen rond Jupiter worden zones genoemd en de roodbruine ringen banden. Ondanks zijn enorme afmetingen draait Jupiter in 9 uur een 55 minuten om zijn as en is daarmee de snelst ronddraaiende planeet. De wolken bij de evenaar hebben daardoor een snelheid van 45.000 km/u, terwijl de equatoriale zone opgestuwd wordt.
Ringenspel
De ringen van Saturnus zijn zo opvallend, dat we vaak van de geringde planeet spreken (ook al hebben Jupiter, Uranes en Neptunus ringen). Er zijn 3 hoofdringen, die zo groot en helder zijn dat je ze vanaf de aarde met een kleine telescoop kunt zien. Van binnen naar buiten heten ze C, B en A Verder naar buiten liggen F, G en E.
Warm en koud
De naar de zon gekeerde zijde van Mercurius wordt erg warm, vooral bij de evenaar, waar de zon hoog staat en de straling het sterkst is. Het Carloris Bassin ligt in een warm land, Caloris. Dit is Latijn voor warmte.Het kan er 430 C worden, warm genoeg om lood te smelten. Ondanks die warmte zij er aanwijzingen dat er op de bodem van diepe kraters bij de poolgebieden bevroren water is.
De geboorte van het zonnestelsel
Na de oerknal ontstonden in een fractie van een seconde de quarks. Die gingen zeer snel samen en vormden elektronen, neutronen en protonen. Die vormden ook weer zeer snel atomen. De atomen gingen samen en vormden waterstof. Door de hoge druk en de hoge temperatuur werd Helium gevormd. Met deze twee stoffen ontstaat er een bolvormige wolk, de nevel. De nevel bestaat uit waterstof, helium en vormden weer stof en zwaardere elementen.
De zwaardere elementen worden gevormd door het exploderen van sterren. De hete sterren verbranden hun 'benzine' om te blijven leven. Ze verwoesten eigenlijk zichzelf en hierbij ontstaat er een grote explosie die een supernova genoemd wordt.
Die explosie zorgt ervoor dat de wolk niet stevig blijft en zorgt er ook voor dat het zich samen trekt. In het midden van de wolk wordt de 'protoster' geboren en de rest vormt een draaiende schijf, de zonnenevel. De protoster begint vervolgens de rest van de wolk op te zuigen en wordt zo een steeds grotere ster: onze zon.
Dit is het begin van ons zonnestelsel wat ongeveer 5 miljard jaar geleden ontstond.
Externe links
Andere projecten met dit onderwerp
- Wikijunior, op Wikibooks
Bronnenlijst
AD. (2016, maart 05). Economie. Opgehaald van AD: https://www.ad.nl/economie/jackpot-waar-heb-je-de-grootste-winkans~a8611e72/
Kruijer, T. (2011). De eerste 10 miljoen jaar van het zonnestelsel: Accretie en differentiatie van planetesimalen. Gea, 44(3), 77-80. Geraadpleegd op 5 november 2017, van http://natuurtijdschriften.nl/download?type=document;docid=472909
National Geographic. (2007, 1 november). Birth of the Solar System: Naked Science: Birth of the Solar System [Videobestand]. Geraadpleegd op 5 november 2017, van https://www.youtube.com/watch?v=B1AXbpYndGc
Online star register (2016, 31 augustus). De geschiedenis van ons zonnestelsel. Geraadpleegd op 5 november 2017, van https://osr.org/nl/blog/osr-nl/de-geschiedenis-van-ons-zonnestelsel/
Reijnders, L., De Reuver, B., & Tellegen, E. (2007). Toekomst in het Groot (pp. 49–59). Amsterdam: Amsterdam University Press.
Schilling, G. (2014). Sterrenkunde. Amsterdam: Amsterdam University Press.
SchoolTV. (2014, 5 september). Clipphanger: Hoe is ons zonnestelsel ontstaan. Geraadpleegd op 5 november 2017, van http://url https://www.schooltv.nl/video/clipphanger-hoe-is-ons-zonnestelsel-ontstaan/
Somervill, B. A. (2005). Nicolaus Copernicus: Father of Modern Astronomy. Minneapolis: Compass Point Books.
TheDailyConverstation. (2014, 4 23 november). The Formation of the Solar System [Videobestand]. Geraadpleegd op 5 november 2017, van https://www.youtube.com/watch?v=x1QTc5YeO6w
WeAreStarStuff51. (2011, 10 oktober). Stephen Hawking: Formation of the solar system [Videobestand]. Geraadpleegd op 5 november 2017, van https://www.youtube.com/watch?v=Uhy1fucSRQI
Weinberg, S. (2015). De wereld verklaard: de ontdekking van de moderne wetenschap. Amsterdam: Singel Uitgeverijen.
Westland, X. (2015). Ons Zonnestelsel en nog wat meer. Amersfoort: Lulu.
Zonnenevel. (z.d.). In Wikipedia. Geraadpleegd op 6 november 2017, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Zonnenevel