Opstand in Kronstadt: verschil tussen versies
k |
k |
||
(2 tussenliggende versies door een andere gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 7: | Regel 7: | ||
| Locatie = [[Kronstadt]], [[Rusland]] (toen [[Sovjet-Unie]]) |
| Locatie = [[Kronstadt]], [[Rusland]] (toen [[Sovjet-Unie]]) |
||
| Overwinning voor = [[Sovjet-Unie]] |
| Overwinning voor = [[Sovjet-Unie]] |
||
− | | NaamStrijdendePartij1 = {{ |
+ | | NaamStrijdendePartij1 = {{SU}} |
| NaamStrijdendePartij2 = Opstandige matrozen en andere burgers |
| NaamStrijdendePartij2 = Opstandige matrozen en andere burgers |
||
| NaamStrijdendePartij3 = |
| NaamStrijdendePartij3 = |
||
Regel 23: | Regel 23: | ||
| VerliezenStrijdendePartij3 = |
| VerliezenStrijdendePartij3 = |
||
}} |
}} |
||
− | De '''Opstand in Kronstadt''' was een kleine opstand van 16.000 matrozen en burgers tegen het bewind van [[Lenin]] op het eiland [[ |
+ | De '''Opstand in Kronstadt''' was een kleine opstand van 16.000 matrozen en burgers tegen het bewind van [[Lenin]] in de stad [[Kronstadt]] op het eiland [[Kotlin]], vlak bij [[Sint-Petersburg]]. Het was de laatste belangrijke opstand tegen de Sovjets binnen het huidige Rusland. |
==Oorzaak== |
==Oorzaak== |
||
Regel 32: | Regel 32: | ||
==Opstand== |
==Opstand== |
||
[[Bestand:Petrichenko.jpg|thumb|left|190px|Stepan Petritsjenko]] |
[[Bestand:Petrichenko.jpg|thumb|left|190px|Stepan Petritsjenko]] |
||
− | De gevechten begonnen dus op 7 maart, 's avonds rond zes uur begon de Sovjet [[artillerie]] met het bombarderen van de forten op en rond Kronstadt. De zee rond Kronstadt was toen bevroren, samen met de twee [[slagschip|slagschepen]] die de opstandelingen hadden ingenomen. Dit gaf de Sovjets een mogelijkheid om naar de [[fort]]en te kunnen komen, maar ze moesten opschieten. Als het ijs zou |
+ | De gevechten begonnen dus op 7 maart, 's avonds rond zes uur begon de Sovjet [[artillerie]] met het bombarderen van de forten op en rond Kronstadt. De zee rond Kronstadt was toen bevroren, samen met de twee [[slagschip|slagschepen]] die de opstandelingen hadden ingenomen. Dit gaf de Sovjets een mogelijkheid om naar de [[fort]]en te kunnen komen, maar ze moesten opschieten. Als het ijs zou dooien zouden de slagschepen los komen en de oversteek onmogelijk worden. Op 8 maart verschenen duizenden Sovjet soldaten, gekleed in witte pakken over het ijs. De meeste Sovjets waren te verhongerd om goed aan te kunnen vallen. Ze moesten maar liefst 5 kilometer over het ijs rennen, die nauwelijks bescherming bood tegen de constante regen van kogels uit Kronstadt. Er stak een sneeuwstorm op, en de Sovjets probeerden terug te trekken, maar toen schoten de Sovjet troepen die nog op het land waren op ze, waardoor ze werden gedwongen de forten aan te vallen. De Sovjets op het ijs werden nu van beide kanten beschoten en waren kansloos in de minderheid tegen de goed verdedigde forten. De eerste aanval mislukte dan ook volledig, en de meerderheid van de troepen die in de aanval meededen stierf. |
De dagen erop bleven de Sovjets constant aanvallen, zonder veel succes. De voorraden in de forten raakten met de tijd op, waardoor de verdedigers op een gegeven moment bijna zonder voedsel zaten. Ze konden er ook geen voedsel bij krijgen, het fort was immers omsingeld. De Sovjets maakte hier gebruik van door op 16 maart een grote aanval uit het noorden en het zuiden te beginnen. De eerste Sovjets werden neergemaaid, maar ze waren met ontzettend veel. Na een lange strijd wisten ze de forten in te komen en na nog een langere strijd in de forten, met vele doden aan beide kanten gaven de forten zich over. De opstandelingen op de schepen gaven zich nog niet over, en na lange gevechten gaven zij zich pas vlak voor middernacht op 17 maart 1921 over. De Sovjets hadden de opstand de kiem gesmoord, en inmiddels 10.000 mannen verloren. De opstandelingen probeerden te vluchten, maar meer dan 4.000 van hen werd gedood of gevangen genomen tijdens de gevechten. |
De dagen erop bleven de Sovjets constant aanvallen, zonder veel succes. De voorraden in de forten raakten met de tijd op, waardoor de verdedigers op een gegeven moment bijna zonder voedsel zaten. Ze konden er ook geen voedsel bij krijgen, het fort was immers omsingeld. De Sovjets maakte hier gebruik van door op 16 maart een grote aanval uit het noorden en het zuiden te beginnen. De eerste Sovjets werden neergemaaid, maar ze waren met ontzettend veel. Na een lange strijd wisten ze de forten in te komen en na nog een langere strijd in de forten, met vele doden aan beide kanten gaven de forten zich over. De opstandelingen op de schepen gaven zich nog niet over, en na lange gevechten gaven zij zich pas vlak voor middernacht op 17 maart 1921 over. De Sovjets hadden de opstand de kiem gesmoord, en inmiddels 10.000 mannen verloren. De opstandelingen probeerden te vluchten, maar meer dan 4.000 van hen werd gedood of gevangen genomen tijdens de gevechten. |
Huidige versie van 19 mei 2024 om 13:31
Opstand in Kronstadt | ||
Sovjet soldaten tijdens de aanval | ||
Datum | 7 maart - 17 maart 1921 | |
Locatie | Kronstadt, Rusland (toen Sovjet-Unie) | |
Overwinning voor | Sovjet-Unie | |
Strijdende partijen | ||
Sovjet-Unie | Opstandige matrozen en andere burgers | |
Leiders | ||
Michail Toechatsjevski Ivan Fedko Pavel Dybenko Vitovt Putna |
Stepan Petritsjenko | |
Troepensterkte | ||
30.000 soldaten | 14.000 matrozen 2.000 andere burgers 2 slagschepen |
|
Verliezen | ||
ongeveer 10.000 gedood | 4.000 gedood of gevangen genomen, anderen gevlucht | |
Portaal Geschiedenis |
De Opstand in Kronstadt was een kleine opstand van 16.000 matrozen en burgers tegen het bewind van Lenin in de stad Kronstadt op het eiland Kotlin, vlak bij Sint-Petersburg. Het was de laatste belangrijke opstand tegen de Sovjets binnen het huidige Rusland.
Oorzaak
De matrozen in Kronstadt waren voor de opstand de helden van de Sovjet-Unie. Dit komt doordat ze al 3 opstanden tegen de tsaar waren begonnen, waaronder de oktoberrevolutie, die het begin van de Sovjet-Unie inluidde. Tijdens deze revolutie werden een aantal commandanten op Kronstadt vermoord en werd het paleis van de tsaar in Petrograd veroverd, zonder de hulp van de matrozen was dat nooit gelukt. In de burgeroorlog hierna, die vijf jaar (1917-1922) duurde, had de Sovjet-Unie geen echt leger, maar kwamen de goed getrainde matrozen uit Kronstadt de jonge staat redden. Ze vochten tegen de Witten totdat de Bolsjewieken een echt leger oprichtten en de Witten konden verslaan. Na drie jaar steun aan het leger werden ze door iedereen in de overheid van de Sovjet-Unie als helden gezien.
De matrozen zelf hadden echter alweer helemaal genoeg van de nieuwe staat. Ze dachten eerst dat de Bolsjewieken een socialistische staat op zouden richten zonder tsaar, maar in plaats daarvan begonnen ze een totalitaire communistische staat. De Sovjets waren uiteindelijk geen steek beter dan de tsaristen. De matrozen kregen nauwelijks betaald en werden onderdrukt. Overal in het land braken kleine opstanden uit, die hard en wreed neer werden geslagen. Op 28 februari 1921 namen de matrozen een slagschip, de Petropavlovsk, over. Op 6 maart begon Leon Trotski de communicatie met het slagschip en dwong hij de matrozen te stoppen met de bezetting van het schip. De matrozen deden dat niet en de dag erop begonnen de gevechten.
Opstand
De gevechten begonnen dus op 7 maart, 's avonds rond zes uur begon de Sovjet artillerie met het bombarderen van de forten op en rond Kronstadt. De zee rond Kronstadt was toen bevroren, samen met de twee slagschepen die de opstandelingen hadden ingenomen. Dit gaf de Sovjets een mogelijkheid om naar de forten te kunnen komen, maar ze moesten opschieten. Als het ijs zou dooien zouden de slagschepen los komen en de oversteek onmogelijk worden. Op 8 maart verschenen duizenden Sovjet soldaten, gekleed in witte pakken over het ijs. De meeste Sovjets waren te verhongerd om goed aan te kunnen vallen. Ze moesten maar liefst 5 kilometer over het ijs rennen, die nauwelijks bescherming bood tegen de constante regen van kogels uit Kronstadt. Er stak een sneeuwstorm op, en de Sovjets probeerden terug te trekken, maar toen schoten de Sovjet troepen die nog op het land waren op ze, waardoor ze werden gedwongen de forten aan te vallen. De Sovjets op het ijs werden nu van beide kanten beschoten en waren kansloos in de minderheid tegen de goed verdedigde forten. De eerste aanval mislukte dan ook volledig, en de meerderheid van de troepen die in de aanval meededen stierf.
De dagen erop bleven de Sovjets constant aanvallen, zonder veel succes. De voorraden in de forten raakten met de tijd op, waardoor de verdedigers op een gegeven moment bijna zonder voedsel zaten. Ze konden er ook geen voedsel bij krijgen, het fort was immers omsingeld. De Sovjets maakte hier gebruik van door op 16 maart een grote aanval uit het noorden en het zuiden te beginnen. De eerste Sovjets werden neergemaaid, maar ze waren met ontzettend veel. Na een lange strijd wisten ze de forten in te komen en na nog een langere strijd in de forten, met vele doden aan beide kanten gaven de forten zich over. De opstandelingen op de schepen gaven zich nog niet over, en na lange gevechten gaven zij zich pas vlak voor middernacht op 17 maart 1921 over. De Sovjets hadden de opstand de kiem gesmoord, en inmiddels 10.000 mannen verloren. De opstandelingen probeerden te vluchten, maar meer dan 4.000 van hen werd gedood of gevangen genomen tijdens de gevechten.
Na de opstand
Toen de opstand voorbij was waren 4.000 opstandelingen dood of gevangen genomen, de meeste hiervan werden later geëxecuteerd voor verraad. De anderen vluchtten over de bevroren Finse Golf naar het dichtstbijzijnde vaste land. Voor 8.000 van hen, waaronder Petritsjenko, was dat Finland. Lenin zei later in 1921 iedereen die terugkwam naar de Sovjet-Unie gratie te verlenen. De meeste trapten er niet in, de personen die het wel geloofden en dus teruggingen naar de Sovjet-Unie werden opgesloten in gevangenissen of gevangenkampen.
Petritsjenko zelf steunde de Sovjets toen ze Finland binnenvielen tijdens de winteroorlog. Daar werd hij in 1940 gevangen genomen. Nadat de Finnen in 1944 in het geallieerde kamp in de Tweede Wereldoorlog kwamen, werd hij vrijgelaten. In 1945 werd hij uitgeleverd aan de Sovjet-Unie, die hem beschuldigde van verraad, waar hij in 1947 overleed in een gevangenenkamp.