Kremlin van Moskou

Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken.

Dit artikel is nog niet af.

Het Kremlin van Moskou is het centrum van de Russische hoofdstad Moskou. De naam Kremlin is afgeleid van het Russische woord кремль (kreml). Dat betekent versterkte stadskern in het Nederlands. Hoewel de term in het Nederlands meestal op het Moskouse Kremlin slaat, zijn er in Rusland ook andere steden met een Kremlin. Het Kremlin van Moskou ligt aan het Rode Plein. Het paleis staat op de linkeroever van de rivier de Moskva. Het Kremlin in Moskou herbergt een theater, een museum en talrijke andere bezienswaardigheden, zoals de Tsarenklok, het Tsarenkanon en diverse kathedralen en paleizen. In deze paleizen woonde vroeger de tsaar, dat is een Russische keizer. Nu worden de paleizen voor andere doelen gebruikt. Rond het Kremlin staat een rode muur met bijhorende torens, die dient als bescherming. Die muur werd gebouwd in de 17de eeuw. De Kremlin van Moskou is ook opgenomen in de Werelderfgoedlijst van de UNESCO.

Geschiedenis

Het Kremlin ontstond op een plek op de Borovitski-heuvel. Hier was een kleine nederzetting. De nederzetting ontstond er in e Bronstijd of IJzertijd. Vanaf de 11de eeuw werd de nederzetting verstevigd. In 1156 liet de Russische vorst Joeri Dolgoroeki een houten fort bouwen. Het Kremlin is ooit gebouwd als verdedigingspunt, maar groeide snel uit tot een stad. Tot 1367 was de stadsmuur van het Kremlin van hout gemaakt. Na 1367 werd de stadsmuur afgebroken en opnieuw opgebouwd, maar dit keer van witte natuurstenen. Zo kon de stad worden beschermd tegen de Mongolen. Ivan III van Moskou wist de Mongolen te verslaan en riep zichzelf uit tot tsaar van Rusland. Moskou werd toen de hoofdstad van Rusland. Sint-Petersburg was een hele tijd de hoofdstad van Rusland en uiteindelijk werd het centrum weer het Kremlin. Tussen het einde van de 13de eeuw en het begin van de 14de eeuw werden de eerste stenen kerken in het Kremlin gebouwd. Het Oespenski-kathedraal is hier een voorbeeld van. In de 17de eeuw kregen de toren om het Kremlin heen puntdaken. In 1707 kwamen er Bastions in de muren, dit zijn een soort stukje stadsmuur dat uitspringt in vergelijking met de rest. Tussen 1776 en 1787 werd het Senaatsgebouw gebouwd. Tussen 1844 tot 1851 werd de Wapenzaal gebouwd. Tijdens de Invasie van Rusland veroverde Napoleon Bonaparte het Kremlin. Dit gebeurde in 1812. Toen was het Kremlin ongeveer één maand van Napoleon. Dit was van 2 september tot en met 11 oktober. Napoleon gaf de opdracht om het Kremlin op te blazen, maar doordat het erg regende lukte dit niet helemaal goed. Bij het bombardement raakte alleen een deel van de stadsmuur en een paar toren beschadigd. Nadat in 1917 de Russische Revolutie was geweest, verhuisde de regering in 1918 naar Moskou. Sindsdien zit de regering in het Kremlin. Toen werd ook het Kremlin gesloten voor buitenlandse bezoekers. Het laatste veranderde in 1955 toen een deel van het Kremlin een museum werd. Het Congresgebouw was het laatste dat toe werd gevoegd aan het Kremlin. Dit was in 1961.