Musée de l'Orangerie
Het Musée de l'Orangerie (Frans voor Orangeriemuseum) is een museum in de Franse hoofdstad Parijs. Het museum ligt in de Jardin des Tuileries tussen het Louvre, de Seine en de Place de la Concorde. In het verleden werd het gebouw gebruikt als orangerie. Dit is een gebouw waar vroeger kuipplanten in de winter binnengezet werden.
Sinds het einde van de 19e eeuw is het gebouw in gebruik als museum. In het museum zijn verschillende impressionistische schilderijen te vinden. Het bekendste stuk zijn de Waterlelies van Claude Monet die in een aparte zaal te zien zijn.
Geschiedenis
Het gebouw waarin het museum zit werd gebouwd in 1852 in opdracht van keizer Napoleon III. Het gebouw werd gebruikt als oranjerie. 's Winters werden de citrusbomen van de Jardin des Tuileries in het gebouw gezet. Deze bomen kunnen namelijk niet tegen de winterkou. Hierdoor stonden 's zomers buiten en 's winters binnen. Het gebouw werd ontworpen door Firmin Bourgeois. De decoraties zijn door Louis Visconti bedacht die ook het Louvre had verbouwd.
Tot 1871 was het gebouw in bezit van de Franse keizerlijke familie. Na het afschaffen van de monarchie werd de oranjerie eigendom van de Franse staat. Het gebouw bleef eerst als oranjerie behouden, maar er werden ook feesten, tentoonstellingen en concerten gegeven. In 1921 wordt de oranjerie uiteindelijk verbouwd om er een tentoonstellingsruimte van te maken. In deze ruimte konden levende artiesten hun kunst tentoonstellen aan het publiek. Een van de bekendste schilders was Claude Monet die in 1922 zijn Waterlelies aan het gebouw doneerde. In het gebouw werden twee ovale zalen gebouwd voor de grote schilderijen. Het museum werd zo bekend om deze schilderijen dat de naam in 1927 veranderde naar Musée Claude Monet.
In 1930 werd het museum onderdeel van het Louvre. Hierdoor had de helft van het museum wisselende tentoonstellingen. Tot aan 1964 vonden deze tentoonstellingen plaats in het museum. Zo waren er tentoonstellingen over het realisme en het impressionisme. Sinds 1964 staat het museum weer in het teken van moderne kunst. Jean Walter en Paul Guillaume hadden grote invloed op de collectie van het museum. Vanaf 1964 werd het museum ook drie keer gerestaureerd. Het museum werd ook weer zelfstandig van het Louvre. Tijdens de renovaties verdween het natuurlijk licht uit de zalen voor de Waterlelies. Tussen 2000 en 2006 werd dit natuurlijke licht weer teruggebracht in het gebouw.
Monets Waterlelies
Zie Waterlelies (Monet) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Het museum staat vooral bekend door de beroemde Waterlelies van Claude Monet. De Waterlelies zijn hele serie verschillende schilderijen van waterlelies in Monets eigen tuin. Een gedeelte van deze werken zijn te vinden in Musée de l'Orangerie. Het museum heeft twee grote panoramaschilderijen van de Waterlelies. Deze zijn in twee grote ovale zalen te vinden, waar bezoekers in het midden staan. Hierdoor lijkt het alsof ze omgeven worden door de waterlelies.