Jom Kippoer
Jom Kippoer of Grote Verzoendag (Hebreeuws: יום כיפור, Jom Kipoer), voluit Jom ha-Kippoeriem (Nederlands: Dag der Vergevingen), is de heiligste dag en een feestdag in het jodendom. Daarnaast is de dag ook een van de bekendste feestdagen van het jodendom.
In de Thora wordt geschreven dat het Joodse volk ieder jaar een offer moeten brengen voor God. Dat is nodig omdat de mensen iedere dag fouten begaan tegenover God en elkaar. Dat zijn zonden. Dat offer moet worden gebracht door de Hogepriester. Deze legt zijn handen op een bok. Dat vertegenwoordigd de zonden van het Joodse volk. De bok wordt vervolgens als de zondebok de woestijn in gestuurd. Het volk kan weer beginnen met een schone lei en proberen alles beter te doen. Dat is allemaal te leven in Leviticus hoofdstuk 16. Zo kan het verbond met God beter worden nageleefd.
De huidige praktijk
Het is een dag waarop men nadenkt over zichzelf, zijn leven en hoe je omgaat met anderen. Om opperste concentratie te bereiken wordt er die dag niet gegeten en gedronken.
Jom Kippoer begint bij zonsondergang. Van tevoren is er een eenvoudige maaltijd, daarna gaat men naar de synagoge (joods gebedshuis), waar de dienst begint. Vervolgens gaat men een dag lang vasten. Omdat de Joodse taaltelling is gebaseerd op maanjaren, is een joods jaar ongeveer 12 dagen korter dan de christelijke zonjaren. Daardoor verschuiven feest- en gedenkdagen van de joden door de kalender, net zoals in de islam.
Andere religies
In het christendom wordt Goede Vrijdag gezien als de Grote Verzoendag omdat Jezus als Lam van God een soort zondebok was. Jezus heeft de zonden van veel mensen gedragen op het kruis. De islam kent geen feest of gedenkdag die is afgeleid van de Grote Verzoendag.
Data
De jaren 5779 en 5780 zijn de Joodse jaren en vastgesteld als de jaren na de schepping van Adam en Eva.