Tuin: verschil tussen versies
k |
|||
(19 tussenliggende versies door 11 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
+ | [[Bestand:Muiderslot, september 2012.JPG|miniatuur|Omheinde kasteeltuin bij het [[Muiderslot]]]] |
||
− | Een tuin is een stuk grond dat meestal bij een huis hoort. |
||
+ | Een '''tuin''' is een met gras en planten begroeid of betegeld stuk grond dat bij een [[huis]] hoort. Je kunt er gaan zitten als het mooi weer is. In een tuin staan vaak [[bomen]] en [[plant]]en. Al naargelang de ligging heb je voor- en achtertuinen. |
||
+ | Het woord tuin betekent eigenlijk zoiets als 'omheind stuk grond'. De eerste [[Neolithicum|Neolithische]] boeren plaatsten al vrij snel een hek of een haag om de landbouwgrond om het vee en andere dieren erbuiten te houden en het te kunnen bewaken. In het Engelse woord ''garden'', afgeleid van ''gard'' (bewaker) herken je dit nog. Ook het oud Nederlandse ''gaarde'' herken je terug in [[boomgaard]], een tuin voor fruitbomen. Soms zie je daar nog een muur of haag omheen wat als windscherm dient. |
||
⚫ | |||
+ | |||
− | Ze kunnen daar dan hun tuin van maken.Sommigen planten er bloemen, anderen kweken er groenten. |
||
+ | [[Tuinieren]] is dan ook landbouwen in het klein. [[Tuingereedschap]] en [[Landbouwwerktuig|landbouwwerktuigen]] hebben veel overeenkomsten. Het verschil zit vooral in de maat. Sommige tuingereedschappen hebben een lange geschiedenis. |
||
+ | |||
+ | == Soorten tuinen == |
||
+ | Sommige (basis)scholen hebben een [[schooltuin|''schooltuin'']], waarin je zelf kunt tuinieren op een stukje grond. |
||
+ | |||
⚫ | Er zijn ook ''volkstuinen''. [[Mens]]en die in een [[flat]] wonen hebben geen tuin en kunnen dan een stuk grond van de [[Gemeente (bestuur)|gemeente]] huren in speciale volkstuincomplexen waar een heleboel mensen een stuk grond huren. Ze kunnen daar dan hun tuin van maken. Sommigen planten er [[Bloem (plant)|bloemen]], anderen kweken er [[groente]]n. |
||
+ | |||
+ | Een tuin met allerlei fruit en groenten noem je een ''moestuin''. Een tuin voor de sier met veel bloemen een ''siertuin''. Een tuin met kruiden is uiteraard een ''kruidentuin''. Tuinen die beplant zijn met inheemse planten (planten die in het gebied thuishoren) heten een ''heemtuin''. Parken zijn eigenlijk grote tuinen. |
||
+ | |||
+ | Je vindt het woord tuin ook terug in [[speeltuin|''speeltuin'']] of [[dierentuin|''dierentuin'']]. |
||
+ | |||
+ | == Tuininrichting == |
||
+ | Tegenwoordig wordt de tuin steeds vaker gezien als een 'buitenkamer' en daarmee een aanvulling op het huis. Degene die de tuin ontwerp wordt een [[tuinarchitect]] genoemd. En degene die de tuin aanlegt een [[hovenier]]. Vaak is dat één en dezelfde persoon. |
||
+ | |||
+ | Soms zijn er een soort tuinshows waar je tuinideeën op kunt doen. De [[Floriade]] was daar een voorbeeld van. Ook op de televisie zijn er verschillende programma's waarin tuinideeën worden getoond. Zoals '[[Eigen Huis & Tuin|Eigen huis & tuin]]' en '[[Binnenstebuiten (TV-programma)|Binnenstebuiten]]'. Ook [[tuincentrum|tuincentra]] hebben soms stukjes tuin aangelegd om klanten ideeën te geven. Uiteraard kun je daar ook terecht voor vragen over de te gebruiken [[planten]] en andere tuinmaterialen als verharding, randen en tuinmeubelen. |
||
+ | |||
+ | == Bekijk ook eens: == |
||
+ | https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/schooltuinen-zitten-volop-in-oogsttijd |
||
+ | |||
+ | <!-- HET VOLGENDE LATEN STAAN, AUB --> |
||
+ | [[Categorie:Woordenschat]] |
||
+ | [[Categorie:Basiswoordenlijstgroep1]] |
||
+ | [[Categorie:Natuur]] |
||
+ | [[Categorie:Tuin]] |
Huidige versie van 16 okt 2024 om 11:34
Een tuin is een met gras en planten begroeid of betegeld stuk grond dat bij een huis hoort. Je kunt er gaan zitten als het mooi weer is. In een tuin staan vaak bomen en planten. Al naargelang de ligging heb je voor- en achtertuinen.
Het woord tuin betekent eigenlijk zoiets als 'omheind stuk grond'. De eerste Neolithische boeren plaatsten al vrij snel een hek of een haag om de landbouwgrond om het vee en andere dieren erbuiten te houden en het te kunnen bewaken. In het Engelse woord garden, afgeleid van gard (bewaker) herken je dit nog. Ook het oud Nederlandse gaarde herken je terug in boomgaard, een tuin voor fruitbomen. Soms zie je daar nog een muur of haag omheen wat als windscherm dient.
Tuinieren is dan ook landbouwen in het klein. Tuingereedschap en landbouwwerktuigen hebben veel overeenkomsten. Het verschil zit vooral in de maat. Sommige tuingereedschappen hebben een lange geschiedenis.
Soorten tuinen
Sommige (basis)scholen hebben een schooltuin, waarin je zelf kunt tuinieren op een stukje grond.
Er zijn ook volkstuinen. Mensen die in een flat wonen hebben geen tuin en kunnen dan een stuk grond van de gemeente huren in speciale volkstuincomplexen waar een heleboel mensen een stuk grond huren. Ze kunnen daar dan hun tuin van maken. Sommigen planten er bloemen, anderen kweken er groenten.
Een tuin met allerlei fruit en groenten noem je een moestuin. Een tuin voor de sier met veel bloemen een siertuin. Een tuin met kruiden is uiteraard een kruidentuin. Tuinen die beplant zijn met inheemse planten (planten die in het gebied thuishoren) heten een heemtuin. Parken zijn eigenlijk grote tuinen.
Je vindt het woord tuin ook terug in speeltuin of dierentuin.
Tuininrichting
Tegenwoordig wordt de tuin steeds vaker gezien als een 'buitenkamer' en daarmee een aanvulling op het huis. Degene die de tuin ontwerp wordt een tuinarchitect genoemd. En degene die de tuin aanlegt een hovenier. Vaak is dat één en dezelfde persoon.
Soms zijn er een soort tuinshows waar je tuinideeën op kunt doen. De Floriade was daar een voorbeeld van. Ook op de televisie zijn er verschillende programma's waarin tuinideeën worden getoond. Zoals 'Eigen huis & tuin' en 'Binnenstebuiten'. Ook tuincentra hebben soms stukjes tuin aangelegd om klanten ideeën te geven. Uiteraard kun je daar ook terecht voor vragen over de te gebruiken planten en andere tuinmaterialen als verharding, randen en tuinmeubelen.
Bekijk ook eens:
https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/schooltuinen-zitten-volop-in-oogsttijd