Madriu-Claror-Perafitavallei: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Infobox werelderfgoed | naam = Madriu-Claror-Perafitavallei | afbeelding = Refuge_perafita_andorra.jpg | onderschrift = Een schuilplaats voor wandel...') |
(geen verschil)
|
Huidige versie van 23 jun 2025 om 12:54
Madriu-Claror-Perafitavallei | |
Een schuilplaats voor wandelaars in de vallei | |
Land | ![]() |
UNESCO-regio | Europa en Noord-Amerika |
Eigenschappen | |
Werelderfgoed sinds | 2004 |
Status | Niet-bedreigd |
Type | Cultureel |
Meer informatie | www.unesco.org |
Werelderfgoedlijst van UNESCO |
De Medriu-Claror-Perafitavallei is een vallei in Andorra. De vallei ligt in het zuiden van het land aan de grens met Spanje in de Pyreneeën. Het gebied is 4247 hectare groot. Dat is 9% van de totale oppervlakte van het land. De vallei is een besneeuwd, bergachtig gebied. In de vallei zijn er dorpjes waar inwoners nog op traditionele wijze wonen.
De vallei staat sinds 2004 op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Het gebied werd uitgebreid in 2006. De vallei is zo bijzonder omdat de vallei weinig grondstoffen heeft. Toch lukte het de inwoners om leefbare dorpen op te bouwen.
Beschrijving
Een groot deel van de vallei is erg bergachtig. Ook ligt het onder een dikke laag sneeuw en ijs. Door de vallei lopen geen snelwegen of andere verbindingen. Inwoners kunnen zich daarom alleen via wandelpaden verplaatsen. Hierdoor is de vallei afgelegen. Mede daardoor leven de inwoners nog op traditionele wijze. Nog altijd is de vallei moeilijk te bereiken. Andorra heeft ook geen plannen om dat te veranderen. De vallei heeft dan ook alleen een beperkte hoeveelheid toerisme.
In de vallei bevinden zich twee dorpjes. Dat zijn Entremesaigües en Ramio. De dorpjes bestaan uit slechts een tiental huisjes. Die huisjes zijn gemaakt van graniet en hebben een dak van stro. Om gewassen te verbouwen legden de inwoners terrassen aan. In het verleden werden hier rogge en graan verbouwd. Tegenwoordig graast hier vee. De inwoners waren ook afhankelijk van de bossen. Hier verzamelden zij ook houtskool om vuur mee te maken. Een van de weinig grondstoffen in de regio was ijzer. Dat was makkelijk te vinden langs de oevers van de Madriu.
Daarnaast had de vallei veel herders met schapen en koeien. De melk van die dieren werd gebruikt voor het maken van kaas.