Wilde narcis
| Wilde narcis Narcissus pseudonarcissus | |
|---|---|
|
| |
| Bedreigd | |
| Leefgebied | Iberisch schiereiland |
| Leefomgeving | weilanden, bossen en rotsige plekken |
| Behoort tot de | Amaryllisfamilie (Amaryllidaceae) |
Portaal  Biologie
| |
De wilde narcis wordt ook wel Narcissus pseudonarcissus genoemd. Het is een bloembol.
Deze narcis komt oorspronkelijk voor in weilanden, bossen en rotsige plekken van het Iberisch schiereiland. De wilde variant staat op de Rode lijst als zeer zeldzaam. Deze soort is sterk afgenomen. Tegenwoordig wordt de plant veel gekweekt.
De bladeren en de bloemstengel ontspringen uit een bol. Deze bol is zeer giftig. Wilde narcissen worden 20 tot 35 cm hoog. De wilde narcis bloeit alleen. De plant bloeit in het voorjaar: van maart tot mei. Deze soort heeft lichtgele bloemblaadjes , met een donkerdere centrale trompet. De lange, smalle bladeren zijn licht grijsgroen van kleur en komen op vanaf de basis van de stengel. De plant groeit uit een bol. De bloemen produceren zaden, die na ontkieming vijf tot zeven jaar nodig hebben om een bloeiende plant te produceren.
Dit is de naam van de wilde narcis uitesproken in verschilende talen:
- Nederlands: de wilde narcis.
- Fries: Wylde titelroas.
- Engels: Wild Daffodil.
- Frans: Jonquille.
- Duits: Gelbe Narzisse.
De wilde narcis komt van Groot-Brittannië en Nederland tot in Miden-spanje en Italië voor. De wilde narcis is zeer zeldzaam en groeit alleen in Zuid-Limburg en in Drenthe.
De wilde narcis is familie van de Narcis.