Tweede Helleense Republiek
| Tweede Helleense Republiek B' Ελληνική Δημοκρατία
.svg) Griekenland in 1935 | |
|---|---|
| Hoofdstad | Athene |
| Religie | Grieks-orthodoxe Kerk |
| Bestuursvorm | Republiek |
.svg)
De Tweede Helleense Republiek, of in het Grieks B' Ελληνική Δημοκρατία, was de naam van Griekenland tussen 1924 en 1935. In die tijd was Griekenland een republiek. Voor deze tijd was en na deze tijd werd Griekenland weer een koninkrijk, Koninkrijk Griekenland.
Griekenland werd een republiek na de Grieks-Turkse Oorlog van 1922. Griekenland had verloren van de Turken. Voor deze tijd was er al iets anders aan de gang. De Griekse premier Eleftherios Venizelos en de Griekse koning Constantijn I hadden een meningsverschil over het besturen van het land. De premier vond dat Antolië teruggeven moest worden aan Turkije. Dit deel had Griekenland gekregen van de Geallieerden tijdens de Eerste Wereldoorlog. De koning vond het absurd en heeft Venizelos zelfs een aantal keer ontslagen als premier. Toen kwam er oorlog met Turkije over dit gebied, waarnaar het gebied verloren ging. Constantijn I kreeg van alles de schuld en moest van het volk zelfs aftreden. Koning George I werd de nieuwe koning, maar het volk wilde een republiek. George I zorgde voor een referendum en het volk koos voor de republiek.
Aangezien Griekenland al eerder (tussen 1822 en 1832) een republiek was geweest (de Eerste Helleense Republiek), heeft deze periode tegenwoordig de naam Tweede Helleense Republiek. In die tijd heette Griekenland officieel het Helleense republiek. Helleens betekend namelijk Grieks. De eerste president van het republiek was Pavlos Koundouriotis, maar na de staatsgreep van 1925 trad hij af. Theodoros Pangalos volgde hem op, maar na 5 maanden moest hij ook aftreden. Koundouriotis werd opnieuw premier tot aan 1929. Hij werd opgevolgd door Alexandros Zaimis, die president bleef tot aan het einde van het republiek.
De Tweede Helleense Republiek was een stabiel land en er was algemeen een goede welvaart. Toch waren de gevolgen van de wereldwijde Grote Depressie merkbaar in Griekenland. In de politiek was het hierdoor niet stabiel. In 1935 pleegde het leger opnieuw een staatsgreep, maar deze werd tegengehouden door generaal Georgios Kondylis. Op 10 oktober 1935 werd uiteindelijk de regering omver geworpen en Kondylis werd regent. Hij schafde de republiek af en liet het volk kiezen tussen een republiek of een monarchie. Bijna 98% van het volk koos voor de monarchie en koning George II werd weer koning van Koninkrijk Griekenland.