Absurd toneel
Het absurd toneel, anti-theater of nouveau théâtre is een genre voor het toneel. In absurde toneelstukken gebeuren allerlei onlogische dingen. Hoewel de personages en plaatsen vaak vrij normaal zijn, kunnen er ook enkele vreemde personages voorkomen. De tijd en exacte plaats is vaak onduidelijk. Het toneelstuk heeft vaak geen duidelijk of doorlopend verhaal. Op het eerste gezicht lijkt er ook weinig samenhang te zitten in wat men ziet. Toch hebben absurde toneelstukken vaak een diepe betekenis.
Het absurd toneel was vooral populair in de jaren na de Tweede Wereldoorlog. Veel mensen waren verdrietig of getraumatiseerd door wat ze in de oorlog hadden meegemaakt. Het absurd theater probeerde hierop in te spelen. Het theater sluit ook aan bij het absurdisme; een stroming in de filosofie. Binnen het absurdisme was vooral Albert Camus belangrijk. Volgens hem had het leven geen betekenis of doel. Ook kun je niet verklaren waarom wij leven. Vaak wordt het absurd toneel gezien als verwant aan het surrealisme en het dadaïsme.
Belangrijke toneelschrijvers in het absurd toneel zijn Samuel Beckett, Eugène Ionesco, Jean Genet en Arthur Adamov.