Dorpendossiers

De Dorpendossiers waren steekkaarten waarop allerlei gegevens over Arabisch-Palestijnse dorpen in het mandaatgebied Palestina stonden. De documenten werden verzameld door de Shai, de geheime dienst van de Hagana.

Volgens socioloog Gil Eyal werd de informatie gebruikt voor de publieke diplomatie van Israël, archeologisch onderzoek naar Joden, voor de opleiding van arabisten het landschap en om voor een betere prijs land te kunnen kopen van de bewoners. Volgens historicus Ilan Pappé zijn de dossiers later uitgebreid met veel meer informatie, zoals gegevens van mensen die de Britten of de zionistische Joden hadden aangevallen. Met deze gegevens zou een lijst zijn gemaakt van gezochte personen. Andere informatie die volgens Pappé werd verzameld was de vruchtbaarheid van het land, waterbronnen, de toegankelijkheid van wegen en welke groepen er in de dorpen woonden op basis van afkomst, geld en politieke voorkeur. Ook zou er informatie zijn verzameld over de grootste religie, het dorpshoofd, welke vijanden en welke bondgenoten een dorp had, de leeftijd van alle mannen tussen de zestien en vijftig jaar, hoe vijandig het dorp was ten opzichte van zionistische Joden tijdens de Arabisch-Palestijnse opstand en welke Palestijnse Arabiere hadden meegedaan aan een opstand.

Eyal schrijft dat de dossiers gebruikt zijn om na de Arabisch-Israëlische Oorlog van 1948 de Palestijnse dorpelingen en hun dorpshoofden in de gaten te kunnen houden. Later is de informatie volgens Eyal, journalist Ian Black en historicus Benny Morus gebruikt door de Israëlische geheime dienst om zo mogelijke doelwitten op de Westelijke Jordaanover en in de Gazastrook te kunnen bepalen.