Helen Keller
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. |
Dit artikel is nog niet af. |
Helen Adams Keller (Engels braille : ⠠⠓⠑⠇⠢⠀⠠⠅⠑⠇⠇⠻). Ze werd geboren op 27 juni 1880 in West Tuscumbia, Alabama en overleed op 1 juni 1968 in Easton, Connecticut, Verenigde Staten.
Inleiding
Zij was een Amerikaans schrijfster, voorvechter van gehandicaptenrechten, politiek activist en docent. Ze verloor haar gezichtsvermogen en gehoor na een periode van ziekte op de leeftijd van 19 maanden. Daarna communiceerde ze voornamelijk met behulp van 'huis borden' tot de leeftijd van zeven, toen ze haar eerste leraar en levenslange metgezel Anne Sullivan ontmoette. Sullivan leerde Keller taal, waaronder lezen en schrijven. Na een opleiding aan zowel gespecialiseerde als reguliere scholen, volgde Keller het Radcliffe College van Harvard University en werd zij de eerste doofblinde die een Bachelor of Arts -graad behaalde.
Ze werkte van 1924 tot 1968 voor de American Foundation for the Blind (AFB). Gedurende deze tijd toerde ze door de Verenigde Staten en reisde naar 35 landen over de hele wereld om de rechten te pleiten voor mensen met verlies van gezichtsvermogen.
Keller schreef 14 boeken en essays en hield honderden toespraken over onderwerpen variërend van dieren tot Mahatma Gandhi. Keller voerde campagne voor mensen met een handicap, voor vrouwenkiesrecht, arbeidsrechten en wereldvrede. In 1909 werd ze lid van de Socialistische Partij van Amerika. Ze was een van de oprichters van de American Civil Liberties Union.
Keller's autobiografie uit 1903, The Story of My Life, publiceerde haar opleiding en leven met Anne Sullivan. Het werd aangepast als toneelstuk door William Gibson, en dit werd ook aangepast als een film onder dezelfde titel, The Miracle Worker. Deze zwart/wit film werd voor het eerst uitgebracht in 1962 en geregiseerd door Arthur Penn en met Anne Bancroft als Anne Sullivan en Patty Duke als Helen Keller. Later zijn er nieuwe versies van de film gemaakt. Haar geboortehuis is een nationaal historisch monument. Sinds 1954 wordt het gebruikt als een huismuseum en sponsort het een jaarlijkse "Helen Keller-dag".
Keller werd ingewijd in de Alabama Women's Hall of Fame in 1971. Ze was een van de twaalf Alabama Writers Hall of Fame op 8 juni 2015.
Levensloop
Helen Keller was de dochter van Arthur Henley Keller (1836-1896), en zijn tweede vrouw, Catherine Everett (Adams) Keller (1856-1921), bekend als "Kate ". Haar familie woonde op een hoeve, Ivy Green, die Helens grootvader van vaderskant decennia eerder had gebouwd. Ze had twee broers en twee zussen en twee oudere halfbroers.
Haar vader werkte vele jaren als redacteur van de Tuscumbia North Alabamian. Hij had als kapitein in het Leger gediend. De familie maakte voor de oorlog deel uit van de welgestelde elite van de slavenhouders, maar verloor later hun status. Haar moeder was de dochter van Charles W. Adams, een Zuidelijke generaal.
Toen ze 19 maanden oud was, kreeg Keller een onbekende ziekte die door artsen werd beschreven als "een acute congestie van de maag en de hersenen". Hedendaagse artsen denken dat het hersenvliesontsteking kan zijn geweest. De ziekte maakte Keller zowel doof als blind. Ze leefde, zoals ze zich in haar autobiografie herinnerde, "op zee in een dichte mist". In de film zie je dat ze behoorlijk onhandelbaar is uit frustratie.
In die tijd kon Keller enigszins communiceren met Martha Washington, die twee jaar ouder was en de dochter van de familiekok. Zij begreep de tekenen van het meisje. Toen ze zeven was, had Keller meer dan 60 huisborden om met haar familie te communiceren en kon ze mensen herkennen aan de trillingen van hun voetstappen.
In 1886 zond Keller's moeder de jonge Keller en haar vader naar arts J. Julian Chisolm, een oog, oor, neus- en keelspecialist in Baltimore, voor advies. Haar moeder deed dit naar aanleiding van een verslag in Charles Dickens American Notes over de succesvolle opvoeding van Laura Bridgman, een dove en blinde vrouw. Dokter Chisholm verwees de Kellers naar Alexander Graham Bell (de uitvinder van de telefoon) die destijds ook met dove kinderen werkte. Bell raadde hen aan contact op te nemen met het Perkins Institute for the Blind, de school waar Bridgman was opgeleid. Het was toen gevestigd in Zuid-Boston. Michael Anagnos, de directeur van de school, vroeg Anne Sullivan, een 20-jarige net afgestudeerde studente van de school die zelf visueel gehandicapt was, om Keller's instructeur te worden. Dit was het begin van een bijna 50 jaar durende relatie: Sullivan ontwikkelde zich als Kellers gouvernante en later haar metgezel.