Kansberekening: verschil tussen versies

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Ingedeeld in alinea's)
 
Regel 1: Regel 1:
  +
Bij '''kansberekening''' bereken je hoeveel kans je ergens op hebt.
Bij '''kansberekening''' bereken je hoeveel kans je ergens op hebt. Een voorbeeld: Je hebt twee dobbelstenen met elk zes vlakjes die van 1 naar 6 oplopen, de kans dat 1 wordt gegooid is 0%, want je gooit ze allebei en stel je hebt bij beide dobbelstenen het laagste, is het 1+1=2. Je kan met de dobbelsteen geen 0 gooien. Er zijn geen andere combinaties mogelijk om twee te gooien dan deze. Maar bijvoorbeeld het getal zes, kun je gooien door; 1+5, 2+4 en 3+3. Dat zijn dus drie mogelijkheden. Nog een voorbeeld met acht; 2+6, 3+5 en 4+4. Dat zijn ook drie mogelijkheden. Als je het slim speelt kan je daarmee een voordeel behalen bij een spelletje met dobbelstenen. Ook wordt kansberekening gebruikt met gokken, maar gokautomaten kunnen expres de keuze die jij hebt gemaakt niet aangeven dus vaak werkt dat niet.
 
  +
 
Een voorbeeld: Je hebt twee dobbelstenen met elk zes vlakjes die van 1 naar 6 oplopen, de kans dat 1 wordt gegooid is 0%, want je gooit ze allebei en stel je hebt bij beide dobbelstenen het laagste, is het 1+1=2. Je kan met de dobbelsteen geen 0 gooien. Er zijn geen andere combinaties mogelijk om twee te gooien dan deze. Maar bijvoorbeeld het getal zes, kun je gooien door; 1+5, 2+4 en 3+3. Dat zijn dus drie mogelijkheden.
  +
  +
Nog een voorbeeld met acht; 2+6, 3+5 en 4+4. Dat zijn ook drie mogelijkheden. Als je het slim speelt kan je daarmee een voordeel behalen bij een spelletje met dobbelstenen.
  +
  +
Ook wordt kansberekening gebruikt met gokken, maar gokautomaten kunnen expres de keuze die jij hebt gemaakt niet aangeven dus vaak werkt dat niet.
 
{{Navigatie wiskunde}}
 
{{Navigatie wiskunde}}
 
[[Categorie:Wiskunde]]
 
[[Categorie:Wiskunde]]

Huidige versie van 20 apr 2023 om 10:41

Bij kansberekening bereken je hoeveel kans je ergens op hebt.

Een voorbeeld: Je hebt twee dobbelstenen met elk zes vlakjes die van 1 naar 6 oplopen, de kans dat 1 wordt gegooid is 0%, want je gooit ze allebei en stel je hebt bij beide dobbelstenen het laagste, is het 1+1=2. Je kan met de dobbelsteen geen 0 gooien. Er zijn geen andere combinaties mogelijk om twee te gooien dan deze. Maar bijvoorbeeld het getal zes, kun je gooien door; 1+5, 2+4 en 3+3. Dat zijn dus drie mogelijkheden.

Nog een voorbeeld met acht; 2+6, 3+5 en 4+4. Dat zijn ook drie mogelijkheden. Als je het slim speelt kan je daarmee een voordeel behalen bij een spelletje met dobbelstenen.

Ook wordt kansberekening gebruikt met gokken, maar gokautomaten kunnen expres de keuze die jij hebt gemaakt niet aangeven dus vaak werkt dat niet.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Kansberekening&oldid=781474"