Zwartooglipvis: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Infobox dier |Naam = Zwartooglipvis |Wetenschappelijke naam = Symphodus melops |Afbeelding = 250px |IU...') |
|||
Regel 6: | Regel 6: | ||
|Leefgebied = Oostelijke [[Atlantische Oceaan]], [[Middellandse Zee]] |
|Leefgebied = Oostelijke [[Atlantische Oceaan]], [[Middellandse Zee]] |
||
|Leefomgeving = diepte tussen de 1 en 30 m, rotskust |
|Leefomgeving = diepte tussen de 1 en 30 m, rotskust |
||
− | |Behoort tot de = [[Baarsachtigen (Perciformes), [[Zoutwatervis]], [[Beenvissen]], [[Vissen]] |
+ | |Behoort tot de = [[Baarsachtigen]] (Perciformes), [[Zoutwatervis]], [[Beenvissen]], [[Vissen]] |
|AfbeeldingLeefgebied = |
|AfbeeldingLeefgebied = |
||
}} |
}} |
Huidige versie van 12 jul 2023 om 12:59
Zwartooglipvis Symphodus melops | |||
---|---|---|---|
Niet bedreigd | |||
Leefgebied | Oostelijke Atlantische Oceaan, Middellandse Zee | ||
Leefomgeving | diepte tussen de 1 en 30 m, rotskust | ||
Behoort tot de | Baarsachtigen (Perciformes), Zoutwatervis, Beenvissen, Vissen | ||
|
De Zwartooglipvis (Symphodus melops) is een soort lipvis die inheems is in de oostelijke Atlantische Oceaan, van Noorwegen tot Marokko en tot aan de Azoren, maar ook voorkomt in de Middellandse Zee en de Adriatische Zee. Deze soort is te vinden in rots- of zeegrasgebieden op een diepte van 1 tot 30 m. De Zwartooglipvis wordt langs de Nederlandse kust af en toe waargenomen, met name door duikers in de Zeeuwse wateren.
Beschrijving
Het lichaam van de Zwartooglipvis is best hoog en zijdelings samengedrukt, met een enkele, lange rugvin. Het is gewoonlijk ongeveer 15 cm lang, maar kan 25 cm worden.
Het is zeer variabel in kleur, afhankelijk van de omgeving en de leeftijd van de vis. De Zwartooglipvis heeft een zwarte vlek in het midden van de staartsteel en een kommavormige vlek achter het oog. Vrouwtjes en jonkies zijn meestal bruin of groenachtig bruin, terwijl de mannetjes meestal feller gekleurd zijn. Beide geslachten hebben lijnen op hun kop en kieuwdeksels die bruin en lichtblauw zijn bij het vrouwtje en felgroen of blauw bij het mannetje.
Het voedt zich met een grote verscheidenheid aan prooien, maar voornamelijk tweekleppige schelpen en roeipootkreeftjes.
De mannetjes bouwen een bolvormig nest van zeewier in rotsspleten of zanderige gebieden, tussen zeewier of zeegras. Het nest heeft een ingangsgat dat het mannetje agressief bewaakt.
De vis wordt als schoonmaker van parasieten op andere vissen in kweekvijvers gebruikt.