Dulciaan: verschil tussen versies
(Dulciaan afgerond) |
k (→top: replaced: Renaissance → renaissance) |
||
(Een tussenliggende versie door een andere gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
[[Bestand:Baixó, segle XVII.jpeg|miniatuur|337x337px|Dulcian uit de 17e eeuw, Museu de la Música de [[Barcelona]]]] |
[[Bestand:Baixó, segle XVII.jpeg|miniatuur|337x337px|Dulcian uit de 17e eeuw, Museu de la Música de [[Barcelona]]]] |
||
− | De '''dulciaan''' is een [[houtblazer]] uit de [[Renaissance]], met een dubbel riet en een 'gevouwen' conische (steeds wijder wordende) boring of pijp. Gelijkwaardige termen zijn: Engels: curtal of dulcian, Duits: Dulzian, Frans: douçaine, Nederlands: dulciaan, Italiaans: dulciana, Spaans: bajón en Portugees: baixão. |
+ | De '''dulciaan''' is een [[houtblazer]] uit de [[Renaissance (periode)|renaissance]], met een dubbel riet en een 'gevouwen' conische (steeds wijder wordende) boring of pijp. Gelijkwaardige termen zijn: Engels: curtal of dulcian, Duits: Dulzian, Frans: douçaine, Nederlands: dulciaan, Italiaans: dulciana, Spaans: bajón en Portugees: baixão. |
Het is de voorloper van de moderne [[fagot]], en was populair tussen 1550 en 1700, maar was waarschijnlijk eerder uitgevonden. Tegen het einde van deze periode bestond het naast, en werd toen vervangen door, de barok-fagot. Het werd gespeeld in zowel volkse als heilige muziek, in heel Noord- en West-[[Europa (werelddeel)|Europa]], evenals in de 'Nieuwe Wereld' ([[Amerika (continent)|Amerika]]). |
Het is de voorloper van de moderne [[fagot]], en was populair tussen 1550 en 1700, maar was waarschijnlijk eerder uitgevonden. Tegen het einde van deze periode bestond het naast, en werd toen vervangen door, de barok-fagot. Het werd gespeeld in zowel volkse als heilige muziek, in heel Noord- en West-[[Europa (werelddeel)|Europa]], evenals in de 'Nieuwe Wereld' ([[Amerika (continent)|Amerika]]). |
||
Regel 7: | Regel 7: | ||
De dulcian is over het algemeen gemaakt van een enkel stuk esdoorn (houtsoort), waarbij de boringen (pijpen) eerst worden geboord en geruimd (gevijld) en vervolgens de buitenkant in vorm worden geschaafd. Het riet is bevestigd aan het uiteinde van een metalen ''bocal'', geplaatst in de bovenkant van de kleine boring. In tegenstelling tot de [[fagot]] heeft deze normaal gesproken een uitlopende bel of klok, soms gemaakt van een apart stuk hout. Deze bel kan soms worden gedempt, de demper is ofwel afneembaar of ingebouwd in het instrument. De buitenkant van het instrument kan ook met leer worden bekleed, zoals de [[waldhoorn]]. |
De dulcian is over het algemeen gemaakt van een enkel stuk esdoorn (houtsoort), waarbij de boringen (pijpen) eerst worden geboord en geruimd (gevijld) en vervolgens de buitenkant in vorm worden geschaafd. Het riet is bevestigd aan het uiteinde van een metalen ''bocal'', geplaatst in de bovenkant van de kleine boring. In tegenstelling tot de [[fagot]] heeft deze normaal gesproken een uitlopende bel of klok, soms gemaakt van een apart stuk hout. Deze bel kan soms worden gedempt, de demper is ofwel afneembaar of ingebouwd in het instrument. De buitenkant van het instrument kan ook met leer worden bekleed, zoals de [[waldhoorn]]. |
||
− | Hoewel de bas in F de meest voorkomende maat is, is de dulciaan er in vele andere maten en [[ |
+ | Hoewel de bas in F de meest voorkomende maat is, is de dulciaan er in vele andere maten en [[zangstem]]men: tenor (in C), alt (in F of G) en sopraan (in C). Er zijn ook voorbeelden van een "quart bass" dulcian in C en contrabas in F. |
== Gebruik == |
== Gebruik == |
||
− | De dulciaan is een makkelijk in te zetten instrument; luid genoeg om in buiten [[ |
+ | De dulciaan is een makkelijk in te zetten instrument; luid genoeg om in buiten [[ensemble]]s te spelen, stil genoeg voor [[kamermuziek]] en expressief genoeg om mee te doen met het [[koor]]. Het werd onder meer gebruikt voor het spelen van dansmuziek met de [[schalmei]]en en ''sackbuts'' (soort middeleeuwse [[trombone]]) van de stadswacht, kamermuziek en de grote meerstemmige muziekstukken uit [[Venetië]] en [[Duitsland]], zoals Giovanni Gabrieli en Heinrich Schütz . De sonates van Dario Castello bevatten expliciete dulcian-partijen. Zie ook [[Renaissance (muziek)]]. |
== Links == |
== Links == |
Huidige versie van 20 apr 2024 om 14:31
De dulciaan is een houtblazer uit de renaissance, met een dubbel riet en een 'gevouwen' conische (steeds wijder wordende) boring of pijp. Gelijkwaardige termen zijn: Engels: curtal of dulcian, Duits: Dulzian, Frans: douçaine, Nederlands: dulciaan, Italiaans: dulciana, Spaans: bajón en Portugees: baixão.
Het is de voorloper van de moderne fagot, en was populair tussen 1550 en 1700, maar was waarschijnlijk eerder uitgevonden. Tegen het einde van deze periode bestond het naast, en werd toen vervangen door, de barok-fagot. Het werd gespeeld in zowel volkse als heilige muziek, in heel Noord- en West-Europa, evenals in de 'Nieuwe Wereld' (Amerika).
Bouw
De dulcian is over het algemeen gemaakt van een enkel stuk esdoorn (houtsoort), waarbij de boringen (pijpen) eerst worden geboord en geruimd (gevijld) en vervolgens de buitenkant in vorm worden geschaafd. Het riet is bevestigd aan het uiteinde van een metalen bocal, geplaatst in de bovenkant van de kleine boring. In tegenstelling tot de fagot heeft deze normaal gesproken een uitlopende bel of klok, soms gemaakt van een apart stuk hout. Deze bel kan soms worden gedempt, de demper is ofwel afneembaar of ingebouwd in het instrument. De buitenkant van het instrument kan ook met leer worden bekleed, zoals de waldhoorn.
Hoewel de bas in F de meest voorkomende maat is, is de dulciaan er in vele andere maten en zangstemmen: tenor (in C), alt (in F of G) en sopraan (in C). Er zijn ook voorbeelden van een "quart bass" dulcian in C en contrabas in F.
Gebruik
De dulciaan is een makkelijk in te zetten instrument; luid genoeg om in buiten ensembles te spelen, stil genoeg voor kamermuziek en expressief genoeg om mee te doen met het koor. Het werd onder meer gebruikt voor het spelen van dansmuziek met de schalmeien en sackbuts (soort middeleeuwse trombone) van de stadswacht, kamermuziek en de grote meerstemmige muziekstukken uit Venetië en Duitsland, zoals Giovanni Gabrieli en Heinrich Schütz . De sonates van Dario Castello bevatten expliciete dulcian-partijen. Zie ook Renaissance (muziek).
Links
- YouTube - Dulcian