Neo-impressionisme: verschil tussen versies
(Aanvulling) |
(geen verschil)
|
Versie van 18 jul 2022 13:21
|
|
Neo-impressionisme is een term die in 1886 werd bedacht door de Franse kunstcriticus Félix Fénéon om een kunst-stroming te beschrijven die werd opgericht door Georges Seurat. De stroming valt onder het postimpressionisme.
Inleiding
Seurats beroemdste meesterwerk, Een zondagmiddag op het eiland La Grande Jatte van 1886, markeerde het begin van deze beweging toen het voor het eerst te zien was op een tentoonstelling van de Société des Artistes Indépendants (Salon van de onafhankelijken) in Parijs. Rond deze tijd kwam het hoogtepunt van de moderne tijd van Frankrijk en veel kunstschilders waren op zoek naar nieuwe methoden en manier van werken. Vooral aanhangers van het neo-impressionisme werden aangetrokken door moderne stedelijke omgevingen, maar ook door landschappen en zeekusten. Ze onderzochten de werkelijkheid en de manier om dit op doek vast te leggen op een haast wetenschapelijke manier waarbij gekeken werd hoe lijnen en kleuren elkaar beïnvloedde. Een voorbeeld hiervan zijn de pointillistische technieken. Ze gebruikten hierbij optische (via het oog) en psychobiologische theorieën uit de wetenschap.
Kleurmenging met verf is iets anders dan kleurmenging met licht (zie kleur). Ook de onderlinge invloed van kleurvlakken naast elkaar was een onderwerp van studie en uitproberen (experimenteren). Bij het pointillisme vind de feitelijke kleurmenging in het oog plaats. Seurat noemde het zelf Chromoluminarisme. Chromos is kleur en luminarisme is lichtwerking. De term Divisionisme die ook vaak wordt gebruikt heeft vooral met de penseelstreek te maken.