Koper smelten
Het koper smelten vond zo'n 5.500 - 5.000 v. Chr. (kopertijd) plaats. Het oudste bewijs is gevonden in Pločnik en Belovode, Servië. Mogelijk gebeurde dat in een oven wat voor aardewerk bedoeld was, want een gewoon kampvuur komt 200 °C tekort om koper te kunnen smelten. Later vond men uit hoe men door het inblazen van lucht via een pijp het vuur heter kon maken. De Egyptenaren kende al een soort van blaasbalgen.
Koper is een van de weinige metalen die in de natuur kan voorkomen in een direct bruikbare metallische (metaal) vorm. De eerste koperen voorwerpen werden dan ook van deze klompjes koper gemaakt door ze te behameren met een steen. Dit zeer vroege menselijk gebruik van koper gebeurde in verschillende regio's, van c. 8000 voor Christus. Duizenden jaren later was koper het eerste metaal dat uit sulfide-ertsen werd gesmolten, ca. 5000 voor Christus. Het eerste metaal dat in een mal in een vorm wordt gegoten, was ca. 4000 voor Christus; en het eerste metaal dat doelbewust werd gelegeerd met een ander metaal, namelijk tin, om brons te maken, gebeurde ca. 3500 voor Christus.
In de Romeinse tijd werd koper voornamelijk op Cyprus gedolven, meteen de oorsprong van de naam van het metaal, van aes сyprium (metaal van Cyprus), later verbasterd tot сuprum (Latijn). Hiervan zijn coper (Oud Engels) en het Nederlandse koper van afgeleid.