Slag bij Fairfield: verschil tussen versies

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Regel 7: Regel 7:
   
 
Bij het uitbreken van de burgeroorlog vormde Jones een cavalerie[[compagnie]]. Toen hij zijn kapitein verkoos diende Jones onder zijn oude kameraad Stuart in de [[Manassas-veldtocht]]. Aanvankelijk was hij een kolonel in de [[1st Virginia Cavalry]] maar werd bevorderd tot brigadegeneraal op [[19 september]] [[1862]]. Zijn soldaten vochten goed in de [[Slag bij Brandy Station]] op [[9 juni]] [[1863]] waar ze zwaar overtroffen werden door Jones' vroegere klasgenoot uit West Point, de noordelijke brigadegeneraal [[John Buford]]. Jones en zijn mannen konden die dag standhouden. Jones' [[veteraan|veteranen]], onder bevel van de legendarische brigadegeneraal [[Turner Ashby]], waren een van de beste ruiters in het zuidelijke leger. Ashby, een begaafd ruiter en leider, was de commandant van de 7th Virginia, dat samen met de [[6th Virginia Cavalry|6th]], [[11th Virginia Cavalry|11th]], [[12th Virginia Cavalry|12th]] en de [[35th Virginia Cavalry]] Jones' brigade vormde. In het midden van 1863 werden Jones' troepen het gewend om lang te marcheren en hard te vechten.
 
Bij het uitbreken van de burgeroorlog vormde Jones een cavalerie[[compagnie]]. Toen hij zijn kapitein verkoos diende Jones onder zijn oude kameraad Stuart in de [[Manassas-veldtocht]]. Aanvankelijk was hij een kolonel in de [[1st Virginia Cavalry]] maar werd bevorderd tot brigadegeneraal op [[19 september]] [[1862]]. Zijn soldaten vochten goed in de [[Slag bij Brandy Station]] op [[9 juni]] [[1863]] waar ze zwaar overtroffen werden door Jones' vroegere klasgenoot uit West Point, de noordelijke brigadegeneraal [[John Buford]]. Jones en zijn mannen konden die dag standhouden. Jones' [[veteraan|veteranen]], onder bevel van de legendarische brigadegeneraal [[Turner Ashby]], waren een van de beste ruiters in het zuidelijke leger. Ashby, een begaafd ruiter en leider, was de commandant van de 7th Virginia, dat samen met de [[6th Virginia Cavalry|6th]], [[11th Virginia Cavalry|11th]], [[12th Virginia Cavalry|12th]] en de [[35th Virginia Cavalry]] Jones' brigade vormde. In het midden van 1863 werden Jones' troepen het gewend om lang te marcheren en hard te vechten.
  +
  +
Omdat de [[Gettysburg-veldtocht]] begon, hielden Jones' mannen de grote gaten van de bergketens van de [[Shenandoahvallei]] ten noorden van zich en dekten [[Robert E. Lee]]s [[Army of Northern Virginia]] in diens opmars naar [[Pennsylvania]]. Als de [[slag bij Gettysburg]], die drie dagen lang duurde, begon, stak Jones' brigade de [[Potomac (rivier)|Potomac river]] over bij [[Williamsport]], [[Maryland]] en sloeg zijn kamp op bij [[Greencastle]], Pennsylvania. Twee eenheden van de brigade, namelijk de 12de Virginia, die de opdracht had gekregen om de noordelijken die bij [[Harpers Ferry]] gelegerd waren in de gaten te houden, en de 35ste Virginia, wie zich tijdelijk bij de cavaleriebrigade van brigadegeneraal [[W.H.F. "Rooney" Lee]] had gevoegd, werden achtergelaten wanneer de rest van de brigade naar het noorden marcheerde. Tijdens de eerste twee dagen van de slag bij Gettysburg bleven Jones' soldaten ruim achter de belangrijkste zuidelijke linies om de treinen te bewaken.
  +
  +
Op [[3 juli]] bereikte Jones' brigade [[Cashtown]], slechts 5 mijl (8 km) ten zuiden van de zuidelijke stellingen bij [[Seminary Ridge]]. Hier stopten ze voor het ontbijt. Later die ochtend, toen de plannen voor de [[Pickett's Charge]] werden gemaakt, gaf Lee het bevel om meteen alle cavalerie naar de omgeving van Fairfield te verzenden en zo een achterhoede en een rechterflank van de zuidelijke stellingen te vormen. Jones gehoorzaamde meteen en gaf zijn cavalerie om 1 uur in de namiddag dit bevel uit te voeren en zich te verspreiden op het platteland tussen [[Fairfield]] en Cashtown. Met Jones in de hoofdrol volgden de 7de Virginia, onder bevel van kolonel [[Thomas C. Marshall]] en de 6de Virginia, onder bevel van [[Cabell E. Flournoy]]. De achterhoede werd gevormd door een batterij {{wbwoord|1|Horse Artillery}} onder bevel van [[Lunsford L. Lomax]] en de 11de Virginia onder bevel van [[Robert Chew]].
  +
  +
Omdat alle artilleristen zich klaar maakten voor een artilleriebombardement dat een grote infanterieaanval die later bekend zou worden als de Pickett's Charge vooraf zou gaan zetten Jones' mannen hun mars naar Fairfield verder. Onderweg vonden ze treinmachinisten, die de aanwezigheid van [[J.E.B. Stuart]]s buitgemaakte trein aankondigden, samen met zijn achtervolgers: de noordelijke cavalerie.
  +
  +
Die ochtend had de noordelijke brigadegeneraal [[Wesley Merrit]], commandant van [[John Buford]]s eerste reservecavalerie, lucht gekregen van een onbewaakte trein die in de buurt van Fairfield zou zijn. Als zijn soldaten de treinwagon konden veroveren en Fairfield bezetten, ontnamen ze de zuidelijken de toegang tot [[Fairfield Gap]], de kortste ontsnappingsroute voor Lees leger naar [[Hagerstown]], Maryland. Merrit was als 22ste afgestudeerd in de militaire academie van West Point in [[1860]] en hij mocht al meteen dienen in het 2de regiment [[dragoons]] onder toezicht van zijn superieur, Buford. Hij werd al snel kapitein en werd bevorderd tot brigadegeneraal op [[28 juni]] [[1863]] na zijn uitstekende perstaties in de [[slag bij Brandy Station]] en in zijn cavaleriegevecht bij de [[Loundounvallei]] tijdens Lees opmars naar Pennsylvania. Met een leeftijd van slechts 27 jaar was Merrit een van de jongste brigadegeneraals in het noordelijke leger. Samen met [[George A. Custer]] en [[Elon J. Farnsworth]] kreeg hij de bijnaam "Boy General".
   
 
== De slag ==
 
== De slag ==

Versie van 10 jun 2015 15:33

Under construction icon-red.svg Werk in uitvoering!
Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt.
Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren.
De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel.
Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken.
Under construction icon-red.svg
Dit artikel is nog niet af.

De Slag bij Fairfield was de openingsveldslag bij de Terugtocht van Gettysburg tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog.

Achtergrond

De opmars naar het noorden van het Army of Northern Virginia naar zijn "rendez-vous" bij Slag bij Gettysburg werd geleid door de ervaren cavaleriegeneraal William Edmonson "Grumble" Jones. Deze verdiende zijn bijnaam "Grumble" meer dan genoeg - hij was over het algemeen slechtgehumeurd, opvliegend en geneigd tot klagen. Nadat hij in 1848 van de militaire academie van West Point was afgestudeerd, had hij bijna een decennium op de westelijke grens gediend, had hij tegen de indianen gevochten en was hij commandant geweest van kleine detachementen ruiters. Hij was echter niet altijd zo opvliegend geweest, zijn bevriende dragonder J.E.B. Stuart noemde hem indertijd de beste buitenpostofficier van het leger, maar de dood van zijn jonge vrouw door een schipbreuk net na hun huwelijk verzuurde Jones, en hij raakte nooit hersteld van dat verlies. Hij nam ontslag uit het leger in 1857 en leefde min of meer als kluizenaar in zijn boerderij in Virginia.

Bij het uitbreken van de burgeroorlog vormde Jones een cavaleriecompagnie. Toen hij zijn kapitein verkoos diende Jones onder zijn oude kameraad Stuart in de Manassas-veldtocht. Aanvankelijk was hij een kolonel in de 1st Virginia Cavalry maar werd bevorderd tot brigadegeneraal op 19 september 1862. Zijn soldaten vochten goed in de Slag bij Brandy Station op 9 juni 1863 waar ze zwaar overtroffen werden door Jones' vroegere klasgenoot uit West Point, de noordelijke brigadegeneraal John Buford. Jones en zijn mannen konden die dag standhouden. Jones' veteranen, onder bevel van de legendarische brigadegeneraal Turner Ashby, waren een van de beste ruiters in het zuidelijke leger. Ashby, een begaafd ruiter en leider, was de commandant van de 7th Virginia, dat samen met de 6th, 11th, 12th en de 35th Virginia Cavalry Jones' brigade vormde. In het midden van 1863 werden Jones' troepen het gewend om lang te marcheren en hard te vechten.

Omdat de Gettysburg-veldtocht begon, hielden Jones' mannen de grote gaten van de bergketens van de Shenandoahvallei ten noorden van zich en dekten Robert E. Lees Army of Northern Virginia in diens opmars naar Pennsylvania. Als de slag bij Gettysburg, die drie dagen lang duurde, begon, stak Jones' brigade de Potomac river over bij Williamsport, Maryland en sloeg zijn kamp op bij Greencastle, Pennsylvania. Twee eenheden van de brigade, namelijk de 12de Virginia, die de opdracht had gekregen om de noordelijken die bij Harpers Ferry gelegerd waren in de gaten te houden, en de 35ste Virginia, wie zich tijdelijk bij de cavaleriebrigade van brigadegeneraal W.H.F. "Rooney" Lee had gevoegd, werden achtergelaten wanneer de rest van de brigade naar het noorden marcheerde. Tijdens de eerste twee dagen van de slag bij Gettysburg bleven Jones' soldaten ruim achter de belangrijkste zuidelijke linies om de treinen te bewaken.

Op 3 juli bereikte Jones' brigade Cashtown, slechts 5 mijl (8 km) ten zuiden van de zuidelijke stellingen bij Seminary Ridge. Hier stopten ze voor het ontbijt. Later die ochtend, toen de plannen voor de Pickett's Charge werden gemaakt, gaf Lee het bevel om meteen alle cavalerie naar de omgeving van Fairfield te verzenden en zo een achterhoede en een rechterflank van de zuidelijke stellingen te vormen. Jones gehoorzaamde meteen en gaf zijn cavalerie om 1 uur in de namiddag dit bevel uit te voeren en zich te verspreiden op het platteland tussen Fairfield en Cashtown. Met Jones in de hoofdrol volgden de 7de Virginia, onder bevel van kolonel Thomas C. Marshall en de 6de Virginia, onder bevel van Cabell E. Flournoy. De achterhoede werd gevormd door een batterij Horse Artillery Vraagteken2.png onder bevel van Lunsford L. Lomax en de 11de Virginia onder bevel van Robert Chew.

Omdat alle artilleristen zich klaar maakten voor een artilleriebombardement dat een grote infanterieaanval die later bekend zou worden als de Pickett's Charge vooraf zou gaan zetten Jones' mannen hun mars naar Fairfield verder. Onderweg vonden ze treinmachinisten, die de aanwezigheid van J.E.B. Stuarts buitgemaakte trein aankondigden, samen met zijn achtervolgers: de noordelijke cavalerie.

Die ochtend had de noordelijke brigadegeneraal Wesley Merrit, commandant van John Bufords eerste reservecavalerie, lucht gekregen van een onbewaakte trein die in de buurt van Fairfield zou zijn. Als zijn soldaten de treinwagon konden veroveren en Fairfield bezetten, ontnamen ze de zuidelijken de toegang tot Fairfield Gap, de kortste ontsnappingsroute voor Lees leger naar Hagerstown, Maryland. Merrit was als 22ste afgestudeerd in de militaire academie van West Point in 1860 en hij mocht al meteen dienen in het 2de regiment dragoons onder toezicht van zijn superieur, Buford. Hij werd al snel kapitein en werd bevorderd tot brigadegeneraal op 28 juni 1863 na zijn uitstekende perstaties in de slag bij Brandy Station en in zijn cavaleriegevecht bij de Loundounvallei tijdens Lees opmars naar Pennsylvania. Met een leeftijd van slechts 27 jaar was Merrit een van de jongste brigadegeneraals in het noordelijke leger. Samen met George A. Custer en Elon J. Farnsworth kreeg hij de bijnaam "Boy General".

De slag

Gevolgen

Bronnen

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Slag_bij_Fairfield&oldid=404742"