Krokodillen
Krokodillen zijn reptielen die relatief groot tot zeer groot worden en net als alle reptielen koudbloedig zijn. Dit wil zeggen dat de krokodil veel in de zon moet liggen om zijn lichaam op te warmen. Dit is met name belangrijk voor de spijsvertering.
De naam krokodil slaat soms op de groep van 'echte krokodillen', zoals de nijlkrokodil en de orinocokrokodil. Als de naam krokodilachtigen wordt gebruikt, worden ook de gavialen, de kaaimannen en de alligators bedoeld. Deze laatste twee, de alligators en kaaimannen, behoren tot dezelfde groep, maar de gavialen vormen een aparte groep. Dit artikel gaat over de gehele groep van krokodilachtigen.
De voorouders van de krokodil ontstonden zo'n 200 miljoen jaar geleden, ongeveer ten tijde van de dinosauriërs. De voorouders van de krokodil leken veel op de krokodillen van nu, in tegenstelling tot de meeste andere dieren die afstammen van dieren uit die tijd. De verre voorouders van de krokodil, die nog langer gelden leefden, waren hagedis-achtige dieren die op hun achterpoten liepen. De grootste nog levende soort is de sarcosuchus, waarvan het record staat op 12 meter. Een afdruk van een nooit gevonden zonnebadend exemplaar was volgens een schatting 10 meter lang. Met een maximale lengte van 1,14 m is de dwergkrokodil het kleinst. De uitgestorven Deinosuchus was mogelijk tot 15 m lang.
Leefomgeving
De krokodilachtigen leven in verscheidene continenten zoals Afrika, Amerika, Azië en in Australië. In Europa komt geen enkele soort voor.
De gewone krokodil heeft het grootste verspreidingsgebied van alle krokodillen. Dit betekent dat hij op veel plaatsen voor komt.
Ze leven in midden- en Zuid-Amerika, Afrika, Zuidelijk Azië en Australië.
Kaaimannen leven in Midden-en Zuid-Amerika en alligators in het zuidoosten van de V.S. en China.
Wat is nu wat?
Veel mensen denken dat een alligator hetzelfde is als een gaviaal of krokodil. Eigenlijk klopt hier niks van. Alligators, kaaimannen en gavialen zijn wel krokodilachtigen maar behoren tot andere families.
De gaviaal
Er zijn twee soorten gavialen, waaronder de gangesgaviaal. De wetenschappelijke naam voor deze groep is Gavialinae. Gavialen eten in tegenstelling tot de krokodil enkel vis. Ze kunnen zich ook heel goed aanpassen aan de omgeving. De gaviaal heeft scherpe tanden waarmee hij de glibberige vissen die gegeten worden goed vast kan houden. Ook is hij heel afhankelijk van het water, hoewel hij niet snel zwemt. De meeste krokodillen zijn vaker op het land te vinden maar kunnen veel beter zwemmen.
De kaaiman en de alligator
Kaaimannen en alligators horen tot eenzelfde groep omdat ze veel gemeenschappelijke kenmerken hebben. De wetenschappelijke naam voor deze groep is Alligatorinae. Er zijn zes soorten kaaimannen waaronder de zwarte kaaiman, de gladvoorhoofd kaaiman en de brilkaaiman. Er zijn twee soorten alligators: de Mississippi-alligator en de Chinese alligator.
Zowel bij kaaimannen als alligators zijn de ondertanden niet te zien als hun bek gesloten is.
De meeste kaaimannen worden niet groter dan 2.4 m, daar is dus een verschil met alligators die makkelijk dubbel zo groot worden.
Kaaimannen hebben ook een heel stevig pantser. Hun huid is erg stevig door de dikke schubben, net als andere krokodilachtigen. Maar de kaaiman heeft tevens grote, harde knobbels in zijn huid als extra bescherming. Tegen andere roofdieren is hij goed beschermd met dat pantser. Dit heeft voor de kaaiman nog een ander voordeel; de huid is hierdoor
totaal ongeschikt om krokodillenleer van te maken. Hierdoor wordt de gaviaal niet gedood om zijn huid, zoals andere krokodilachtigen. Als
men de huid bewerkt tot krokodillenleer, zitten er grote gaten in door de knobbels.
De krokodil
Krokodillen leven in het grootste deel van Afrika, in Oceanië en aan de grens tussen Noord- en Zuid-Amerika. De wetenschappelijke naam voor deze groep is Crocodylinae.
Er zijn 15 soorten krokodillen waaronder de nijlkrokodil en de zeekrokodil.
- Spitssnuitkrokodil
- Orinocokrokodil
- Australische krokodil
- Filipijnse krokodil
- Bultkrokodil
- Nijlkrokodil
- Nieuw-Guinese krokodil
- Moeraskrokodil
- Zeekrokodil
- Crocodylus raninus
- Ruitkrokodil
- Siamese krokodil
- Crocodylus suchus
- Pantserkrokodil
- Breedvoorhoofdkrokodil
Sommige krokodillen zwemmen in zout water bv. de zeekrokodil. Om in zout water te kunnen overleven hebben de zoutwatersoorten speciale klieren die zout afscheiden.
De nijlkrokodil
Ondanks zijn naam komt de nijlkrokodil niet alleen voor in de Nijl. Velen denken ook dat de nijlkrokodil en andere krokodillen hele wrede moordenaars zijn, ze hebben een slechte naam. Een krokodil zal echter alleen aanvallen als een mens of ander groot dier het territorium betreedt of als hij honger heeft. Omdat krokodillen veel groter en krachtiger zijn dan de bijvoorbeeld kaaimannen en gavialen, zijn ze voor de mens veel gevaarlijker.
Voortplanting en paring
Mannelijke en vrouwelijke krokodillen zijn moeilijk te onderscheiden. Mannetjes worden een stuk groter dan vrouwtjes maar omdat krokodillen van verschillende leeftijden bij elkaar leven is dit in de natuur moeilijk te zien. Bij de gaviaal is er wel een duidelijk verschil tussen een mannetje en een vrouwtje. Het mannetje heeft aan het eind van zijn snuit een grote bult aan de bovenzijde.
Mannelijke krokodillen zijn ook sneller volwassen dan de vrouwtjes. De mannetjes paren al als ze zeven zijn, de vrouwtjes pas in hun negende jaar. Voor de paring komt eerst de hofmakerij (ook wel balts). De hofmakerij kan wel 2 uur duren. Krokodillen raken elkaar dan veel aan rond het hoofd en de nek. Hier zitten veel gevoelige tastzintuigen. Het mannetje probeert dan indruk te maken bij het vrouwtje door water te laten borrelen door hun borstspieren te laten trillen.
Een geïnteresseerd vrouwtje kromt haar rug en tilt haar kop op met open bek.
Soms duwen ze elkaar onder water om te laten zien hoe groot ze wel zijn.
Mannetjes vechten met elkaar om concurrenten te verjagen. Ze vechten met opengesperde kaken of laten hun lichaam vol met lucht lopen om groter te lijken. Bij zeekrokodillen gaat het zelfs zo ver dat ze met hun koppen tegen elkaar slaan. Deze gevechten kunnen urenlang doorgaan maar blijken weinig schade op te leveren.
Bij de paring zelf wikkelt het mannetje zijn staart om het vrouwtje en de twee zakken onder water. De paring duurt maar enkele minuten maar op een dag paren ze meerdere keren. Vrouwtjes proberen ook met verschillende mannetjes te paren, hoewel het mannetje dat probeert te voorkomen door andere mannetjes te verjagen.
Bedreigd
Krokodillen en alligators worden bedreigd omdat mensen ze vangen bijvoorbeeld vangen voor hun huid. Daarmee maken ze tassen, schoenen en riemen. Van hun lichaamsdelen worden traditionele Oosterse medicijnen gemaakt. De botten worden vermalen en aan kunstmest en dierenvoeder toegevoegd.
Hun vlees en eieren worden gekookt en opgegeten, terwijl hun geslachtsorganen, muskus en urine worden verwerkt in parfum.
Zo zie je maar dan mensen een grotere bedreiging vormen voor krokodillen dan andersom!
Hoewel veel mensen bang zijn voor krokodilachtigen vormen ze een onmisbaar onderdeel van de natuur in de tropische gebieden.
Ze graven waterpoelen waardoor andere dieren de droge seizoenen kunnen overleven én ze ruimen de omgeving op doordat ze dode dieren opeten.
Fokken
Fokkerijen zijn verenigingen om bv. krokodilachtigen te fokken met de bedoeling om ze dan weer in het wild uit te zetten. Ze nemen bijv. een mannetje en een vrouwtje uit de natuur weg, en laten ze paren.
Dit gebeurt enkel in de goede omstandigheden: juiste temperatuur op juiste moment, genoeg eten, goede omgeving, ...
Wat wel een nadeel is, is dat sommige fokkerijen de jongen onder andere zoveel eten geven, waardoor die niet weten hoe ze in het wild aan eten moet komen.
Daarna laat de fokkerij, als de jongen groot genoeg zijn, ze vrij in de natuur maar ze houden weer een mannetje en een vrouwtje om verder jongen te kweken.
Verwanten met krokodilachtigen
Het lijkt vreemd maar vogels zijn nauwere verwanten van de krokodilachtigen dan bijvoorbeeld slangen of hagedissen. Dat komt doordat krokodillen en vogels dezelfde verre voorouders hebben. Ze stammen allebei af van de "Archosauria". Dat was meer dan 200 miljoen jaar geleden een belangrijke groep reptielen. Net als vogels hebben krokodillen een lange uitwendige gehoorgang en een spiermaag om voedsel te vermalen. Ze maken een nest en zorgen voor hun jongen. Na de vogels zijn de hagedissen , slangen en de brughagedis de nauwste verwanten van krokodilachtigen. Slangen zijn ook geschubde, vleesetende reptielen , maar zij doden hun prooi anders.
Zonnebaden
Krokodillen zijn koudbloedig dat betekent dat hun lichaamstemperatuur wordt beïnvloed door hun omgeving.
Ze hebben geen haren of veren die hen warm houden en ze kunnen ook niet rillen om warm te worden.
Ze gaan in en uit het water om op te warmen of af te koelen. Krokodillen zonnen op een zandbank om hun lichaam op te warmen.
Krokodil of alligator?
Er zijn dertien soorten krokodillen, twee soorten alligators, zes soorten kaaimannen en twee soorten gavialen.
Gavialen hebben een opvallend lange, slanke snuit, maar krokodillen en alligators zijn vaak veel moeilijker uit elkaar te houden.
- Krokodillen hebben meestal een langere spitsere snuit dan alligators.
- Krokodillen hebben bovendien aan beide kanten in de onderkaak een zeer lange tand die zichtbaar is wanneer ze hun bek gesloten hebben.
Dit stuk tekst gaat over een kaaimankop:
- De richels tussen de ogen zijn bij kaaimannen vaak beniger dan die bij alligators.
- Deze richels die lijken op een bril, maken de schedel steviger.
- Kaaimannen zijn over het algemeen ook kleiner dan alligators.