G. Stanley Hall: verschil tussen versies
k |
|||
Regel 27: | Regel 27: | ||
Hij werd sterk beïnvloed door het gedachtgoed van [[Charles Darwin]]. Hij trekt een parallel tussen het opgroeien van een kind en de ontwikkeling van de mensheid. Hierbij zou educatie (onderwijs) een grote rol spelen. |
Hij werd sterk beïnvloed door het gedachtgoed van [[Charles Darwin]]. Hij trekt een parallel tussen het opgroeien van een kind en de ontwikkeling van de mensheid. Hierbij zou educatie (onderwijs) een grote rol spelen. |
||
− | Hij was een fel tegenstander van de parapsychologie en ontmaskerde zogeheten mediums (mensen die bijvoorbeeld beweren met de doden te kunnen spreken). |
+ | Hij was een fel tegenstander van de [[parapsychologie]] en ontmaskerde zogeheten mediums (mensen die bijvoorbeeld beweren met de doden te kunnen spreken). |
[[Categorie:Psychologie]] |
[[Categorie:Psychologie]] |
Versie van 25 dec 2024 08:52
Wetenschapper | |||
Granville Stanley Hall, circa 1910 | |||
Persoonlijke info | |||
---|---|---|---|
Volledige naam | Granville Stanley Hall | ||
Geboren | 1 februari 1844 | ||
Geboorteplaats | Ashfield, in de staat Massachusetts | ||
Geboorteland | Verenigde Staten | ||
Overleden | 24 april 1924 | ||
Overleden te | Worcester, Massachusetts | ||
Bekend van | |||
Vakgebied | Psychologie | ||
Actief | 1860 - 1924 | ||
Bekend van | behaalde in Amerika als eerste het doctoraat in de psychologie | ||
|
Granville Stanley Hall werd geboren op 1 februari 1844 in Ashfield, in de staat Massachusetts. Hij overleed op 24 april 1924 in Worcester, Massachusetts. Hij was een Amerikaanse psycholoog en pedagoog die in de negentiende eeuw het eerste doctoraat in de psychologie behaalde dat in de Verenigde Staten van Amerika werd toegekend aan het Harvard College. Hij interesseerde zich vooral in de ontwikkeling van de menselijke levensduur en de evolutietheorie.
Levensloop
Hij had goed opgeleide ouders en las veel boeken. Op jonge leeftijd was hij vooral geïnteresseerd in dieren en lichamelijke vaardigheden. Op 16-jarige leeftijd begon hij al andere studenten les te geven. De meesten hiervan waren ouder dan hij. Hij studeerde door en kwam op de Harvard universiteit in Cambridge, Massachusetts. Daar ontmoette hij William James, een buitengewoon hoogleraar die net de eerste psychologieklas van het land was begonnen. In 1878 behaalde Hall het eerste doctoraat in de psychologie dat in Amerika werd toegekend. Omdat er in Amerika nog geen verdere opleidingen of onderzoekplekken in Amerika waren, ging hij naar Europa om te studeren aan de Universiteit van Berlijn, en bracht in 1879 een korte tijd door in Wundts laboratorium in Leipzig. Terug in Amerika ginf hij les geven in Engels en filosofie aan het Antioch College in Yellow Springs, Ohio, en daarna met het doceren van geschiedenis van de filosofie aan het Williams College in Massachusetts. Van 1882 tot 1888 gaf hij les in psychologie en pedagogiek aan de Johns Hopkins universiteit en in 1883 begon hij het eerste formele Amerikaanse psychologielaboratorium. In 1889 werd hij benoemd tot de eerste president van Clark University, een functie die hij vervulde tot 1920. Hij bestudeerde vooral het effect van het volwassen worden (adolescentie) op het leerproces. Hij nodigde Sigmund Freud en Carl Jung uit om in 1909 een lezingenreeks te geven op zijn universiteit.
In 1917 publiceerde Hall een boek over religieuze psychologie, Jesus the Christ in the Light of Psychology. Hij analyseerde de mythen, de magie, enz., die zijn opgebouwd over de naam en het leven van Christus. Ook bestudeerde hij de gelijkenissen en bespreekt de wonderen, de dood en de opstanding van Jezus. Hij vergelijkt dit met de dan bekende psychologische denkbeelden en processen. Later schreef hij het boek Senescence, dat gaat over het ouder worden.
Hij werd sterk beïnvloed door het gedachtgoed van Charles Darwin. Hij trekt een parallel tussen het opgroeien van een kind en de ontwikkeling van de mensheid. Hierbij zou educatie (onderwijs) een grote rol spelen.
Hij was een fel tegenstander van de parapsychologie en ontmaskerde zogeheten mediums (mensen die bijvoorbeeld beweren met de doden te kunnen spreken).