Vladimir Lenin

Vladimir Lenin was de stichter van de Soviet-Unie. Hij leefde van 1870 tot 1924, en heette eigenlijk Vladimir Iljitsj Oeljanov. Zijn geboortedorp is later naar hem vernoemd: Oeljanovsk. Lenin was eigenlijk een schuilnaam, en kwam van de rivier Lena.

Verbanning

Lenin studeerde om advocaat te worden, en werd in 1893 lid van een politieke groep, de Marxistische sociaaldemocraten. In 1895 werd hij gearresteerd, en van 1897 tot 1900 werd hij (samen met zijn vrouw) verbannen naar het koude Siberië. Daarna gingen ze in Londen, en later in Zwitserland wonen. Daar kreeg hij ruzie met de rest van de politieke partij, want Lenin vond dat er een revolutie moest plaatsvinden om te zorgen voor een democratie waar iedereen mocht stemmen, terwijl de andere groep vond dat alleen sommige mensen mochten stemmen (bijvoorbeeld op basis van hoeveel belasting je betaalde). De groep van Lenin werd de Bolsjewieken (meerderheid) genoemd, de andere groep de Mensjewieken (minderheid).

Na de revolutie van 1905 ging Lenin terug naar Rusland, maar toen in 1905 de Eerste Wereldoorlog uitbrak, en het parlement werd ontbonden door de Tsaar, ging Lenin terug naar Zwitserland, waar hij veilig was.

Eerste Wereldoorlog

Tot 1917 was Rusland nog een soort keizerrijk met aan het hoofd een Tsaar. Lenin was het hier niet mee eens, en vond dat de macht bij de mensen moest liggen. In februari 1917 moest de Tsaar, Nicolaas II, al afstand doen van de troon na de februarirevolutie, en werd er een voorlopige regering benoemd. In april ging Lenin weer terug naar Rusland, en ging hij in Sint Petersburg wonen. Lenin vond dat de nieuwe regering niet socialistisch genoeg was, en zijn groep kwam in juli 1917 in opstand. Dit mislukte, en Lenin moest alweer vluchten, dit keer naar Finland. Met hulp van de Duitse overheid kon hij blijven oproepen tot opstand.

Oktoberrevolutie

Na een poging om een staatsgreep te doen door een generaal op 20 oktober, keerde Lenin weer terug, en richtte hij de Rode Garde op. Op 7 november 1917 pleegde de Rode Garde een staatsgreep. Deze staat beter bekend als de oktoberrevolutie (in de Russische kalender viel deze dag in oktober). Lenin werd nu de baas van de Russische Communistische Partij, en in feite van heel Rusland. Hij sloot al vrij snel vrede met de Duitsers en hun bondgenoten, en Rusland trok zich in 1918 terug uit de Eerste Wereldoorlog. Lenin had zijn handen vol om de macht te houden in eigen land.

Terreur

Op 30 augustus 1918 werd een aanslag gepleegd op Lenin. In de jaren erna zou er veel terreur worden gepleegd door Lenin en zijn leger. Dit staat bekend als de Rode Terreur. Veel inwoners komen om van de honger, of worden opgesloten in concentratiekampen omdat ze beschuldigd worden tegen Lenin en zijn partij te zijn. De voormalige Tsaar wordt vermoord met zijn familie, en ook veel kerken worden vernietigd en priesters vermoord. Tegelijk vond er een burgeroorlog plaats tussen de bolsjewieken en mensjewieken.

Economie en politiek

Vanaf 1921 werd de burgeroorlog minder en begon Lenin met het invoeren van zijn Nieuwe Economische Politiek. Een deel van de economie werd eigendom van de overheid, hoewel een deel van de economie eigendom bleef van bedrijven en mensen. Hoewel Lenin een heel belangrijke man was in de Russische politiek, was hij geen alleenheerser. Hij moest voor zijn beslissingen toestemming krijgen van de Communistische Partij. Dit zou anders worden toen Stalin, zijn opvolger, aan de macht was.

Dood

In 1922 werd Lenin getroffen door een beroerte, en later zou hij er nog meer krijgen (later kreeg hij er een waardoor hij ook niet meer kon praten). Op 21 januari stierf hij in een dorpje vlakbij Moskou. Zijn lichaam is gebalsemd en is sindsdien tentoongesteld in een mausoleum op het Rode Plein in Moskou.