Juni: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
k (Wijzigingen door Anoniempje2006 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Foge) |
|||
(16 tussenliggende versies door 11 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | + | '''Juni''' is de zesde [[maand]] van het [[jaar]] en heeft 30 dagen. Juni wordt ook wel de ''zomermaand'' genoemd. |
|
+ | |||
+ | Juni is vernoemd naar de [[Romeinen|Romeinse]] godin ''Juno'', de vrouw van ''[[Jupiter (god)|Jupiter]]''. De [[Joden|Joodse]] benaming voor juni is ''Tammus'', de Romeinse naam is ''Junius''. De [[Sterrenbeeld|sterrenbeelden]] van juni zijn [[Tweelingen (sterrenbeeld)|Tweelingen]] en [[kreeft (sterrenbeeld)|Kreeft]]. |
||
+ | |||
+ | Een koude periode in juni wordt [[Schaapscheerderskou]] genoemd. |
||
+ | |||
+ | ==Weerspreuken== |
||
+ | * ''Juniregen is Gods zegen. Komt zonneschijn daarbij, dan maakt hij boer en stadslui blij.'' |
||
+ | * ''Een boon in juni geplant, geeft vijftig in een hand.'' |
||
+ | * ''De eerste juni kil en wak, brengt veel koren in de zak.'' |
||
+ | * ''Juni met veel donder, brengt de oogst ten onder.'' |
||
+ | * ''Waait in juni de noordenwind over het land, dan krijgt de boer veel koren in z`n hand.'' |
||
+ | * ''Is de juniavond mistig, dan het weer met gaven kwistig.'' |
||
+ | * ''Juni vochtig en warm, dan maakt ze de boeren niet arm.'' |
||
+ | * ''Is er in juni pas zonneschijn, dan wordt de zomer klein maar fijn. '' |
||
+ | * ''Niet te koel, niet zwoel, niet te nat, en niet te droog, juni vult de schuren hoog.'' |
||
+ | |||
+ | {{Maanden}} |
||
+ | [[categorie:Maanden]] |
||
+ | |||
+ | [[en:June]] |
||
+ | [[es:Junio]] |
||
+ | [[fr:Juin]] |
||
+ | [[it:Giugno]] |
Huidige versie van 12 apr 2018 om 13:41
Juni is de zesde maand van het jaar en heeft 30 dagen. Juni wordt ook wel de zomermaand genoemd.
Juni is vernoemd naar de Romeinse godin Juno, de vrouw van Jupiter. De Joodse benaming voor juni is Tammus, de Romeinse naam is Junius. De sterrenbeelden van juni zijn Tweelingen en Kreeft.
Een koude periode in juni wordt Schaapscheerderskou genoemd.
Weerspreuken
- Juniregen is Gods zegen. Komt zonneschijn daarbij, dan maakt hij boer en stadslui blij.
- Een boon in juni geplant, geeft vijftig in een hand.
- De eerste juni kil en wak, brengt veel koren in de zak.
- Juni met veel donder, brengt de oogst ten onder.
- Waait in juni de noordenwind over het land, dan krijgt de boer veel koren in z`n hand.
- Is de juniavond mistig, dan het weer met gaven kwistig.
- Juni vochtig en warm, dan maakt ze de boeren niet arm.
- Is er in juni pas zonneschijn, dan wordt de zomer klein maar fijn.
- Niet te koel, niet zwoel, niet te nat, en niet te droog, juni vult de schuren hoog.
Januari | Februari | Maart | April | Mei | Juni | Juli | Augustus | September | Oktober | November | December |