Glasblazen
Glasblazen is het vormgeven van glas door in de nog stroperige hete glasmassa te blazen, waardoor er een holle ruimte ontstaat.
Deze techniek wordt uitgevoerd door opgeleidde glasblazers. Het is een moeilijk en specialistisch vak.
Het maken van glas bestaat al circa 3500 jaar v.Chr. en begon in Mesopotamië. De glasmakerij verdween in het Oude Egypte en kwam later tot bloei in Syrië en Mesopotamië. Rond het jaar nul hadden de Syriërs (Arameeërs of Feniciërs) de glasblaaspijp uitgevonden en waren ze erin geslaagd om met een verhitte mix van zand, kalk en soda een dik vloeibare massa te smelten en zodoende door middel van de blaaspijp glas te maken. Dat ziet er ongeveer uit als bellen blazen. De Syriërs ontwikkelden de glasblaaskunst. Dit werd later door de Romeinen overgenomen.
Sindsdien is het principe nauwelijks meer veranderd.
In Nederland is de glasstad Leerdam het bekendst om de productie van geblazen glas. Daar staat ook het glasmuseum.
De Nederlandse filmmaker Bert Haanstra heeft ooit een Oscar gewonnen met zijn korte documentaire over het blazen van glas (zie links).
Ook laboratoriumglaswerk wordt door glasblazers gemaakt. Hiervoor is ook een speciale opleiding bij de Leidse Instrumentenmakersschool.