Boot
Een boot is een vaartuig. Al in de prehistorie zochten mensen naar een manier om te kunnen varen. In het Nederlandse Pesse bij Hoogeveen is er een kano gevonden waarvan wordt gedacht dat het de oudste boot ter wereld is. Het moet tussen 8040 voor Christus en 7510 voor Christus zijn gemaakt.
Sturen
Op een boot is stuurboord rechts en bakboord links van achter gezien.
Als je een helmstok hebt en deze naar links trekt of duwt ga je naar rechts en als je deze naar rechts duwt of trekt ga je natuurlijk naar links. Er zijn ook boten met een stuur en dit werkt dan ongeveer hetzelfde als in een auto. Alleen wordt door het stuur het roer achterop de boot in beweging gebracht.
Soorten boten (en schepen)
Een boot is meestal voor op de rivieren of binnenwateren. Een schip is meestal groter en voor op zee.
Er zijn heel veel soorten boten en schepen:
- De kleine boot is vaak een roeiboot, waarbij je op spierkracht jezelf door het water trekt met roeispanen. Het wordt ook wel een sloep genoemd. Je hebt ook hele smalle roeiboten die voor wedstrijden worden gebruikt en waarbij de roeiers achter elkaar zitten.
- De zeilboot is een boot die op windkracht werkt en de wind in de zeilen vangt waardoor de boot wordt voortgestuwd. Deze boten hebben vaak een helmstok en niet een stuurwiel.
- De stoomboot is een door een stoommachine aangedreven boot. De bekendste is natuurlijk die van Sinterklaas: Pakjesboot 12.
- Motorboten zijn boten met motoren waaraan een schroef zit die de boot voortstuwt. Dit is een soort ronddraaiende schijf met vleugels die het water wegduwt, waardoor de boot of het schip in beweging komt. Door tijdens het varen de schroef in tegengestelde richting te laten draaien, rem je de boot of het schip af.
- De vrachtboot is een grote boot die is bedoeld om spullen (vracht) te vervoeren. Is deze nog groter, bijvoorbeeld voor op zee, dan spreek je meer van een vrachtschip. Dat kan ook een containerschip zijn. Hele grote vrachtschepen die olie vervoeren, noem je een (olie)tanker.
- Een sleepboot trekt (sleept) andere boten of schepen, bijvoorbeeld van en naar de haven.
- Een duwboot duwt boten (bakken) zonder een motor voor zich uit.
- Een baggerschip is een vaartuig dat modder (bagger) van de bodem onder water weg kan zuigen.
- Cruiseschepen zijn passagiersschepen die mensen rondvaren over zee langs toeristische plekken. De passagiers kunnen er ook op slapen. Meestal zijn het schepen (een soort drijvende hotels) voor mensen die op vakantie zijn. De rondvaartboot is daar de kleine versie van. Daarop heb je geen slaapplekken.
- Militaire schepen en boten worden gebruikt voor verdediging van het land, of voor vredesmissies. Dit doen ze door bijvoorbeeld mijnenvelden te ruimen met een mijnenveger. Deze vaartuigen zijn van de marine. Je hebt vele typen marine vaartuigen, zoals een kannoneerboot, een kruiser, een vliegdekschip, een patrouilleboot, een kustvaarder enzovoorts.
- Veerboten of veerponten zijn bedoelt om personen en goederen over te zetten. Bijvoorbeeld de grote veerboten van Nederland naar het Verenigd Koninkrijk en de kleine veerpont op een rivier.
- Met de Bruine vloot worden de oude boten en schepen bedoelt met meestal bruine zeilen. Daar zijn vele typen boten in zoals de botter, een punter, een aak, een tjalk en de skûtsje. Veel van deze boten en schepen zijn varende monumenten en hebben een zogeheten stamboek waarin ze beschreven staan. Dit is ook een soort vereniging.
Werf
In de winter worden veel boten ondergebracht in een loods. Zeg maar de garage voor een boot. Of ze worden op de kant (de wal) gezet in grote stalen constructies (bokken) waar de boot dan in past. Dit gebeurt ook wanneer ze geverfd en onderhouden moeten worden. Dat moet ook gebeuren, anders gaat het materiaal waaruit ze gebouwd zijn rotten (als het hout is) of roesten (als het metaal is).
Zowel de loods als de bokken staan op een botenwerf of scheepswerf. De werf kan ook de plek zijn waar een boot of een schip wordt gebouwt. Is de boot of het schip klaar, dan wordt deze te water gelaten. Is dat de allereerste keer, dan wordt de boot eerst gedoopt door er een fles champagne op stuk te laten vallen.
Op de werf bevindt zich soms ook een winkel met spullen die bij een boot horen, zoals touw (ook wel lijnen genoemd), reddingsvesten, lampen, waterkleding enzovoorts. Vaak noemen ze dat een marina. De werf ligt meestal bij een haven en daarop staat ook een heiskraan die de boten in en uit het water kan tillen.
Bij grotere schepen wordt een droogdok gebruikt om het schip uit het water te tillen.
Dit kan ook door middel van een schuine helling (een soort glijbaan) waarbij de boot of het schip met een lier op de wal getrokken kan worden.
Bij de werf heb je soms een restaurant of het clubhuis van de watersportvereniging. Soms maken de waterscouts of zeeverkenners er ook gebruik van.
Vaarbewijs
Bij een auto of vrachtauto heb je een rijbewijs nodig om deze te mogen besturen. Bij boten vanaf een bepaalde grootte heb je een vaarbewijs nodig. Voor de nog grotere schepen moet je een uitgebreide vaaropleiding doen. Je leert over de vaarregels, het beladen, seinen, over het weer en noem maar op.
De bestuurder van een boot noem je een schipper. Is het een groot schip dan is de kapitein er de baas en de stuurman die het schip bestuurt (vaart).
Boten en schepen zijn lastiger te besturen dan voertuigen op de weg. De boot wend namelijk trager als je het roer draait (omgooit). Ook het remmen gaat lastiger omdat een boot niet meteen stil gelegd kan worden. Je drijft altijd nog een stuk door. Dat vraagt dus om stuurmanskunst en weten hoe je de motoren moet bedienen.
Spreekwoorden
Er zijn veel spreekwoorden die met boten en de scheepvaart te maken hebben. Bijvoorbeeld:
- In de boot genomen worden - voor de gek gehouden worden
- In het huwlijksbootje stappen - gaan trouwen
- De boot missen - een goede kans missen
- De boot is aan - de ruzie is begonnen
- Een schip met zure appelen - een stortbui
- Schoon schip maken - opruimen of opnieuw beginnen