Verdoving

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Apparatuur in een operatiekamer die door de anesthesist wordt gebruikt.

Een verdoving is bij een medische behandeling bijvoorbeeld een injectie tegen de pijn.

Je kunt onderscheid maken tussen een plaatselijke verdoving zoals bij de tandarts, of een algehele verdoving waarbij de patiënt in een kunstmatige slaap of coma wordt gebracht om een (grotere) operatie te kunnen verrichten. Dit wordt ook wel anesthesie genoemd en wordt in het ziekenhuis door de anesthesist uitgevoerd en onder controle gehouden. Hierbij maakt hij of zij gebruik van een injectie of een mondkap waarbij het verdovende middel door inhalatie in het lichaam wordt gebracht.

De algehele verdoving wordt over het algemeen uitgevoerd in een operatiekamer om chirurgische behandelingen mogelijk te maken die anders ondraaglijk pijnlijk zouden zijn voor een patiënt, of op een intensive care-afdeling (IC) of afdeling spoedeisende hulp om endotracheale intubatie (inbrengen van een beademingsbuis door de keel) en mechanische ventilatie (beademing) bij ernstig zieke patiënten te vergemakkelijken, zoals bij Covid-19 patiënten.

Er zijn verschillende geneesmiddelen die kunnen worden toegediend, met als algemeen doel het zorgen voor bewusteloosheid, geheugenverlies, pijnstilling, verlies van reflexen (reageren) van het autonome zenuwstelsel en in sommige gevallen verlamming van skeletspieren. Het autonome zenuwstelsel is een controlesysteem dat grotendeels onbewust werkt en lichaamsfuncties regelt, zoals de hartslag, spijsvertering, ademhalingsfrequentie, pupilreactie , urineren en seksuele opwinding. Dit systeem is er voor de controle van de vecht-of-vluchtreactie.

Geschiedenis

Al in de tijd van Mesopotamië (zo'n 3.500 jaar v. Chr.) werden er al pogingen gedaan om mensen te verdoven. Dit gebeurde bijvoorbeeld met wijn (waarbij de alcohol verdovend en reinigend werkte).

Ook Egyptenaren, Grieken, Romeinen, Indiërs en Chinezen zochten naar middelen om verdovingen te kunnen toepassen. Een operatie was voor de Renaissance veelal een laatste redmiddel, al ging men vaak liever dood dan grote pijn te moeten lijden.

Aan het einde van de 19e eeuw deden zich twee enorme sprongen voor, die samen de overgang naar de moderne chirurgie mogelijk maakten. De eerste was het steriel werken en de tweede de enorme (kennis) verbetering over pijnstillers. Ook de technieken van kunstmatige beademing verbeterde snel.

Vooronderzoek

Voor dat een (algehele) verdoving plaats vindt moet de arts of anesthesist onderzoeken welke verdovende medicijnen wel of niet geschikt zijn. Als de patiënt bijvoorbeeld alcohol of drugs heeft gebruikt kunnen sommige medicijnen een verkeerde uitwerking hebben. Ook overgewicht, andere medicijnen en in hoeverre een patiënt nuchter is (niet gegeten of gedronken heeft) moeten nagekeken worden. Ook de mondholte en de keel moet nagekeken worden om verstikking te voorkomen (bijvoorbeeld door losse kronen of een kunstgebit).

Soms wordt er een 'voor-medicijn' gegeven, bijvoorbeeld om de angst te verminderen (belangrijk bij kinderen). Ook wordt er gewerkt met rustgevende muziek om de patiënt gerust te stellen.

Controle bij (volledige) verdoving

De anesthesist houdt de patiënt in de gaten door bij te houden met de apperatuur hoe de bloeddruk is, de hartslag, ademhaling (zowel ritme, sterkte en zuurstof en koolstofdioxide gehalte), zuurstofgehalte in het bloed en de temperatuur. Ook de ogen moeten in de gaten worden gehouden tegen bijvoorbeeld uitdroging.

Is de patiënt plaatselijk verdoofd, dan kan de patiënt zelf aangeven hoe die zich voelt.

Bijkomen

Aan het einde van de operatie wordt de toediening van de verdovende medicijnen stopgezet. Herstel van bewustzijn treedt op wanneer de concentratie van het verdovende medicijn in de hersenen onder een bepaald niveau zakt (meestal binnen 1 tot 30 minuten, afhankelijk van de duur van de operatie). Dit gebeurd meestal op de uitslaapkamer onder toezicht van de anesthesist. In de herstelafdeling worden veel vitale (levensbelangrijke) functies gecontroleerd, waaronder zuurstofsaturatie (zuurstofgehalte), hartritme en ademhaling, bloeddruk, en kerntemperatuur van het lichaam.

Bij het bijkomen kan de patiënt erg rillen, wat de pijn kan verergeren. Een deken of warme lucht moet dit verminderen. Eventueel wordt een medicijn tegen het rillen toegediend.

Risico

Hoewel er risico's aanwezig zijn, gaat er verhoudingsgewijs maar zeer weinig verkeerd.

Opleiding anesthesist

Anethesisten hebben een stevige opleiding gehad. Om Anesthesist te worden moet je eerst een wetenschappelijk onderwijs opleiding Geneeskunde met goed gevolg hebben afgerond. Deze opleiding duurt zes jaar. Vervolgens moet hij of zij zich specialiseren, wat kan bij een opleidingsziekenhuis. In totaal duurt de opleiding tot Anesthesist dus elf jaar.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Verdoving&oldid=705045"