Schietschouw
Een schietschouw (ook wel ijsschouw of sleeschuit) was een kleine roeiboot die vooral gebruikt werd als kleine veerpont om mensen over te zetten van de ene kant van het water, naar de andere kant. De schenen (twee balkjes, glijders) die aan de onderzijde zaten waren beslagen (betimmerd) met ijzeren strips zodat ze als glij-ijzer (schinkels) konden dienen op het ijs. Daarmee kon het als een soort slee over het ijs worden geduwd en mocht het ijs toch breken, dan kon je doorvaren (door te bomen met een lange stok, waarmee je je afzette op de bodem van het water). De vorm van de boot is vergelijkbaar met de grotere schout en ze lijken op een gewone roeischouw en de boerenschouw.
Door er een rieten hut op te plaatsen werden ze in de winter ook gebruikt om op waterwild zoals eenden te jagen. Ze werden tot in de jaren zestig van de twintigste eeuw gebruikt en waren meestal van hout, met de typische geknikte zijkant (knikspant) en platte schuin oplopende voor- en achterkant (spiegel) van de schouw.