Fagot
De fagot (in het Engels bassoon) is een houtblazer uit de dubbele rietfamilie dat muziek speelt die is geschreven voor de bas- en tenor, en af en toe de hoge tonen. De fagot verscheen in zijn moderne vorm in de 19e eeuw en speelt een prominente rol in het orkest, harmonie en kamermuziek. Het staat bekend om zijn bijzondere klankkleur. De moderne fagot bestaat in twee vormen; Buffet- (of Franse) en Heckel- (of Duitse) systemen. Iemand die een fagot van een van beide systemen speelt, wordt een fagottist genoemd.
Het woord fagot komt van het Franse fagot en van de Italiaanse fagot. De Italiaanse naam voor hetzelfde instrument is echter fagotto. Faggot is een oud Frans woord dat een bundel stokken betekent. Een vroege Engelse variant, de "faget", werd echter al in 1450 gebruikt om te verwijzen naar brandhout.
Het geluid van de fagot is vrij laag. Als zangstem wordt dus bas of tenor aangegeven. De boring van de fagot is conisch, net als die van de hobo en de saxofoon. Dat wil zeggen dat de doorsnede van de pijp vanaf het mondstuk van smal naar breed gaat. De toongaten worden met kleppen afgesloten.
Het instrument bestaat uit een lange (houten) buis. De contrafagot klinkt een octaaf lager dan de gewone fagot; zijn buislengte is dan ook tweemaal zo lang. Het riet wordt direct tussen de lippen van de fagottist genomen en door het aanblazen ervan komen beide rietbladen in trilling. Deze trilling wordt overgebracht op de lucht die wordt binnen geblazen en zo ontstaat er een geluidsgolf in die luchtkolom. De manier van aanblazen is van invloed op de klank en de geluidssterkte. Hoe langer de luchtkolom, hoe lager de toon. Dit is vergelijkbaar met een blokfluit.
Een moderne fagot voor beginners is over het algemeen gemaakt van esdoorn, waarbij de voorkeur wordt gegeven aan soorten met gemiddelde hardheid, zoals gewone esdoorn en suikeresdoorn. Goedkopere modellen zijn ook gemaakt van materialen zoals polypropyleen (kunststof) en eboniet, voornamelijk voor gebruik door studenten. Metalen fagotten werden in het verleden ook wel gemaakt, maar zijn sinds 1889 door geen enkele grote fabrikant meer geproduceerd.
De kunst van het maken van het riet wordt al honderden jaren gedaan, enkele van de vroegst bekende rieten zijn gemaakt voor de dulciaan, een voorloper van de fagot. Moderne fagotrieten, gemaakt van Arundo donax- riet, worden vaak door de spelers zelf gemaakt, hoewel beginnende fagottisten hun rieten vaak kopen bij professionele rietmakers of rieten gebruiken die door hun docenten zijn gemaakt.
Vanwege de lage klank werd vroeger de fagot vooral als basbegeleiding in ensembles en symfonieorkesten gebruikt. Later kwamen er ook meer solostukken voor de fagot. Dat gebeurde vanaf de classicistische muziekperiode. Ook in de harmonieorkesten wordt de fagot gebruikt. Bekende muziekstukken waarin de fagot een rol speelt zijn de "Bolero" van Joseph Maurice Ravel en als vertolker van grootvader in "Peter en de Wolf" van Sergei Prokofiev.