Humor: verschil tussen versies
k (Link naar doorverwijspagina Geslacht gewijzigd in Geslacht (mens) met DisamAssist) |
|||
(9 tussenliggende versies door 9 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | + | '''Humor''' is het vermogen om iets [[Grappig|grappigs]] te zien, erom te [[lachen]] of het met anderen te [[delen]]. Het woord komt uit het [[Latijn]] en betekende vroeger “lichaamssap”. In de [[middeleeuwen]] dachten mensen namelijk dat je vier soorten '''lichaamssappen''' had die in balans moesten zijn. Als dat zo was, voelde je je goed en was je vrolijk. Was er een sapje uit balans? Dan kon je ziek worden of in een slecht humeur raken. Zo gebruikten mensen het woord "humor" al heel lang geleden om een stemming of gevoel mee aan te duiden. | |
− | + | == Hoe werkt humor?== | |
− | + | Wat jij [[grappig]] vindt, vindt iemand anders misschien helemaal niet leuk (Denk daarom na voordat je een grapje maakt hoe de ander zal reageren.) Dat komt doordat humor te maken heeft met je mening, je gevoel en je [[achtergrond]]. Dingen die te maken kunnen hebben: [[leeftijd]], [[cultuur]], [[Geslacht (mens)|geslacht]], [[opleiding]] en zelfs je [[stemming]] (Hoe iemand op het moment is bijvoorbeeld verdrietigw). | |
− | + | Humor werkt vaak door een soort “truc” in je hoofd. Eerst word je even meegenomen in een verhaal of situatie die serieus lijkt of nergens op slaat. Maar dan gebeurt er iets onverwachts of geks, waardoor je ineens op een andere manier naar de [[situatie]] kijkt. Dit zorgt ervoor dat je hersenen even in de war raken en dat zorgt vaak voor een lach. | |
− | |||
− | |||
− | |||
− | + | Je kan ook humor maken om bijvoorbeeld een foutje van een ander die bijvoorbeeld een spreek fout maakt. | |
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | == Soorten humor == | + | Wetenschappers hebben ontdekt dat vooral de '''mediaal prefrontale cortex''' (een deel van je hersenen) actief wordt als je een grap hoort. Dit stukje is ook belangrijk voor je gevoel van beloning – het fijne gevoel als iets leuk is. Ook andere delen van je hersenen, zoals die voor taal, doen mee. Die helpen je de grap te begrijpen. |
− | + | ||
− | Verbale humor: | + | ==Wat heb je aan humor?== |
− | * | + | Humor is grappig! Als jij en de ander erom kunnen lachen: |
− | * | + | |
− | * One- | + | * train je je longen en stroomt je bloed beter; |
− | * Ironie | + | *maakt je lichaam stofjes aan waar je blij van wordt (zoals endorfine, dat werkt als een natuurlijke pijnstiller); |
− | * Sarcasme | + | *wordt je afweersysteem sterker, dus je wordt minder snel ziek. |
− | * Grappige accenten, | + | |
− | Non | + | Lachen helpt ook tegen stress. Als je ergens mee zit, kun je het vaak beter aan als je er even om kunt lachen. Dat maakt de situatie minder zwaar. Daardoor kun je er beter over nadenken en vergeet je het misschien zelfs een oplossing bedenken. Humor helpt je dus om dingen in het juiste perspectief te zien. |
− | * Gezichtsexpressies | + | |
− | * Slapstick | + | En nog iets: mensen vinden je vaak aardiger als je humor hebt. Het is fijner om met iemand te praten die je laat lachen dan met iemand die je kwetst. |
− | * Gewelddadige slapstick | + | |
− | * Overdreven | + | ==Soorten humor== |
− | *Practical | + | Er zijn twee hoofdcategorieën: '''verbale''' (met woorden) en '''non-verbale''' (zonder woorden) humor. Sommige vormen zijn allebei. |
− | + | ||
− | * Parodie of imitatie | + | ===Verbale humor (met woorden):=== |
− | * Karikatuur | + | |
− | * Typetjes | + | *Woordspelingen: grappige zinnen door woorden met dubbele betekenissen, zoals: "Zegt de ene kaars tegen de ander: 'Zullen we vanavond uitgaan?'" |
− | * Sketches | + | *Grappen of moppen |
− | * Onbedoelde humor | + | *One-liners: een korte, grappige zin. |
+ | * Ironie: je zegt het tegenovergestelde van wat je bedoelt. | ||
+ | *Sarcasme: een genre zeggen bijvoorbeeld "Jij hebt goed geleerd" terwijl je niet goed heb geleerd | ||
+ | * Grappige manieren van praten: bijvoorbeeld gekke [[Accent|accenten]], [[Verspreking|versprekingen]] of spraakgebreken. | ||
+ | |||
+ | === Non verbale humor (zonder woorden):=== | ||
+ | |||
+ | *Gezichtsexpressies: gekke of grappige gezichten trekken. | ||
+ | *Slapstick: klunzige of wilde acties, zoals iemand die uitglijdt over een bananenschil. | ||
+ | *Gewelddadige slapstick: nog grover, met bijvoorbeeld slaan of vallen. | ||
+ | * Overdreven bewegingen of [[gebaren]] | ||
+ | *Practical jokes: iemand voor de grap in de maling nemen, zoals met 1-aprilgrappen of verborgen camera. | ||
+ | |||
+ | ===Verbaal én non-verbaal:=== | ||
+ | |||
+ | *Parodie of imitatie: iemand nadoen op een grappige manier. | ||
+ | * Karikatuur: een tekening of uitbeelding waarin bepaalde eigenschappen extra worden overdreven. | ||
+ | *Typetjes: grappige verzonnen figuren met opvallende eigenschappen. | ||
+ | *Sketches: korte grappige toneelstukjes of filmpjes. | ||
+ | *Onbedoelde humor: dingen die eigenlijk niet grappig bedoeld zijn, maar toch heel grappig zijn (zoals een rare tekst op een verkeersbord). | ||
+ | |||
+ | [[Categorie:Cultuur]] |
Versie van 16 mei 2025 18:16
Humor is het vermogen om iets grappigs te zien, erom te lachen of het met anderen te delen. Het woord komt uit het Latijn en betekende vroeger “lichaamssap”. In de middeleeuwen dachten mensen namelijk dat je vier soorten lichaamssappen had die in balans moesten zijn. Als dat zo was, voelde je je goed en was je vrolijk. Was er een sapje uit balans? Dan kon je ziek worden of in een slecht humeur raken. Zo gebruikten mensen het woord "humor" al heel lang geleden om een stemming of gevoel mee aan te duiden.
Hoe werkt humor?
Wat jij grappig vindt, vindt iemand anders misschien helemaal niet leuk (Denk daarom na voordat je een grapje maakt hoe de ander zal reageren.) Dat komt doordat humor te maken heeft met je mening, je gevoel en je achtergrond. Dingen die te maken kunnen hebben: leeftijd, cultuur, geslacht, opleiding en zelfs je stemming (Hoe iemand op het moment is bijvoorbeeld verdrietigw).
Humor werkt vaak door een soort “truc” in je hoofd. Eerst word je even meegenomen in een verhaal of situatie die serieus lijkt of nergens op slaat. Maar dan gebeurt er iets onverwachts of geks, waardoor je ineens op een andere manier naar de situatie kijkt. Dit zorgt ervoor dat je hersenen even in de war raken en dat zorgt vaak voor een lach.
Je kan ook humor maken om bijvoorbeeld een foutje van een ander die bijvoorbeeld een spreek fout maakt.
Wetenschappers hebben ontdekt dat vooral de mediaal prefrontale cortex (een deel van je hersenen) actief wordt als je een grap hoort. Dit stukje is ook belangrijk voor je gevoel van beloning – het fijne gevoel als iets leuk is. Ook andere delen van je hersenen, zoals die voor taal, doen mee. Die helpen je de grap te begrijpen.
Wat heb je aan humor?
Humor is grappig! Als jij en de ander erom kunnen lachen:
- train je je longen en stroomt je bloed beter;
- maakt je lichaam stofjes aan waar je blij van wordt (zoals endorfine, dat werkt als een natuurlijke pijnstiller);
- wordt je afweersysteem sterker, dus je wordt minder snel ziek.
Lachen helpt ook tegen stress. Als je ergens mee zit, kun je het vaak beter aan als je er even om kunt lachen. Dat maakt de situatie minder zwaar. Daardoor kun je er beter over nadenken en vergeet je het misschien zelfs een oplossing bedenken. Humor helpt je dus om dingen in het juiste perspectief te zien.
En nog iets: mensen vinden je vaak aardiger als je humor hebt. Het is fijner om met iemand te praten die je laat lachen dan met iemand die je kwetst.
Soorten humor
Er zijn twee hoofdcategorieën: verbale (met woorden) en non-verbale (zonder woorden) humor. Sommige vormen zijn allebei.
Verbale humor (met woorden):
- Woordspelingen: grappige zinnen door woorden met dubbele betekenissen, zoals: "Zegt de ene kaars tegen de ander: 'Zullen we vanavond uitgaan?'"
- Grappen of moppen
- One-liners: een korte, grappige zin.
- Ironie: je zegt het tegenovergestelde van wat je bedoelt.
- Sarcasme: een genre zeggen bijvoorbeeld "Jij hebt goed geleerd" terwijl je niet goed heb geleerd
- Grappige manieren van praten: bijvoorbeeld gekke accenten, versprekingen of spraakgebreken.
Non verbale humor (zonder woorden):
- Gezichtsexpressies: gekke of grappige gezichten trekken.
- Slapstick: klunzige of wilde acties, zoals iemand die uitglijdt over een bananenschil.
- Gewelddadige slapstick: nog grover, met bijvoorbeeld slaan of vallen.
- Overdreven bewegingen of gebaren
- Practical jokes: iemand voor de grap in de maling nemen, zoals met 1-aprilgrappen of verborgen camera.
Verbaal én non-verbaal:
- Parodie of imitatie: iemand nadoen op een grappige manier.
- Karikatuur: een tekening of uitbeelding waarin bepaalde eigenschappen extra worden overdreven.
- Typetjes: grappige verzonnen figuren met opvallende eigenschappen.
- Sketches: korte grappige toneelstukjes of filmpjes.
- Onbedoelde humor: dingen die eigenlijk niet grappig bedoeld zijn, maar toch heel grappig zijn (zoals een rare tekst op een verkeersbord).