Sjakohoenders en hokko's: verschil tussen versies
k (→Soorten) |
k (→Soorten) |
||
Regel 20: | Regel 20: | ||
* [[Kraken (vogels)|Kraken]] (Curassows) |
* [[Kraken (vogels)|Kraken]] (Curassows) |
||
⚫ | |||
* ''[[Aburria]]'' (1 soort: [[lelgoean]]) |
* ''[[Aburria]]'' (1 soort: [[lelgoean]]) |
||
* ''[[Chamaepetes]]'' (2 soorten goeans) |
* ''[[Chamaepetes]]'' (2 soorten goeans) |
||
Regel 31: | Regel 30: | ||
* ''[[Penelope (geslacht)|Penelope]]'' (16 soorten sjakohoenders) |
* ''[[Penelope (geslacht)|Penelope]]'' (16 soorten sjakohoenders) |
||
* ''[[Penelopina]]'' (1 soort: [[berggoean]]) |
* ''[[Penelopina]]'' (1 soort: [[berggoean]]) |
||
− | * ''[[Pipile]]'' (4 soorten goeans) |
+ | * ''[[Pipile]]'' (4 soorten goeans), waaronder de |
⚫ | |||
[[Categorie:Hoendervogels]] |
[[Categorie:Hoendervogels]] |
Versie van 7 jun 2023 13:18
Sjakohoenders en hokko's Cracidae | |||
---|---|---|---|
Leefgebied | Midden- en Zuid-Amerika | ||
Leefomgeving | tropische en subtropische bossen | ||
Behoort tot de | Hoendervogels, Vogels | ||
|
De Sjakohoenders en hokko's bestaan uit de families chachalacas, guans en kraken (curassows). Het zijn vogels in de familie Cracidae. Dit zijn soorten uit tropisch en subtropisch Midden- en Zuid-Amerika. Het verspreidingsgebied van één soort, de gewone chachalaca, bereikt slechts de zuidelijkste delen van Texas in de Verenigde Staten. Twee soorten, de Trinidad-blauwkeelgoean en de Roodbuikchachalaca komen respectievelijk voor op de eilanden Trinidad en Tobago.
Deze vogels vonden waarschijnlijk hun oorsprong in het Late Krijt.
Het zijn grote vogels, die qua uiterlijk lijken op kalkoenen. De guans en kraken (curassows) leven in bomen, maar de kleinere chachalacas zijn te vinden in meer open, struikachtige omgevingen. Veel soorten hebben een vrij lange staart, wat een hulpmiddel kan zijn bij het navigeren in hun grotendeels in bomen levende bestaan. Ze hebben over het algemeen een dof verenkleed, maar de curassows en sommige guans hebben kleurrijke gezichtsdelen. De vogels in deze familie zijn bijzonder vocaal (maken veel geluiden), waarbij de chachalacas hun naam ontlenen aan het geluid van hun roep. Ze variëren in grootte van de kleine chachalaca ( Ortalis motmot ), slechts 38 cm en 350 gram, tot de grote curassow ( Crax rubra), bijna 1 m en 4,3 kg.
Deze soorten voeden zich met fruit, insecten en wormen. Ze bouwen nesten in bomen en leggen twee tot drie grote witte eieren, die het vrouwtje alleen uitbroedt. De jongen zijn precociaal (zien er bijna volwassen uit bij de geboorte) en worden geboren met een instinct om onmiddellijk te klimmen en hun toevlucht te zoeken in de nestboom. Ze kunnen binnen enkele dagen na het uitkomen vliegen.
Soorten
- Kraken (Curassows)
- Aburria (1 soort: lelgoean)
- Chamaepetes (2 soorten goeans)
- Crax (7 soorten hokko's)
- Mitu (4 soorten mesbekpauwiezen)
- Nothocrax (1 soort: nachthokko)
- Oreophasis (1 soort: hoorngoean)
- Ortalis (16 soorten chachalacas)
- Pauxi (3 soorten hokko's)
- Penelope (16 soorten sjakohoenders)
- Penelopina (1 soort: berggoean)
- Pipile (4 soorten goeans), waaronder de