Piet ging uit fietsen
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Piet ging uit fietsen is een Sinterklaaslied.
Lied
- Piet ging uit fietsen, toen knapte zijn band.
- Toen moest hij gaan lopen, met de fiets aan zijn hand.
- Hij kwam in 'n dorpje, en zei tegen de smid:
- 'k Geloof dat er in mijn achterband een pepernootje zit.
- De smid moest toen lachen en plakte zijn band.
- Toen kon Piet weer fietsen door heel Nederland.
- Och jongens en meisjes let nu toch eens op!
- Misschien zie je Piet wel fietsen met Sint achterop.
- (alternatief)
- De smid moest toen lachen en plakte zijn band.
- Toen kon Piet weer fietsen door heel Nederland.
- Hij kwam bij een stoplicht en reed toen door rood
- En kreeg toen een bekeuring van 1 pepernoot
- (tweede mogelijkheid)
- De smid moest toen lachen en plakte zijn band.
- Toen kon Piet weer fietsen door heel Nederland.
- Hij kwam toen bij en dorpje en zei tegen de juf:
- Als de kinderen zoet zijn kom ik volgend jaar weer t'rug.
- (derde mogelijkheid)
- De smid moest toen lachen en plakte zijn band.
- Toen kon Piet weer fietsen door heel Nederland.
- Over bergen en dalen erop en eraf.
- Toen reed hij weer door een pepernoot en zijn band zei weer paf)
- (vierde mogelijkheid)
- De smid moest hard lachen en zei: "Beste Piet, "
- in jouw band zit een spijker,dat jij dat niet ziet."
- "Kom even naar binnen,dan plak ik je band."
- "dan kun je weer fietsen door heel Nederland."
- (vijfde mogelijkheid)
- De smid moest toen lachen en plakte zijn band
- Hij kan nu weer fietsen door heel Nederland
- Hij fietst door regen en fietst door wind
- En brengt een cadeautje aan ieder zoet kind