HMS Hood (slagkruiser)
HMS Hood (slagkruiser) | |
HMS Hood (foto 1924) | |
Type | slagkruiser |
Klasse | Hood-klasse (1 schip) |
Opdracht verstrekt | sept. 1916 (eindontwerp) |
Gebouwd door | John Brown, Clydebank |
Kiel gelegd | sept. 1916 |
Te water gelaten | aug. 1918 |
In dienst gesteld | mrt. 1920 |
Lot | 24 mei 1941 tot zinken gebracht |
Details | |
Afmeting (lengte x breedte x diepgang) | 246,8 m / 29 m / 9,6 m (1920); 10,2 m (1941) |
Waterverplaatsing (toegelaten tonnen) | 45.310 (1920); 46.940 (1941) |
Voortstuwing (ketels / machines) | 24 ketels (Yarrow) / Brown-Curtis-turbines, 4 schroefassen |
Totale APK | 144.000 |
Prestaties (snelheid / actieradius) | 31 knopen (1920); 28,8 knopen (1941) / 5.170 zeemijl bij 18 knopen |
Bewapening | |
Kanons | 8 x 38,1 cm; 12 x 14 cm; 4 x 10,2 cm (1920); 8 x 38,1 cm; 14 x 10,2 cm; 24 x 4 cm; 8 x 1,27 cm (1941) |
Torpedobuizen | 6 x 53,3 cm (1920); 4 x 53,3 cm (1941) |
Pantser (gordel / dek / hoofdgeschutstorens) | 127-305 mm / 38-76 mm / ? |
Bemanning | |
Aantal bemanningsleden | 1169 (1920); 1421 (1941) |
Portaal Binnen- en zeevaart |
HMS Hood was een Britse slagkruiser en het grootste schip van de Britse Royal Navy. Ze ging in 1941 ten onder in een gevecht met het Duitse slagschip Bismarck.
Haastwerk?
Naar aanleiding van uitgelekte Duitse plannen in 1914 voor de bouw van slagkruisers met 35 cm-kanons (die overigens nooit gerealiseerd zouden worden) kwam men in Engeland tot de slotsom dat er maar één antwoord mogelijk was: schepen met 15 inch-kanons (38,1 cm).
In mrt. 1916 werden de definitieve ontwerpen goedgekeurd voor schepen van 36.000 ton met acht 15-inch-kanons en een snelheid van 32 à 33 knopen. Maar een paar weken later vond de Slag bij Jutland plaats, en het verlies van drie slagkruisers maakte de marine bewust van de fouten die altijd aan het ontwerp van dergelijke schepen hadden gekleefd. Men begon te twijfelen aan het ontwerp van de nieuwe slagkruisers, vooral aan het beschermend pantser. Was dat niet veel te dun? De plannen werden grondig herzien. De pantserdikte werd gemiddeld met 50% vergroot, waardoor het gewicht met ongeveer 5.000 ton toenam. Vanwege de urgentie werd de kiel van de schepen al gelegd in sept. 1916, hoewel de aanpassingen van het ontwerp pas in de loop van 1917 gereed waren.
Hood was uiteindelijk het enige schip van de klasse dat werd gerealiseerd. Ze werd in dienst gesteld in 1920 en was het symbool van het gezag van de Britse marine gedurende bijna twee decennia. Ze was niet lang het machtigste oorlogsschip, maar wel het grootste van allemaal. De drie zusterschepen van Hood werden onvoltooid gesloopt toen bekend werd dat het werk aan de nieuwe Duitse slagkruisers was stilgelegd.
Een enorm vermogen
De machines van Hood waren bijzonder krachtig, in totaal 144.000 apk; in die tijd beschikte geen enkel oorlogsschip over een dergelijk vermogen. De grote ruimte die door de machines in beslag werd genomen maakte het noodzakelijk dat de torens (geschutskoepels) van de hoofdbewapening ver uiteen werden geplaatst en betrekkelijk dicht bij de uiteinden van het schip, wat weer met zich meebracht dat de zeer lange romp bestand moest zijn tegen enorme buigingskrachten. Het achterdek van Hood was altijd erg nat en werd dikwijls overspoeld als het schip op volle snelheid lag.
De Tweede Wereldoorlog begint
In de jaren vlak voor de Tweede Wereldoorlog was Hood gestationeerd in de Middellandse Zee, maar sloot zich aan bij de Home Fleet toen de vijandigheden een aanvang namen. Ze kon niet deelnemen aan de operaties bij Noorwegen, begin 1940, omdat ze opnieuw werd toegerust. Haar eerste volle taak was op 3 juli 1940, toen ze tijdelijk was ondergebracht bij "Force H".
De ondergang van de Hood
Een jaar later bestond Hood niet meer. Op 24 mei 1941 zonk ze onder de salvo's van de Duitse Bismarck. Haar ondergang werd voorafgegaan door een enorme explosie die haar in tweeën scheurde, veroorzaakt door een 38,1-cm-granaat die detoneerde (afging) in het magazijn van de granaten van 4 inch (10,2 cm) waarna de vlammen oversloegen naar een van de magazijnen voor de 15-inch-granaten erachter. Slechts drie man overleefden deze verschrikking. Het schip deelde dus het lot van haar voorgangers Invincible, Indefatigable en Queen Mary tijdens de Slag bij Jutland. De ramp met de Hood toonde opnieuw aan dat ondanks de aanpassingen die na "Jutland" waren aangebracht, de bescherming niet afdoende was.