Geluidsgolf
Geluid beweegt zich voort in de vorm van golven. De beweging herhaalt zich heel vaak achter elkaar. Net als wanneer je een steentje in het water gooit zie je dat er rimpels/ golfjes in het water komen die steeds groter worden. De zelfde rimpels/ golfjes is ook wat er gebeurt wanneer geluid zich beweegt door de lucht. Als wij bijvoorbeeld praten persen we de lucht die uit onze mond komt samen hierdoor zorgen we dat de lucht in een stroming komt (ook wel luchtstroming genoemd). Het geluid wordt door golven naar voren geduwd. Hoe verder de lucht van jou vandaan is hoe minder hard de golf zou zijn. Daarom kun je soms iemand niet verstaan als hij of zij te ver weg staat. Het maken van een praat geluid gebeurt op drie manieren: eerst moet er een luchtstroom op gang worden gebracht, dan wordt de lucht in trilling gebracht (fonatie=het produceren van geluid door middel van strottenhoofd en stembanden) en vervolgens wordt de luchtstroom in de mond- en neusholte vervormd. Op deze manier kunnen we de verschillende praat geluiden van elkaar horen.
Geluidssnelheid
Deze golven kunnen zich snel of langzaam voortbewegen. Dit noem je de geluidssnelheid. De snelheid van het geluid door de lucht gaat wel met 343 meter per seconde. Wanneer geluid door water gaat of door een andere stof kan dit weer anders zijn. Het kan bijvoorbeeld ook veranderen door de temperatuur of bijvoorbeeld de harde wind die er staat.
Frequentie
De snelheid van de golven achter elkaar wordt ook wel de frequentie van de golven genoemd. Is de frequentie van de golf heel hoog, dit betekent dus heel veel golven heel snel achter elkaar, dan wordt de toon die je hoort ook hoger. De frequentie wordt uitgedrukt in de eenheid hertz (Hz). Je kunt dit vergelijken met het ronddraaien van een buis. Wanneer je dit doet heel snel doet hoor je een hele hoge toon, wanneer je dit langzamer zou doen wordt de toon ook lager. Dit komt omdat de trillingen zich dan langzamer voortplanten.
Sterkte van het geluid
Je kunt geluid sterk (hard) horen maar ook zacht horen. Dit heeft te maken met de amplitude van de golf. De amplitude van een golf is eigenlijk de uitwijking van de golf. Hoe verder deze van de evenwichtstand afgaat hoe sterker je het geluid zult horen. Je kunt dit vergelijken met een snaar van een gitaar wanneer je deze harder aanslaat zal deze harder gaan trillen en dus ook sterker gaan klinken.
Weerkaatsing
Geluidsgolven kunnen niet overal doorheen. Ze kunnen zich bijvoorbeeld ophopen tegen een muur aan. De geluidsgolven kunnen hier dan niet doorheen en worden bijvoorbeeld weer teruggekaatst.
Bronnenlijst
Buuren, B., Ellerbroek, J., en SMitt, J. H., (1975). Licht, trillingsleer en geluid, natuurkunde voor hogere technische scholen. Zaltbommel: Koninklijke drukkerij van de Garde.