Woningwet
De woningwet is een Nederlandse wet die met de volkshuisvesting te maken heeft (de sociale woningbouw). De eerste ontstond in 1901. De laatste aanpassing was in 2015 (vierde wet). De wet moet er voor zorgen dat er geen slechte, maar goede woningen worden gebouwd en hoe de regering de woningnood hiermee wil aanpakken. Ook regelt de wet allerlei zaken die met de woningbouwverenigingen te maken heeft.
Eind 19e eeuw verbeterde de voedselvoorziening door de landbouw enorm, waardoor er meer en beter eten beschikbaar kwam. Dit leidde tot een geboortegolf en daarmee een bevolkingsgroei, die op haar beurt een woningnood veroorzaakte. Bovendien waren veel huizen slecht en had je vooral in de steden krottenwijken. Ook ontstond er door de industrialisatie een grote trek van volk naar de steden. Na de Tweede Wereldoorlog was er ook een geboortegolf (babyboomers) en moesten er veel beschadigde woningen vervangen worden. De vraag naar bouwmaterialen was echter groot, waardoor er huizen moesten komen die niet te duur en eenvoudig waren. Dit waren de zogeheten woningwetwoningen. Bovendien kreeg je vanaf de jaren 1950 een aantrekking van buitenlandse gastarbeiders. Die moesten ook ergens wonen. Dat moest mede van bovenaf door de regering met de woningwet gereguleerd worden.
Ook moest er in de nieuwere wetten rekening gehouden gaan worden met de inrichtimg van een steeds voller Nederland. Er kwam ern Streekplan en een Nationaal plan. Tegenwoordig heb je de omgevingswet.