William Wordsworth
William Wordsworth (Cockermouth, 7 april 1770 – Cockermouth, 23 april 1850) was een Engelse dichter. Hij was bevriend met Samuel Taylor Coleridge. Wordsworth en Coleridge worden gezien als de stichters van de Engelse romantiek. De twee schreven de Lyrical Ballads, waaraan Wordsworth het meeste bijdroeg. The Prelude, een lang autobiografisch gedicht in blank vers van ca. 8000 regels, wordt als zijn belangrijkste werk beschouwd. Pas na zijn dood werd het door zijn vrouw Mary in 1850 uitgegeven.
Wordsworth staat bekend om zijn verwijzingen naar de natuur. Hij nam de lezer mee op een reis door de natuur. Zijn gedichten ontstonden dan ook tijdens zijn vele wandelingen. In de gedichten van Wordsworth symboliseert iedere verwijzing naar de natuur wel iets. Dat komt doordat de Anglicaanse Kerk de natuur als het werk van God ziet. Uit zijn poëzie blijkt ook een vorm van pantheïsme: Wordsworth verheerlijkt de natuur en vindt daarin de bevestiging dat God overal is.
Wordsworth was in zijn jongere jaren erg progressief en steunde de Franse Revolutie. Nadat deze revolutie mislukte, werd hij juist erg conservatief. Veel jongere romantici, onder wie Percy Bysshe Shelley, waren daarom erg kritisch op hem. In het gedicht To Wordsworth beschreef Shelley een oudere Wordsworth die terugkeek op zijn jongere zelf en zichzelf verraden had.
Daarnaast is tijd een belangrijk thema in Wordsworths werk. Hij zag de kindertijd als magisch, aangezien kinderen een band hebben met de natuur. Naarmate ze opgroeien verliezen ze deze band.