Proefdier

Wat zijn dierproeven?

Dierproeven zijn proeven die ze op dieren uittesten om te weten te komen of het product wel veilig is voor de mensen. Daardoor sterven er iedere dag wel 10.000 dieren op de hele wereld. De wetenschappers zijn daar druk mee bezig om dat te voorkomen. Ze proberen een andere manier te vinden om toch allemaal producten te kunnen testen zonder dat er dieren overlijden. Er worden allerlei dieren gebruikt om te testen. Meestal zijn het de apen die de proeven moeten doorstaan, omdat de apen het meest hetzelfde hebben als de mens. Maar er worden natuurlijk ook genoeg andere dieren gebruikt voor allerlei proeven.

Waarom worden er dierproeven gedaan?

Meestal worden er proeven gedaan omdat de mensen willen weten of het product niet schadelijk is voor de mens. Bijvoorbeeld als de mens de stof wil gebruiken in een medicijn of product. Eigenlijk wordt een dier opgeofferd voor een mens of een ander soort dier. Als onderzoekers weten hoe het proefdier reageert op de stof, kunnen ze vaak ook voorspellen hoe een mens op dat bepaald stof reageert. In 2004 werden er in totaal 633.155 dierproeven gedaan, in 2005 612.809. In 2006 zijn de dierproeven met 1,5% gedaald, maar nog steeds zijn dit er 603.741.

Welke merken gebruiken dieren?

Merken die dierproeven doen zijn:

Laboratoires Garnier
Gemey Paris.
Sanex.
Lancaster.
Diadermine.
Colgate.
Head & Shoulders.
Dove.
LOreal.
Andrélon.
Schwarzkopf.
Palmolive.

Zijn dierproeven nodig of niet?

Er zijn in de wereld nog steeds veel merken die niet zonder dierproeven kunnen uittesten of de mens allergisch is voor het product. Onderzoeken voor een nieuw medicijn bijvoorbeeld. De onderzoekers moeten wel weten of het medicijn wel echt helpt en niet schadelijk is voor de mensen! Jammer genoeg hebben ze nog geen manier gevonden om het zonder dierproeven toch te kunnen uittesten.Vooral de dure merken gebruiken dierproeven.

Wat gebeurt er na de proef?

De meeste proefdieren worden aan het einde van een dierproef gedood. Niet per se omdat ze door de proef zelf dood gaan, maar vaak omdat de onderzoeker wil zien welk effect de proef op hun organen heeft gehad. Dat kan alleen als je ze doodmaakt. Soms kan een proefdier na een dierproef nog in een andere proef gebruikt worden, maar meestal is dit niet het geval omdat je bij de tweede proef nooit zeker weet of het resultaat dat je vindt door de eerste of de tweede proef komt. Als dieren niet opnieuw gebruikt kunnen worden, worden ze in de meeste gevallen gedood. Voor het doden van proefdieren na een experiment worden verschillende methoden toegepast. Muizen en ratten worden (soms eerst verdoofd en daarna) in een bak met kooldioxide geplaatst, dit gas verdringt zuurstof en de dieren stikken dus. Soms worden de dieren verdoofd en via de halsslagader verbloed of onthoofd. Grotere dieren worden vaak met een overdosis narcose middel gedood. Nadat de dieren gedood en onderzocht zijn worden ze gecremeerd of naar een destructor of afvalverbrandingsbedrijf afgevoerd.

Waar komen proefdieren vandaan?

Als je als onderzoeker een dierproef wilt doen, kun je hiervoor niet zomaar een proefdier nemen zonder toestemming, dit is namelijk sinds 1977 wettelijk verboden. Je zult je proefdieren dus moeten kopen bij speciale proefdierfokbedrijven of zelf moeten fokken op het onderzoeksinstituut waar je werkt. Dat is wetenschappelijk gezien ook veel beter. Voor betrouwbare resultaten is het van belang dat de proefdieren zoveel mogelijk op elkaar lijken. Willekeurig bij elkaar geraapte huisdieren lijken helemaal niet op elkaar, zij hebben allemaal een ander leven gehad voor ze in een dierproef gebruikt werden. Speciaal gefokte dieren lijken heel erg op elkaar, op die manier weet je dat de resultaten uit de dierproef echt komen door de behandeling en niet doordat de dieren allemaal een beetje anders zijn.