Kever (vis)
| Kever (vis) Trisopterus esmarkii | |||
|---|---|---|---|
|
| |||
| Niet bedreigd | |||
| Leefgebied | Atlantische Oceaan van de Barentszzee tot aan Golf van Biskaje, Noordzee en de Oostzee | ||
| Leefomgeving | op een diepte van 100 tot 200 m | ||
| Behoort tot de | kabeljauwachtigen (Gadiformes), Zoutwatervissen, Beenvissen, Vissen | ||
| |||
De Kever (vis) (Trisopterus esmarkii) of de Noorse steenbolk, is een vissoort uit de kabeljauwfamilie en behoort tot de kabeljauwachtigen (Gadiformes). Het wordt gevonden in de Barentszzee, de Noordzee, de Oostzee, voor de kusten van Noorwegen, IJsland, de Britse Eilanden en elders in de noordoostelijke Atlantische Oceaan. Het geeft de voorkeur aan diepten tussen 100 en 200 m, maar komt voor van 50 tot 300 m, meestal op modderige bodems. Ze trekken om te paaien tussen de Shetland-eilanden en Noorwegen en uit het Skagerrak. De belangrijkste paaigebieden zijn Noordwest-Schotland, Noorwegen, de Faeröer en IJsland. Er zijn er eind mei 2022 enkelen waargenomen in de Oosterschelde.
Grijsbruin dorsaal, zilverachtig aan de zijkanten, wit op de buik. Een donkere vlek bevindt zich aan de bovenrand van de basis van de borstvin. Ze voeden zich voornamelijk met plankton-achtige schaaldieren (roeipootkreeftjes, euphausiids, garnalen, vlokreeftjes) maar ook met kleine vissen en verschillende eieren en larven. De Kever kan 35 cm worden, maar komt vaker voor rond de 19 cm. Ze zijn op de rug grijsbruin, zilverachtig aan de zijkanten, wit op de buik. Een donkere vlek bevindt zich aan de bovenrand van de basis van de borstvin.
Er wordt veel op gevist, meestal voor omzetting in vismeel, met 877.910 ton gevangen in 1974 en slechts 39.223 ton gevangen in 2008.