Decimaal talstelsel
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. |
Dit artikel is nog niet af. |
Het decimaal talstelsel of tientallige talstelsel is de manier die wij gebruiken om te tellen.
Tien cijfers
We hebben tien cijfers, namelijk 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en 9. In principe tellen we van van 0 tot 9, en tellen we ná 9 weer vanaf 0. Alleen zetten we vóór de 0 een 1, waardoor er 10 komt te staan. Vanaf daar tellen we weer tot 19, en dan beginnen we eigenlijk weer bij 0, maar zetten we er een 2 voor, waardoor er 20 staat.
Het decimaal talstelsel is een positiestelsel
De plek waar het getal staat, zegt dus iets over hoe groot het getal is. Het getal 222 betekent niet dat je die drie 2-en bijvoorbeeld bij elkaar op moet tellen (2 + 2 + 2 = 6), maar het betekent dat het getal helemaal links 2 keer 100 waard is, het middelste getal 2 keer 10 waard is en het rechtergetal 2 keer 1 waard is. Dat is anders dan bij Romeinse cijfers. X is daar bijvoorbeeld 10 en V is 5. Als je dan XV hebt, is het niet 105, maar daar moet je V (5) bij de X (10) optellen. Dan heb je dus 10 + 5 = 15. Het Romeinse cijfer XV is dus 15.