Akeleifamilie
| Akelei Aquilegia | |
|---|---|
|
| |
| Leefgebied | Noordelijk halfrond |
| Leefomgeving | weide, bossen, drpge grond |
| Behoort tot de | Ranonkelachtigen |
Portaal  Biologie
| |
Akelei (Aquilegia) is een geslacht van ongeveer 60-70 soorten vaste planten die voorkomen in weiden , bossen en op grotere hoogten op het noordelijk halfrond, bekend om de aangespoorde bloemblaadjes van hun bloemen.
De geslachtsnaam Aquilegia komt van het Latijnse "Aquila" of "adelaar"; dit is een duidelijke verwijzing naar de aangespoorde "haak" -vormen in de bloemen, waarvan veel tuinders zeggen dat ze op de klauwen van een adelaar lijken.
Akeleien zijn nauw verwant aan monnikskap (Aconitum ), die net als Aquilegia cardiogene giftig zijn.
Akelei is een winterharde vaste plant, die zich voortplant door zaad. Het zal groeien tot een hoogte van 40-50 cm. Het groeit in de volle zon; maar geeft er echter de voorkeur aan om in halfschaduw en goed doorlatende grond te groeien. Het kan gemiddelde bodems en droge bodemgesteldheid verdragen.
Soorten
- Alpenakelei (Aquilegia alpina)
- Donkere akelei (Aquilegia atrata)
- Aquilegia bernardii
- Aquilegia bertolonii
- Aquilegia einseleana
- Aquilegia formosa
- Pyrenese akelei (Aquilegia pyrenaica)
- Wilde akelei (Aquilegia vulgaris)