Pollak
| Pollak of witte koolvis Pollachius pollachius | |||
|---|---|---|---|
|
| |||
| Niet bedreigd | |||
| Leefgebied | noordoostelijke Atlantische Oceaan, Oostzee | ||
| Leefomgeving | Op een diepte van 4 tot 200 m, in de buurt van de zeebodem | ||
| Behoort tot de | Kabeljauwachtigen (Gadiformes), Zoutwatervissen, Beenvissen, Vissen | ||
| |||
De pollak of Atlantische koolvis (Pollachius pollachius) is een zoutwatervis uit de familie Gadidae, en behoort tot de Kabeljauwachtigen (Gadiformes). Het is dan ook verwant aan de gewone koolvis. Het komt veel voor in de noordoostelijke delen van de noordelijke Atlantische Oceaan, inclusief de Golf van Biskaje en de Noordzee. Langs de Nederlandse kust worden regelmatig voornamelijk jonge dieren waargenomen. Ze leven op een diepte van 4 tot 200 m. diepte, in de buurt van de zeebodem.
Volwassenen kunnen tot 130 cm lengte groeien en tot 18 kg wegen, hoewel hun maximale lengte vaker 75 cm is.
De Pollak groeit snel en heeft een relatief korte levensduur. De maximum beschreven leeftijd is 15 jaar.
Ze zijn van belang voor de visserij.
Het is een langwerpige vis, met een slank torpedovormig lichaam met spitse snuit, zonder kindraden. De onderkaak steekt iets naar voren. De rug is bruingroen, de zijkanten zijn meer geelgroen, de buik is wit. De zijlijn is donkerder, vertoont een bocht boven de borstvinnen en is daarna iets naar beneden gebogen. Het heeft drie rugvinnen, de eerste is wat kleiner en twee anaalvinnen. De voorzijde van de eerste anaalvin begint halverwege de eerste rugvin. De staartvin is aan de achterzijde vrijwel recht, zelden iets gevorkt.