Kansberekening
Bij kansberekening bereken je hoeveel kans je ergens op hebt. Een voorbeeld: Je hebt twee dobbelstenen met elk zes vlakjes die van 1 naar 6 oplopen, de kans dat 1 wordt gegooid is 0%, want je gooit ze allebei en stel je hebt bij beide dobbelstenen het laagste, is het 1+1=2. Je kan met de dobbelsteen geen 0 gooien. Er zijn geen andere combinaties mogelijk om twee te gooien dan deze. Maar bijvoorbeeld het getal zes, kun je gooien door; 1+5, 2+4 en 3+3. Dat zijn dus drie mogelijkheden. Nog een voorbeeld met acht; 2+6, 3+5 en 4+4. Dat zijn ook drie mogelijkheden. Als je het slim speelt kan je daarmee een voordeel behalen bij een spelletje met dobbelstenen. Ook wordt kansberekening gebruikt met gokken, maar gokautomaten kunnen expres de keuze die jij hebt gemaakt niet aangeven dus vaak werkt dat niet.