Lawine
Een lawine is bijvoorbeeld sneeuw, modder of steen dat snel van een berg afrolt. Lawines brengen veel schade aan.
De gevaren
De meeste lawines komen naar beneden met honderden kilometers per uur. Ze zijn vooral gevaarlijk door de enorme druk die ze veroorzaken. Op sommige lawines zit zo'n druk, dat ze de sneeuw in longen van slachtoffers persen. Lawines zijn ook vooral gevaarlijk omdat ze soms hele bomen, huizen en mensen met zich meesleuren. Als mensen dan bedolven raken onder de sneeuw, gaan ze dood. Onder de sneeuw is te kort aan zuurstof, en het is ook zo koud dat je onderkoeld kan raken. Of het slachtoffer overlijdt, ligt aan de tijd dat hij onder het ijs heeft gelegen. Na ca. 45 minuten overleeft nog maar 1/3 van de slachtoffers. Als de overlevende slachtoffers onder het ijs vandaan zijn gehaald, is er nog steeds kans dat ze overlijden. De Europese Lawineschaal classificeert hoe groot het gevaar is dat een lawine optreedt.
- Niveau 1 - Weinig -
Sneeuwlawines komen bijna niet voor, behalve als er een grote belasting op het sneeuw is, bijv. een grote groep skiërs. Gele vlag.
- Niveau 2 - Matig -
Grote groepen skiërs of boarders kunnen lawines losmaken. In een steil terrein kunnen lawines ook door een enkele skiër of boarder veroorzaakt worden. Kleinere spontane lawines komen voor, vooral in het voorjaar. Gele vlag.
- Niveau 3 - Fors -
Lawines kunnen door een enkele skiër of boarder veroorzaakt worden. Grote, spontane lawines komen voor. Routekeuze en skitactiek zijn van levensbelang. Geel - Zwart geblokte vlag.
- Niveau 4 - Groot -
Er is groot lawinegevaar. De sneeuw ligt op alle hellingen slecht en grote lawines komen spontaan naar beneden. Zwarte vlag.
- Niveau 5 - Zeer groot -
Een vreselijke toestand. Skigebieden zijn grotendeels gesloten, maar ook spoorwegen, dorpen en wegen. Blijf thuis! Zwarte vlag.
Het ontstaan
Als een dik pak sneeuw op een berg ligt, en er komt te veel gewicht op te liggen, ontstaat er een lawine. Of er een lawine komt, ligt ook aan de weersomstandigheden en het bodemmateriaal. Als de bodem bijv. ook glad is, is er meer kans op een lawine. Als de berg ook maar op 25 graden staat, is er ook meer kans op een lawine. Een pak sneeuw bestaat uit meerdere lagen. Elke laag heeft zijn eigen structuur en eigenschappen. Het kan dan ook gebeuren dat een onderliggende laag sneller inzakt dan een daarboven liggende laag. Op die manier ontstaat er een holle ruimte in het sneeuwdek. Door die holle ruimte kan het bovenliggende pak sneeuw breken en vervolgens gaan glijden.
Videolink
Soorten lawines
- Schneebrettlawine: de bovenste sneeuwlaag glijdt weg.
- Poedersneeuwlawine: vallende sneeuw die steeds meer sneeuw werft.
- Droge sneeuwlawine: het ontstaat in sneeuw die net gevallen is en zijn eigen gewicht niet kan houden.