Gouden Eeuw (Nederland)
In de 17e eeuw ging het goed met Nederland. Daarom noemen we deze tijd de Gouden Eeuw.
Arm en Rijk
In de Gouden Eeuw ging het goed met Nederland, maar toch waren er ook veel arme mensen. Er waren dan ook grote verschillen tussen Arm en Rijk. Er woonde ongeveer 2 miljoen mensen in Nederland. Nederland was rijk en machtig geworden. De kunst en de wetenschap bloeide op. Anthonie van Leeuwenhoek maakte de eerste microscoop en Jan Swammerdam onderzocht er insecten mee. Christiaan Huygens vond de eerste slingerklok uit. Hugo de Groot was een beroemde schrijver, hij schreef over de regels van de oorlog en hij schreef de regels in de tijden van vrede.
In de tijd van de Republiek was er veel werk. In andere landen was er veel minder werk. Mensen trokken daarom ook uit gebieden waar weinig of geen werk was naar gebieden waar wel werk was.
Standen
De 1e stand: De adel (Prinsen, Hertogen, Graven en Baronnen) De 2e stand: De geestelijken (Bisschoppen, Pastoors, Priesters) De 3e stand: De burgers (De rest)
De Armen
Onder de stadsmuren leefden de paupers. Paupers waren arme mensen die geen vast werk hadden, rond liepen in oude kleren en niet meer aten dan een oude homp brood. Op het platteland waren de huizen van hout en er was meestal maar 1 kamer in te vinden. Daarin leefden de mensen met de dieren. De rook die van het vuurtje, dat in de kamer brandde, afkwam was erg ongezond. Het water haalde ze uit putten, maar meestal was dat water vies. Dus dronken de mensen liever bier. Kinderen dronken dat ook. De gewone mensen aten brood, gort (gemalen graan) en bonen. De boerengezinnen waren meestal groot, ze sliepen vaak in een bedstee. Dat is een bed in de kast.
De Rijken
De rijke kooplui bouwden grote grachtenhuizen met mooie gevels in de grote steden. De mooie schilderijen die ze aan de muur hadden hangen, waren van bekende schilders. Rijke mensen hadden vaak een gouverneur in dienst, dat is een soort privé leraar. Ook legden ze grote meren droog, met behulp van Jan Leeghwater.Door die techniek worden nu nogsteeds dingen gedaan.
Leeghwater
Jan Leeghwater was een man die met behulp van gemalen grote meren droog pompte. Hij deed dit omdat de bevolking groeide en er te weinig land was in de stad. Daarom werd er in 1608 besloten grote meren droog te leggen. De droogmakerijen leverde de kooplui veel geld op. De nieuwe polders waren goed om gewassen te verbouwen. Ook werden er vruchten, bomen en bloembollen op gekweekt. Grote gebouwen staan nu op deze polders. Denk maar aan Schiphol, die op het Haarlemmermeer staat.
De Handel
Scheepvaart
De handel was een belangrijke bron in de Gouden Eeuw, waar de mensen hun geld mee verdienden. Ook werd er handel gedreven naar het Middellandse Zeegebied. Deze handel noemde men ‘de Straatvaart’.
Rond 1600 gingen de Nederlanders zelf naar India om hun specerijen te halen. Eerst deden dit de Spanjaarden en de Portugezen. Deze reizen waren duur en heel gevaarlijk, want er waren toen nog piraten. Daarom gingen rijke kooplui samenwerken. Ze wilden net als Vasco da Gama de snelste weg naar India nemen en daar moest de V.O.C. voor zorgen.
De kooplui in Engeland en Frankrijk waren jaloers op de Nederlandse vrachtvaarders (vrachtvaarders zijn mensen die op vrachtschepen werken). De Nederlandse kooplui verdienen namelijk veel geld. De Engelsen en de Fransen nemen maatregelen om de Nederlanders dwars te zitten en als dat niet lukt, willen ze het met geweld oplossen. Er komen twee oorlogen tussen Nederland en Engeland. In 1672 nemen de Engelsen, samen met Frankrijk, Keulen en Munster, nog een oorlog op zich tegen Nederland. Iedereen dacht dat dit het einde was voor Nederland, maar na veel inspanning wint Nederland.
Nijverheid
De nijverheid gaf een goede welvaart. In Holland werd linnen en laken gemaakt. Er waren ook ververijen, zouten zeepziederijen enz. Zouten zeepziederijen kun je vergelijken met wat nu zeepfabrieken zijn.
De landbouw
De landbouw en de veeteelt waren heel belangrijk in de 17e eeuw. De boeren verbouwden gewassen voor de nijverheid en de handel. Bijvoorbeeld vlas voor de linnen industrie en koolzaad en raapzaad voor de spijsolie. Ook werd er tabak verbouwd. Er waren schapen voor de laken industrie en koeien voor de melk en het vlees. Het was niet genoeg, dus er werd ook graan geïmporteerd uit Scandinavië. Maar we aten ook vis. De haring werd door iedereen gegeten. Vele dorpen en steden leefden van de visserij. In stadswapens komt de vis nog vaak voor. De visserij gaf de mensen werk en het was goed om als oefenschool voor zeelui te gebruiken.
De Schilders
Een van de beroemdste schilders uit de Gouden Eeuw is natuurlijk Rembrandt. Rembrandt werd op 15 juli 1606 geboren. Hij was de zoon van Cornelia en Harmen Gerritsz van Rijn. Zijn vader was molenaar die brouwerijen van mout liet voor zien. Twee molens had de familie van Rijn in Leiden. De stad Leiden was belangrijk voor de textielindustrie, en de Universiteit was heel goed. Met Rembrandt ging het steeds beter. Hij kreeg vaak opdrachten en verdiende goed. Toen werd hij verliefd op Saskia van Uylenburgh, het nichtje van Hendrick. In 1634 trouwde hij met Saskia. Saskia kwam uit een rijke familie. En Rembrandt werd ook steeds rijker. Daarom kocht hij een duur, groot huis aan de rand van Amsterdam. € 6000,- koste het in die tijd. Dat is heel duur. Een gewone man verdiende maar €110,- per jaar. Rembrandt betaalde het niet in een keer, maar beetje bij beetje. Het is nu een museum. Toen Saskia dood was had Rembrandt de Nachtwacht af.
In 1632 kreeg Rembrandt een bijzondere en belangrijke opdracht. Hij mocht een anatomische les van dokter Tulp schilderen. Tijdens de les sneed de dokter een dood mens open om de spieren te laten zien.
Rembrandt heeft nooit meegemaakt dat hij beroemd was. Mensen uit zijn tijd vonden zijn werk geknoei..! Rare mensen had je toch.
Levenslijn van Rembrandt
- 1606 Rembrandt wordt geboren
- 1630 Rembrandt’s vader ging dood.
- 1635 Wordt Rombertus geboren, maar hij ging na twee maanden dood.
- 1638 Wordt Cornelia geboren en zij overlijd na een maand.
- 1640 De moeder van Rembrandt overlijdt na de geboorte van een dochtertje, die na drie weken ook sterft.
- 1641 Rembrandt viert feest want zijn zoon Titus blijft wel leven.
- 1642 Weer heeft Rembrandt verdriet, zijn vrouw Saskia sterft. Hij neemt een huishoudster in dienst.
- 1642 De Nachtwacht is af maar Saskia is al dood en hij zit alleen met Titus.
- 1654 Rembrandt en Hendrickje krijgen een dochtertje, Cornelia.
Rembrandt heeft een groot deel van de 80-jarige oorlog meegemaakt en stierf in 1669. Hij is 63 jaar geworden.
Enkele andere beroemde schilders zijn Frans Hals, Johannes Vermeer en Jan Steen. Deze schilders waren alleen minder bekend in die tijd. Van Rembrandt zijn er meesterwerken gevonden zo als de Nachtwacht. Hij was een van de grootste schilders uit de Nederlandse geschiedenis, samen met Vincent van Gogh.
Het delftsblauw
Het delftsblauw is een beroemd porselein uit Nederland. Er werd vroeger ook porselein uit China gehaald. Nu is het delftsblauw heel bekend en iets uit Nederland. Als je een keer een tegeltje gaat schilderen kan je dat met blauwe verf doen maar dat is geen delftsblauw. Het delftsblauw wordt heel bijzonder gemaakt.
Goudse pijpen
Goudse pijpen zijn gekleide pijpen/potten. In de 17e eeuw was dit echt iets dat bij de Republiek hoorde. Goudse pijpen zijn niet van goud, maar heten zo omdat ze uit Gouda komen!
De Pest
In de Gouden eeuw was er een epidemie. Een epidemie is een besmettelijke ziekte die snel uitbereid. Deze epidemie heette de pest, oftewel de Zwarte dood. De regering stond machteloos tegenover deze ziekte. Er was geen medicijn tegen te vinden, de besmette mensen werden in pesthuizen gestopt. Het was zeker: dit was een ‘pestplaag’.
Bronnen:
- Informatieboekje: Het leven in de Gouden Eeuw
- Informatieboekje: Rembrandt
- Het leven van een portretschilder (Rembrandt)
- Geschiedenisboek: Een zee van tijd (groep 7)
- Geschiedenisblad
Dit werkstuk is gemaakt door:
Lisanne & Simone