Beweging
Een beweging is een verplaatsing van iets, een mens, een auto, een vliegtuig, enzovoorts. Je hebt verschillende soorten bewegingen, die in de mechanica, een onderdeel van de natuurkunde, worden bestudeerd. Beweging kan ook betrekking hebben op een organisatie, bijvoorbeeld een politieke beweging, of de vakbeweging (die voor de belangen van werknemers opkomt).
Beweging als onderdeel van natuurkunde: Een beweging in de natuurkunde is het verplaatsen van een voorwerp in de ruimte door de tijd. Er zijn verschillende vormen van beweging: rechtlijnige en kromlijnige beweging. Hier kunnen jullie informatie vinden over rechtlijnige beweging. Rechtlijnige bewegingen kunnen verdeeld worden in twee vormen: eenparige bewegingen en eenparig versnelde bewegingen. Eenparig betekent constant of gelijkmatig.
Een eenparige beweging is steeds hetzelfde in snelheid en in richting. Dat betekent dat het voorwerp de hele tijd even snel verplaatst naar een ander punt, er wordt dus niet versneld of vertraagd. Een voorwerp legt bij een eenparige beweging iedere seconde dezelfde afstand af. Een voorbeeld van een eenparige beweging is iemand in de auto, die op de snelweg constant 100 kilometer per uur rijdt, hij geeft niet harder gas en hij remt niet af. Van een eenparige beweging kun je verschillende grafieken maken. Als je een grafiek maakt van de afstand en tijd (grafiek 1), dan krijg je een schuine lijn omhoog. Je ziet in deze grafiek dat een voorwerp steeds dezelfde afstand aflegt per seconde. Hoe meer tijd er voorbij is gegaan, hoe meer afstand er is afgelegd. Als je een grafiek maakt waarin je de snelheid en de tijd vergelijkt, zie je een horizontale rechte lijn, dat betekent dat het voorwerp zich op een vast tempo verplaatst.
Een eenparige versnelde beweging is steeds hetzelfde in versnelling en richting. Dat betekent dat het voorwerp steeds sneller gaat, maar wel op een gelijkmatige manier. Een voorwerp versnelt iedere seconde even veel. Versnellen is het verhogen van de snelheid. Bijvoorbeeld als je iemand wil inhalen op de fiets, dan moet je versnellen. Wanneer je 5 meter per seconde fietst, ga je tijdens het inhalen iedere seconde een meter per seconde sneller fietsen. Ook van de eenparige versnelde beweging kun je grafieken maken. Als je een grafiek maakt van de afstand en tijd dan zal je zien dat er iedere seconde een grotere afstand wordt afgelegd. In een grafiek waar wordt gekeken naar de snelheid en de tijd, zie je een schuine lijn omhoog, want de snelheid wordt steeds groter. Voor een eenparige versnelde beweging kan ook een grafiek gemaakt worden over de versnelling en tijd. Deze grafiek zal een rechte horizontale lijn worden, omdat de versnelling steeds gelijk blijft.
Dit artikel is een beginnetje. Je wordt uitgenodigd op bewerk te klikken om dit artikel aan te vullen.
Meer informatie over dit onderwerp vind je hier: |
Dit artikel is een beginnetje.
|