Stadhuis van Culemborg: verschil tussen versies
Regel 16: | Regel 16: | ||
• Gerechtshof |
• Gerechtshof |
||
• Zetel van het polderbestuur |
• Zetel van het polderbestuur |
||
− | [schandpaal] |
+ | [[Bestand:schandpaal.jpg]] |
==De stadskelder== |
==De stadskelder== |
Versie van 18 mei 2016 18:59
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. Toelichting: Wordt bewerkt door ThomOnline: Opdracht voor school |
Dit artikel is nog niet af. |
Het Stadhuis in Culemborg is een prachtig, oud gebouw. Het ligt aan de markt in Culemborg.Het stadhuis van Culemborg word gebruikt als vergaderruimte en als trouwlocatie. Het is tussen 1534 en 1539 gebouwd. Rombout Kelders is de ontwerper van het stadhuis. Het stadhuis was een opdracht van Elisabeth van Culemborg en Antoon I van Lalaing. Het stadhuis is in 1939 en 1949 vernieuwd.
Het verkrijgen van de Stadsrechten
De marktplaats Culemborg werd op 6 december 1318 een echte stad. Heer Johan van Culemborg besluit het bestuur van de stad aan de inwoners te geven, en ze stadsrechten te geven. In een privilegebrief (document waarin een recht is beschreven) wordt vastgelegd dat Culemborg een eigen bestuur, wetgeving en rechtspraak krijgt. De heer stelt het stadsbestuur zelf aan. De heer laat zicht vervangen door 2 burgemeesters en een college van wethouders, zij treden ook op als rechters. Deze situatie blijft bestaan tot 1795. Het nieuwe stadsbestuur kwam samen in het raadhuis. Naast het raadhuis stond een ‘lombard’ dat is een geldwisselkantoor voor de vele kooplieden die in Culemborg hun spullen verhandelden. De zolder werd gebruikt voor het opslaan voor turf. Turf is een stuk gedroogd veen (veen is een grondsoort) dat vroeger als brandstof werd gebruikt. De beide gebouwen stonden op de plek van het stadhuis dat we nu hebben. Het stadhuis had net als zijn opvolger al een daktoren. Ervoor stond een overdekte ‘dingbank’ (dat is de oude benaming voor de rechtbank). In de dingbank werd in de open lucht rechtgesproken (net als in oud Germaans gebruik) zodat iedereen mee kon luisteren. Rond 1530 voldeed het raadhuisje niet meer. Culemborg was inmiddels een stad van 3500 inwoners geworden. Er kwamen steeds meer kooplui, boeren, vissers en ambachtslieden die zich binnen de Culemborgse muren vestigden.
De bouw van het stadhuis
Rond 1530 gaven [Anthonis van Lalaing] en zijn echtgenote [Elisabeth van Culemborg] opdracht voor de bouw. Anthonis en Elisabeth behoorden tot de hoge Europese adel en Culemborg was deel van Elisabeths privébezittingen. Het nieuwe [stadhuis] moest een indrukwekkende uitstraling krijgen die de status van zijn opdrachtgevers waardig was. Daarom hadden ze het ontwerp van het stadhuis in handen gelegd van [Rombout Keldermans]. Beneden in de kelder kwam het vleeshuis en de centrale hal. In de vleeshal werd al het vlees gewogen, gecontroleerd en verkocht. In een ruimte achter de kelder stond de waag. Op de waag werd levend vee gewogen, dat daarna naar de markt werd gebracht. Op de eerste verdieping waren de burgerzaal en de raadkamer. Deze raadkamer werd later gebruikt als burgemeesterskamer. Op de 2e verdieping was de [raadzaal], die ook een tijd gebruikt is als [schutterij]. Daarboven was de grote zolder.
Ondanks dat het stadhuis een klein oppervlak heeft is het erg hoog. Het is gebouwd met verschillende steensoorten en gebrandschilderde ramen met daarop de geschiedenis van Culemborg geplaatst. In de burgerzaal zit geen glas in de onderste ramen, alleen maar luiken. Dit was omdat de rechtspraak openbaar diende te zijn. Als er een rechtspraak was gingen de luiken open zodat iedereen het vonnis (dood-lijfstraffen) kon horen. Het werd in het openbaar voor het stadhuis uitgevoerd op de blauwe steen.Op een hoek van het stadhuis is een kaak (schandpaal). Daarin werd je vastgezet met ijzeren banden om bespot te worden.Het stadhuis had tot de Franse tijd aanbrak verschillende functies, die hij jarenlang heeft vertegenwoordigd:
• Zetel van het stadsbestuur • Vleeshuis • Wijnkelder • Gerechtshof • Zetel van het polderbestuur
De stadskelder
De stadskelder maakt deel uit van het stadhuis dat in 1534/1536 is gebouwd naar een ontwerp van de Vlaamse bouwmeester Rombout Keldermans II. Vroeger was het de vleeshal waar al het vlees werk gecontroleerd, gewogen en verkocht. Er waren negen vleesbanken beschikbaar. Acht vleesbanken waren voor de handelaren en één vleesbank was voor de Culemborgers waar ze hun vlees op konden aanbieden.in een ruimte achter de kelder stond de waag. Op de waag werd levend vee gewogen, dat daarna naar de markt werd gebracht. In de achttiende eeuw is de kelder ook gebruikt voor de opslag van wijn. Dat gebeurde omdat in de kelder dikke muren waren, hierdoor bleef het een gelijkmatige temperatuur. Later is de kelder nog gebruikt voor opslagplaats van brandweerkarren en als opslagplaats voor postwagens.
huis van de stad
in 1999 is er een wisseling van functie van het stadhuis geweest (van dagelijks bestuur en gemeente naar stadskantoor), daardoor kwamen Markt 5, 7, en Oude Vismarkt 6 leeg te staan. In 2005/2006 is geprobeerd het middeleeuwse uiterlijk van het stadhuis terug te brengen. Bijvoorbeeld luiken werden volgens bronnen weer kopergroen geschilderd. Om het stadhuis weer in het middelpunt te zetten moet het weer het ‘huis van de stad’ worden. Het moet er van buiten traditioneel en van binnen uitnodigend uitzien. Culemborg had het Architectenbureau Braaksma & Roos opdracht gegeven om de renovatie uit te voeren.
De uitspraak van Olivier Greaven
Olivier Graeven is de architect van Braaksma & Roos. Hij vind het stadhuis ‘’een schat aan de markt’’. Hij zegt hierover: ‘’Het buitenaanzicht van het stadhuis is in 2004 met veel zorg opgeknapt door de architecten Paulus van Vliet en André Hoek. De afgelopen periode was het interieur aan de beurt. Wij hebben met een fijn oog naar het gebouw gekeken en hebben de opknapping met zorg aangepakt. Zo zijn bijvoorbeeld de meubels weggehaald die niet op hun plek stonden en de Kroonluchters (niet de originele) zijn gebleven.
Bordesstoep
Sinds 155 is er een zogeheten ‘Bordesstoep’ aangelegd. Bij deze stoep is er een trappetje naar de deur boven aangelegd. Ook zitten er aan de kanten van de leuningen leeuwen, met een schild in hun handen.
Verbouwingen
Het stadhuis dat we nu kennen, zal er oorspronkelijk anders uit hebben gezien. Door de jaren heen hebben er verschillende verbouwingen plaatsgevonden en is het stadhuis enkele keren uitgebreid. De buitenzijde is sinds de 17de eeuw niet veel verandert maar wel zijn er verschillende functiewijzigingen en aanpassingen in het interieur geweest: • De schouw van de grote schutterskamer is in 1623 voorzien van een eikenhouten schoorsteenmantel • Er zijn in 1730 nieuwe trappen aangebracht in de voorgevel. • In 1738 is het stadhuis voorzien van een zolder omdat het stadhuis in de 18de eeuw te klein was geworden. • In de 19de eeuw moest het stadhuis worden opgeknapt omdat het grote gebreken vertoonde, de gevangeniscellen zijn toen ook vernieuwd. • Rond 1940 maakten de twee middeleeuwse huizen aan de Oude Vismarkt plaats voor een hele nieuwe vleugel. • Ook kwamen er glas-in-loodramen met voorstellingen van familiewapens van bekende Culemborgers erop afgebeeld.
Willem Budding
In 1583 gaf de burgemeester van Culemborg heer Willem Budding opdracht buitenschilderwerk te doen aan het stadhuis. Hij moest de deuren en vensters in olieverf zetten, het steenwerk van de trap wit schilderen, en wapenschilden bedekken met een laagje metaal en kleuren. Hij kreeg er in totaal 28 karolusgulden voor. Een karolusgulden is een munt die is vernoemd naar Karel de Grote. Hij was waarschijnlijk kanunnik van de Barbarakerk. Dat is een titel die sommige gelovigen kregen. Hij kwam zonder inkomsten te zitten en pakte daarom het beroep schilder op.
De functie van het stadshuis op dit moment
Burgemeester Roland van Schelven: “Het geeft een geweldig gevoel dat een van de mooiste monumenten van Culemborg behouden is gebleven. Het staat er al sinds 1534 en dat zegt iets over de kwaliteit. Ik wil het begrip ‘Oud Stadhuis’ niet meer horen, want ons stadhuis is bepaald geen ‘oud’ gebouw meer.”
Er zijn verschillende mogelijkheden in het stadhuis:
• Trouwerij. • Het huren van zalen voor bijeenkomsten. • Ontvangst met een kop koffie tot aan een luxe ontvangst. • Een eenvoudige lunch. • Je bruidstaart aansnijden in de stadskelder of een van de andere ruimtes.
Toeristenpunt
Tegenwoordig word het stadhuis dus gebruikt voor vergaderingen en bruiloften. Maar ook als toeristenpunt. Er zijn kaarten te koop, en er is informatie te vinden over de routes, rondleidingen, achtergronden en de historie van Culemborg.
Bron: [Wikipedia.org] [culemborg.stadmuis.nl] [www.culemborg.nl]
Bronnen!